|7:9|
Of lippen nu bevroren zijn, vermomde wezens,
In jassen van rood en roos, men zal altijd houden
Van een zachte wolk van valse waarheid,
Of ogen nu doorlopen zijn, rode randen hebben,
Of bruine, groene, en zelfs blauwe kleuren hebben,
Men zal altijd houden van hun verborgen ziel,
Of neuzen nu rood zijn van de kou, of groot van bouw,
Klein en krom, of recht en lang, men zal altijd haten
Dat ze eigenlijk vertonen wat de anderen verbergen,
Een zwakte.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top