|7:4|
Een loden jas geslagen om haar wonden,
Een rood kruis getekend in haar polsen,
Men noemde haar een gevangene van de dood,
Een lelijk monster gemaakt door de nacht,
Zwarte kleren bedekten haar ijskoude huid,
Donker rood waren haar ogen van de verdwenen moed,
Zwarte oogschaduw verborg de werkelijkheid,
Donker rood waren haar lippen van het bloed,
De donkere kamer verblindde haar gedachten,
Beslagen ramen onttrokken haar zicht,
Kleurloos was haar verdriet, te verwachten,
Al haar gevoelens verdwenen in een gedicht.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top