28
Ik kom kreunend overeind en vraag me af waar ik ben. Ik kan mijn hart horen kloppen in mijn hoofd. Mijn zij begint te kloppen zodra ik beweeg. Waar ben ik? Ik sta op en val bijna meteen weer om. Wat is er gebeurd? Ik kan me vaag nog wat herinneren over pijltjes, maar verder dan dat kom ik niet. 'Eindelijk wakker?' bromt een stem rechts van mij.
Ik draai me met een ruk om, wat een stekende pijn in mijn zij veroorzaakt. 'Rustig aan. Ik weet precies hoe die pijltjes voelen.' mompelt een andere vrouwelijke stem. 'Kan een van jullie me vertellen waar ik ben?' Mijn stem klinkt zwakjes, maar ik ben er zeker van dat ze me gehoord hebben. 'In de kelder of gevangenis van een alpha.' antwoordt de mannelijke stem. 'Wie zijn jullie?' luidt mijn volgende vraag. De man mompelt iets, maar ik kan er niks uit opmaken. 'Ik ben Regina en dit is Ambrose. En jij bent?' Ik neem een diepe teug adem. Mensen verwachten een naam. Dus zal ik ze maar een naam geven. 'Jullie mogen me Rogue noemen.'
Het meisje of de vrouw giechelt. 'Rogue als in de zin van zonder roedel?' De man bromt nog wat onverstaanbaars. 'Zo schrijf je het inderdaad.' mompel ik dan maar. Deze naam is eigenlijk niet eens zo verschrikkelijk. Een eerbetoon aan mijn bestaan voor Jonathan en Christian. Toen was mijn leven nog een stuk rustiger, maar ook al een groot zootje.
'Jouw ouders hadden wel een goed gevoel voor humor, meisje.' lacht de man. Deze keer ben ik niet van plan te liegen. 'Die heb ik nooit gekend. Ze hebben me achtergelaten.' Er valt een oorverdovende stilte. En dan klinkt het geluid van metaal dat tegen metaal aan schuurt.
Een streepje licht verschijnt in de kamer. Daarachter staat ons weer een schaduw te wachten. 'Je moet naar de alpha.' gromt die en sluit het luik weer. Verschrikkelijke geluiden zijn weer te horen. 'Wie moet erheen?' hoor ik mezelf vragen. 'Jij, alleen de nieuwe komen bij de alpha terecht.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top