40
Christian komt met een zorgelijk gezicht uit het ziekenhuis vandaan. Zijn wenkbrauwen fronsen en zijn mond is een rechte streep. Als hij mij ziet, is het eerder alsof zijn uitdrukking nog bezorgder word. Ik glimlach, waardoor zijn schouders gerustgesteld iets naar beneden zakken. 'Hoe gaat het met hem?' vraag ik en die frons verschijnt weer. 'Je kunt zelf ook langsgaan als je het je afvraagt.' oppert hij, maar geeft daarna wel een antwoord. 'Hij herinnert zich mij nog wel. Maar jou niet meer en Doc. ook niet meer. Het is net alsof hij zich de laatste twee jaar niet meer kan herinneren. Alsof iemand zijn geheugen heeft gestolen.'
Ondertussen lopen we alweer terug naar het dorp, maar dan ben ik nog niet aan toe. Ik wijs naar het bos en hij knikt. 'Je besteed je tijd het liefst in het bos. hè?' Ik haal mijn schouders op. 'Ik ben nou eenmaal een wolf. Echt mens zal ik denk nooit meer zijn.' Ongemakkelijk wrijf ik over mijn armen. Het voelt nog steeds raar. Praten over vroeger. Het liefst houd ik het nog steeds binnen. Elk woord dat ik erover wil vertellen zou ik het liefst opsluiten in een kooi. Maar ooit zal het toch moeten.
'Jij hebt zoveel meer meegemaakt dan iemand zou moeten meemaken.' mompelt hij en kijkt me met medelijden aan. Ik sla mijn ogen naar beneden en kijk naar de dennenappels en blaadjes die onder mijn voeten verdwijnen. 'Waarom houd je het nog vol?' vraagt hij en ik stop met een ruk. Hij stopt ook zo te horen, want zijn voeten laten geen blaadjes meer knisperen. 'Dat doe ik niet.' fluister ik zo zacht dat ik niet zeker weet of hij het gehoord heeft.
Ik besluit door te lopen en hij volgt me na een paar seconden. Het geknisper klinkt weer aangenaam in mijn oren. 'Waarom wilde je het bos in?' vraagt hij dan. Even heb ik geen antwoord op die vraag. Ben ik compleet sprakeloos. Maar dan neem ik een diepe teug adem en besluit hem te vertellen waarvoor ik gekomen ben. Ik besluit hem te vertellen welk besluit ik heb genomen.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top