14

Ik zie ze verschijnen tussen de bomen. De meeste in hun wolfvorm. Ze zien er niet al te blij uit. Waarschijnlijk omdat de alpha en de bèta binnenkort een oorlog zullen beginnen om mij. Ik zou dan ook niet erg blij zijn. Wat is er?  vraagt een kleinere grijze wolf. Ze heeft gloeiende gele ogen. Hij heeft hulp nodig.  brom ik terug. Wie is hij?  vraagt een grotere mannelijke versie van de kleine grijze wolf. Een vriend.  lieg ik terug. Ze zien er nog chagrijniger uit. Alleen een witte wolf met blauwe ogen kijkt me geïnteresseerd aan. Zou ze doorhebben dat ik lieg?
Wat zouden wij met hem moeten?  vraagt de wolf met gele ogen. Ik kijk uitdagend naar haar terug. Ik haat mezelf zou erg om wat ik nu ga zeggen. Wat zal jullie alpha er wel niet van zeggen dan.  We krimpen allemaal een klein beetje ineen. Ze kijken me nu weer aan alsof ze me levend op willen eten. Nu is de hele wolfclan boos op me. Fijn. Jonathan zal onmogelijke vragen aan me stellen. Nog fijner. Christian zal woedend zijn. Allerfijnst.
We zullen hem meenemen.  zegt het wolfmeisje. Ik knik dankbaar. Je moet gaan. De alpha zoekt je.  zegt de wolvin met de blauwe ogen. Meteen begin ik me zorgen te maken. Wat moet Christian met me? Zal het te maken hebben met wat er gebeurd is in de grot? Ik knik naar de wolvin en vervolg mijn weg over de bebladerde bosgrond. Het ruikt naar bos en regen. De geur wordt opgeslagen in mijn neus, om nooit meer te vergeten.
Als ik begin met lopen, begint de wolvin met de blauwe ogen achter me aan te lopen. Ik vraag haar waarom ze dat doet. Ze werp een blik over haar schouder, wat haar witte vacht doet dansen en glimmen, en richt zich dan weer tot mij. Omdat ik wil weten waarom je naar leugens ruikt.  zegt ze en ze grijnst haar witte glanzende bloot. Dat zijn mijn zaken.  antwoord ik zenuwachtig. De wolvin vraagt niet verder door. Ik richt mijn aandacht op de blaadjes waar ik overheen loop. Waarom zoekt Christian mij?  vraag ik, maar er is niemand meer om tegen te praten.


Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top