Hoofdstuk 4

Ik lig weer in de zon. De introductie is ondertussen dagen geleden. Vandaag heeft vader ons naar buiten gebracht. Ik geniet van de warmte op mijn schubben. Mijn middagdutje wordt ruw verstoord door een stem. 'Hé, jij daar. Blauwtje. Dat is mijn plek!'

Ik kijk op. een paarse draak die iets groter is dan ik schreeuwt naar me. Ik negeer hem. Even later wordt ik ruw omgeduwd. Vader gromt naar de paarse draak. Ik rol terug en rijt de buik van de draak met mijn klauwen open. Vervolgens in de verwarring sla ik de poten onder hem vandaan. De paarse draak rolt gillend de helling af. De draak schreeuwt nog omhoog: 'Dit zal ik je betaald zetten!'

Dan rent hij weg. Ik dut weer verder. Moeder vraagt met een bezorgde stem aan vader wat er is gebeurt. Vader antwoord trots. 'Resterniel' s zoon kwam de boel op stelten zetten. Rieder liet het niet gebeuren en gooide hem de helling af. Helaas niet zonder bloedvergiet.'

'Is dat Rieder' s bloed of het bloed van Resterniel' s zoon?'

'Dat paarse kreng werd verslagen voordat Rieder gewond kon raken, dus ik denk niet dat het Rieder' s bloed is.'

Ik doe een oog open. Fijn. Bloed aan mijn klauwen. Hoe zouden draken dat doen? Ik besluit mijn klauw schoon te likken. Als mijn klauw schoon is dut ik weer verder. Dan is er weer een hoop lawaai van onder. Laat niemand mij dan met rust? De paarse draak is terug, met een gele draak waarvan ik denk dat het Resterniel is. 'Dat is hem! Dat is de draak die mij de heuvel heeft afgegooid!'

Resterniel is niet onder de indruk. 'Dat jong? Het drie dagen oude jong van Riester? Je bent verslagen door een jong dat amper kan LOPEN?'

'Hij viel me ineens aan. Voordat ik iets kon doen rolde ik de helling af!'

Vader bemoeit zich met het gesprek. 'Die paarse gek viel eerder mijn zoon vanuit het niets aan. Omdat mijn zoon zogenaamd op zijn plek lag, en mijn zoon weigerde te wijken. Jouw zoon duwde mijn zoon om, en mijn zoon liet zien waarom hij mijn erfgenaam is.'

'Hij heeft je verslagen zonder gewond te raken, terwijl hij amper kan lopen, niet kan praten en jij het voordeel van de verassing had? Schaam je!'

Ik doe mijn ogen open en kijk over de rand. Ik zie net hoe Resterniel haar zoon een grote klap voor zijn kop geeft. Je krijgt hier dus wel wat je verdient. Vader streelt me over mijn rug. Resternel kruipt tegen me aan. Ik rol me weer op, maar dutten lukt nu helemaal niet meer. Daarom kijk ik hoe de draken in de krater door hun leven gaan. Een paar draken onderhandelen over de prijs van een hertenkarkas. Hier en daar praten kleine groepjes draken in een bedrukte toon.

Aan het einde van de middag valt de schaduw van de vulkaan op me. Het begint koud te worden. Natuurlijk steekt dan ook de wind op, waardoor ik ril van de kou. Vader roept ons. 'Kom jongens. Van de zon genieten zal vandaag niet meer lukken.'

Vader plaatst Resternel op zijn schouder. Moeder is alweer binnen bij mijn zusjes en broertje. Ik loop zelf de tunnel in. We zijn bijna bij het einde van de tunnel als ik weer onderuit ga en met mijn kaken op de grond knal. Wat ben ik blij dat ik geen tanden heb. Vader plaatst mij naast Resternel op zijn schouder. 'Genoeg geoefend, krachtpatser. Je hebt al gevochten vandaag, dus loop niet te hard van de stapel. Je hebt nog jaren om op te groeien.'

Vader kan de trots in zijn stem niet verbergen. Vader brengt ons naar een andere grot. Deze grot is veel ruimer dan de andere grotten. De grot is zo ruim dat moeder en vader de wanden tegenover elkaar niet tegelijk zouden kunnen aanraken, zelfs als ze samen zouden werken. Restaria en Relester zijn aan het spelen. Rasiel ligt alleen in een hoekje. Ik loop naar haar toe. Resternel probeert mij na te doen, maar valt na een paar stappen. Hij kruipt verder. Ik ga tegen Rasiel aan liggen. Rasiel voelt erg koud aan. Resternel ligt aan de andere kant tegen Rasiel aan. De warmte van onze lichamen warmt Rasiel op. Ik leg mijn kop op mijn poten en denk terug aan mijn gevecht met het paarse geval. Had ik echt zijn buik open gesneden? En was het echt nodig? Ik kijk op als ik Restaria hoor snauwen. Drie rode strepen lopen over haar heup. Ze maakt haarzelf meteen klaar om aan te vallen. Vader en moeder proberen om Restaria en Relester uit elkaar te halen, maar ze zijn te ver weg. Ik handel instinctief. Ik spring hoog de lucht in. Met hoge snelheid zeil ik door de lucht en crash ik tegen Relester aan. Het verkeerde doelwit. Ik voel Restaria' s klauwen over mijn staart gaan. Een enkele wond opent zich. De wond maakt mij niets uit. Ik heb immers mijn broertje gered van een soortgelijke wond. Voordat Restaria weer kan aanvallen heeft vader haar vast. Moeder rent naar mij en Relester toe. Rieder, Relester, zijn jullie in orde?'

De klap sloeg de adem uit ons. Relester geeft aan dat hij in orde is. De wond op mijn staart is lang, dun en diep. Moeder komt dichterbij. Ik sla mijn staart instinctief tegen mij aan. Moeder gebaart me rustig te doen. 'Laat mij naar de wond kijken. Ik doe je niks. Dat beloof ik. Rustig maar.'

Moeder legt haar klauw op de wond om de wond goed te bekijken. Een steek van pijn gaat door mijn lichaam. Ik grom ongewild. Moeder klopt me zachtjes om mijn schouder. 'Rustig maar. Ik zal je helpen. het zal wel pijn doen.'

Daar kom je nu mee? Moeder drukt met haar klauw tegen de wond aan. De pijn wordt sterker. Ik kreun zachtjes, maar weet een grom te onderdrukken. Met moeite werk ik mee. De wond jeukt alsof er insecten over mijn staart lopen. Moeder haalt haar klauw weg. De wond is genezen. Een litteken loopt waar de wond was. Moeder kijkt tevreden naar haar werk. 'De schubben zullen binnen een week terug gegroeid zijn. Dan zal de wond zo goed als onzichtbaar zijn.'

Restaria is ondertussen gekalmeerd, en vader komt ook kijken. 'Rieder, goed gedaan. Bedankt. Je hebt Relester gered door je snelheid. Restaria werd door de wonden overgenomen door haar instinct, en wist niet wat ze deed. Door jouw snelle handelen is Relester in leven gebleven. Dat was erg moedig.'

Vader aait me dankbaar over mijn rug. Ik probeer weer te praten. Tot mijn grote verbazing komt het eruit als woorden. 'Ik... deed... wat... ik... moest... doen.'

Moeder is door de dolle heen. 'Riester! Hoorde je dat? Hoorde ik dat goed? Sprak Rieder nou?'

'Volgens mij hoorde ik dat ook. Rieder, sprak je echt?'

'Ik... denk... het... wel.'

Vader is buiten zichzelf van blijdschap. 'Dit is een wonder! Drie dagen oud en hij spreekt al! Onze kleine jongen! Rieder zit echt vol verassingen! Dit zal ik zeker opschrijven!'

Moeder gaat weer op haar zij liggen. Ik weet ondertussen wat dit betekent. Etenstijd. De andere jongen laten mij uit respect als eerste drinken. Ik vind het best prettig om respectvol behandeld te worden. Ik heb laten zien dat ik bereid ben voor hun te bloeden en nergens voor terug deins. Ik moet alleen wel oppassen nu. Als verkoper had ik de neiging te zeggen wat ik dacht. Nu zou dat rampzalig uit kunnen pakken. Als ik vol zit en weg stap gaan de andere jongen drinken. Vader aait me. 'Kleine Rieder, je bent de zon in ons leven. Je laat zien dat je een geweldige grote broer maakt. Maar groei niet te snel op. Onze jeugd is een van onze grootste schatten. We kunnen onze jeugd maar een keer doorlopen, en we missen het pas als het voorbij is.'

Dat is zeker waar. Dat moeder aarde mij een tweede jeugd gunde is een groot cadeau. 'Dat... zal... ik... doen... pap.'

'Dat weet ik, lieverd. Dat weet ik.'

Dan worden we weer naar de slaapgrot gebracht. Ik loop trots naast vader, met mijn kop hoog opgeheven. Met mijn staart ondersteun ik Resternel. Hij is vastberaden om naar de slaapgrot te lopen, maar hij staat nog niet erg stabiel op de poten. Als we er bijna zijn storten we beiden in. Misschien iets te ver gegrepen? Vader ziet het gelukkig. Hij brengt ons het laatste stukje. Als we weer liggen denk ik na. Ik ben de grote broer van deze drakenjongen. Ik, een onopvallende winkelhouder zonder broertjes en zusjes. Moeder aarde eert me enorm door mij de kans te geven. In stilte bedank ik haar. Ondanks dat ze er niet is, heb ik het gevoel dat ze me hoort. Ik kijk nog even kort naar mijn al slapende broertjes en zusjes. Dan rol ik me ook op en ga slapen.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top