Hoofdstuk 14

Lieve hield de man goed in de gaten. Ze spioneerde hem van achter een boom. Toto ging dan ook mee, maar soms wilde hij niet stil zijn. Jack werd nog steeds verzorgt door Mara. Naar haar idee waren ze verlieft. Maar misschien had ze dat wel goed mis. Ze ging weer naar het meer. Ze trok haar jurk op en ging spetteren met haar voeten. Toto ging in de boom zitten en at wat vruchtjes. Na dat ze er genoeg van had ging ze aan de kant zitten. Ze keek het meer over. Het was een prachtige plek. Misschien wel de mooiste plek die ze ooit gezien had, daarom was ze daar ook altijd.
Ineens hoorde ze gekraak achter zich, ze draaide zich om. En schrok zo erg dat ze in het water viel. De man stond daar. Ze zwom snel een stuk verder het water in. Daar bleef ze naar hem staren. De man ging aan de kant zitten en lachte vriendelijk naar haar. Toto hield zich veilig in de boom. Lieve wist miet wat ze moest doen.
De man begon te praten.
"Kijk, iemand die niet bij de stam hoord. Wat zou ze hier doen? Hoe kan ik het haar vragen? Hmmm, welke taal zal ze spreken."

Een brok zat in Lieve's keel. Ze kon niks meer. Er is iemand, iemand die Nederlands spreekt, WoW! De man stond weer op. Pakte zijn schrift en wou weer weg lopen.

"Wacht! Ik ben Nederlands." De man liep weer terug.

"Nederlands?" Zei hij verbaast. "Kom laat me je helpen."

Ze liep het water uit en trok haar jurk zo snel mogelijk aan.
"Gaat het?" Zei hij.

"Ja, het gaat wel." Zei Lieve snel.

Ze keek hem aan. Hij leek speciaal. Dacht ze.

"Ik heet Joan." Zei hij.

"Ik heet Lieve." Ze bleven elkaar aan kijken.

"Hoe kom je hier?" Zei hij afvragend.
Lieve kreeg tranen in haar ogen het hele ongeluk kwam naar boven.

"Ik was op vakantie." Zei ze. "Met het vliegtuig. Tot dat die neerstortte. Ik ben op pad gegaan. Samen met een man Jack die ik in het vliegtuig leerde kennen. Zijn vrouw is dood gegaan, maar wij hebben het overleeft." Ze keek weg.

"Jeetje. Wat erg voor je, het spijt me. Ik heb nooit wat gehoord over een ongeluk. Ik had het niet moeten vragen." zei hij.

"Nee dat hoeft niet, het is oké. Hoe kom jij hier dan?" Vroeg ze.

"Mensen ontdekten deze plek. Mij werd gevraagd of ik hier onderzoek wou doen naar de mensen." Lieve was verbaast.

"Heb je nooit iets gehoord over een vliegtuigramp?" Zei ze.

"Nee, het spijt me... Zullen we weer terug gaan?"

" ja is goed, wacht even. Toto kom we gaan!" Het aapje klom naar beneden.

"Is hij van jou?" Zei hij lachend.

"Uhhm ja, hij was gewond toen heb ik hem geholpen. Maar hij wou niet meer weg van mij."

Lieve bewonderde de man. Hij zag er zo slim uit. Hij zou wel veel weten over de wereld. En waarschijnlijk ook wel hoe ik thuis zou kunnen komen...

"Wanneer vertrek je weer?" Zei Lieve.

"Over twee weken."

"Ik wil niet vervelend doen maar waar ga je dan heen?"

"Terug naar Engeland."

Lieve durfde even niks te zeggen, het zou te veel zijn om nu al te vragen of ze mee mocht. Ze kende hem nog maar net.

"Maar na Engeland ga ik weer terug, denk ik. Het is hier ontzettend mooi. En de mensen zijn vriendenlijk." Zei hij."

De teleurstelling werd weer wat groter. Misschien vond hij het wel niet waard om haar te helpen.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top