⚡⚡⚡

Het busje reed naar de luchthaven. Bij het uitstappen gaf de chauffeur onze tickets. "Wow", zei, "Annabeth ik ben nog nooit op een luchthaven geweest." "Dan is dit de eerste keer", Vulde Percy aan. "Percy wil je nu even niet te romantisch doen? Valentijn is voorbij! En gelukkig was ik er niet bij", Klaagde Olivia. "Kom we gaan inchecken." Olivia en ik hadden de halve busrit elkaar zitten uitdagen. Op het einde hadden we de slappe lach. We waren geëindigd bij de half ezel. En toen hadden we ruzie met Grover. Lilly, Olivia en ik hadden enorm gelachen in het busje. Ik had het gevoel dat er veel veranderd was sinds dat ik haar voor het eerst zag. Er was een grote balie met links een madam en naast haar een band waar je je koffers moest op plaatsen. De rijen waren eindeloos. "Pasporten!" Zei de mevrouw. Ze nam onze pasporten en zette er een stempel in. Van onder haar bankje nam ze een lange stikker en deed hem om het handvat van onze bagage. "Zet je koffers op de weegschaal", Zei ze. Ze was even beleefd zoals ze er uitzag dacht ik. Ze was redelijk lelijk en oud. Ze had een platte bril en veel puistjes. Haar kostuum was duidelijk veel te klein. Om de beurt zetten we onze koffers op de weegschaal. Als ze goedgekeurd waren gingen ze verder de bant op. Uiteindelijk waren al onze koffers goedgekeurd en stonden we zonder de koffers. "Naar waar gaat onze bagage", vroeg Lilly. "Naar de koffer van het vliegtuig", Zei Annabeth. Kom onze vlucht is die kant op. We liepen het hele luchthaven af om onze vlucht nog te kunnen hebben. Dan is het nog te verwachten dat we nog moeten wachten. Er waren een paar stoeltjes. "Ik moet dringend naar het toilet" Zei Olivia. "Ga maar", zei Percy, "het is die kant uit." Hij wees achter ons. "Ik ga mee", zei ik. Samen gingen we naar de toiletten. Bij de ingang stonden twee jongens te wachten. De ene had een zwart vestje aan en had zwart haar. Wat opviel was dat hij gele ogen had. Hij had een doodshoofd op zijn T-shirt. De ander was iets groter. Hij had blond haar en een paars T-shirt. Hij had een klein sneetje in zijn onderlip. Olivia zag de twee jongens ook staan en stond als aan de grond genageld. "Nico?" Ze liep naar de twee jongens toe. De Gothic jongen was duidelijk verrast om Olivia te zien. "Nico? Wat doe jij hier?" Hij antwoorde: "eh.. Olivia. Ik eh.." "wie is die jongen?" Ehm... Dit is Jason. En eh..." hij keek me aan. Iets in me zei dat ik hem ergens van kende. Maar dat maakte niet veel uit, ik vind hem echt hot. "Wie is zij?" Vroeg hij. "Dit is Lucy", zei Olivia. Ik wist niets uit te brengen. Ik stond aan de grond genageld. Ik draaide met mijn vinger rond mijn paarse haarlok. Man, ik zag eruit als een seut. "Wat doe je hier? Ik dacht dat je maar wat rond trok in new York." Nico? Ken jij deze mensen?" Nico keek voor zich. "Are you serious right now?" Zei hij tegen zich zelf. Ik voelde een sterke aura rond Jason. Alsof hij ook een halfgod is. "Weet je Jason.. dit waren eh..mijn buurmeisjes toen ik nog klein was." Ik keek hem vol ongeloof aan. "Wat? Nee, Nico wij zaten samen bij je in camp ha.." Olivia had haar zin niet kunnen afmaken of Nico keek haar duister aan. "Weet je Olivia ik breng onze Jason hier veilig terug naar het kamp." "eh.. wat?" Zei Jason. Nico gaf hem een stomp in zijn zei. "Camp Jupiter?" Zei ik ertussen. Ik keek op het T-shirt van die Jason. Nico keek opeens ook geschrokken naar het T-shirt van Jason. "Wat verberg jij di Angelo?" "Niets.." zei Nico snel. "Niets Jupiter lijkt mij alleszins normaal." "Ik denk dat hij een Romeinse god is." "Moesten jullie niet naar het toilet aangezien jullie hier staan." "Ok maar blijf hier Di Angelo!" Olivia en Lilly gingen de toiletten naar binnen. Ik bleef buiten. Nico keek me aan met een hele vreemde blik. Ik keek hem aan en snauwde: "Waar staar je nu naar?!" "Niets" zei Nico. "Ik heb al heel lang geen gothic tegen gekomen." "O ja", zei ik ongelooflijk? "Zo vriendelijk dat je bent." "Sorry hoor", antwoorde hij terughoudend. "Wie is je ouder?" Vroeg Nico. Toen hij dat zei draaide ik me met mijn rug naar hem en snauwde: "misschien moet je dat maar aan Olivia vragen zij weet het." "Hé... ehm... Maak niet uit je komt er wel achter op één of andere manier. Zo ben ik er ook achter gekomen." Ik draaide me terug om. "Wie is jou ouder dan." "Ik.... Ehm... Mijn vader is Hades. Je zou best uit mijn buurt blijven zoals de rest van de kampers", zei Nico. "Nu je me hebt gewaarschuwd ga ik echt niet luisteren hoor", daagde ik hem uit. Nico keek me aan met een grijns. "Oh, nee wacht maar af." "Ik wacht graag af zei ik uitdagend." Op dat moment kwam er een meisje uit de toiletten. Ze had lang bruin haar in een vlecht. Ook zij had een paars T-shirt aan. "Ah, Reyna je bent daar, dan kunnen we weer he?" Hij duwde Jason en Reyna weg. Olivia kwam ook buiten samen met Lilly. "Ik zie je nog Olivia!" Maar Olivia leek er niet mee gediend te zijn. "Kamp Jupiter? Wie is hij eigenlijk die Nico? Hij is creepy als je het mij vraagt." Creepy hot dacht ik. Nadat ze hun boodschap hadden gedaan liepen we snel weer naar Percy. "Kom snel meisjes onze vlucht zal vertrekken." Snel liepen we de gang in dat was verbonden met het vliegtuig. "Weet je wie ik ben tegengekomen?" Zei Olivia raadselachtig. "Nee, wie dan?" "Nico! En hij was met nog twee mensen, ook halfgoden denk ik." Percy keek haar ongeloofwaardig aan. We namen plaats in het vliegtuig. Er waren telkens drie zitplaatsen. Annabeth, Percy en Olivia zaten naast elkaar. En Grover Lilly en ik. Olivia en Percy waren toch redelijk zenuwachtig. De hele vlucht door. En grover zijn geitenpoten stonken enorm. Had hij nog nooit van parfum of deo gehoord. Ik zat dus wel naast die geit. Ik hield mijn mond best. Straks hadden mensen nog door dat we een geit meehadden. Maar dat was niet het enige, er is ook nog iets raars gebeurt. We zaten al zo'n acht uur op het vliegtuig. Na het eten (dat niet te eten was) sprak er een stem in mijn hoofd. "Lucy! Ik ben hier! Kijk dan! Lucy ik ben het!" Ik kreeg hevige koppijn van die stem. Volgens mij verzon ik het gewoon omdat ik waarschijnlijk misselijk was van het eten. Ik wou recht staan om naar het toilet te gaan. Het toilet was een district verder. Onderweg werd die stem telkens luider. "Lucy! Kijk om je heen. Lucy!" Ik strompelde door het dunne padje. Als het een vliegtuig één kleine schok zou maken zou ik vallen. Een man ving me op vlak voordat ik viel. Hij had een net pak aan. Hij was struis gebouwd en ergens herkende ik hem maar ik wist niet van waar. De stem stopte. "eh.. bedankt meneer", Zei ik. "Ah, Lucy", antwoorde hij vriendelijk. Ik hapte naar adem. "Hoe weet u mijn naam?"

"Omdat ik je vader ben Lucy. Ik ben Zeus." De eerst seconden wist ik niets uit te brengen. "...Mijn vader?" bracht ik uit. Stond hier voor me? Ik was misselijk geworden door de schommeling van het vliegtuig. De Koning van de goden komt mij persoonlijk op zoeken. "Het spijt me meisje dat ik het niet eerder kon vertellen. Maar je moet weten dat ik tot nu toe al trots op je ben. Je liedjes zijn geweldig en je helpt je moeder goed met de shows. Je weet niet wat ik heb moeten doormaken. Ik heb jou en je moeder erg gemist. Gaat alles goed met je en met je moeder." "eh.. alles kits" zei ik nog altijd misselijk. Het vliegtuig gaf nog eens een schok deze keer wist ik me nog vast te houden aan een stoel. Ik was compleet in de war. Toen ik weer op keek waar mijn vader stond zag ik alleen een lege plek. Op de grond kon je een verschroeide plek zien. Alsof er een bliksem was ingeslagen. Hij was weg. Ik ging terug naar mijn plaats. Olivia en Percy zaten nog altijd te stressen. "Percy kalm er zal niets gebeuren, Chiron heeft alles geregeld", Stelde Grover hem gerust. Ik ging weer naast Lilly zitten. "Wat is er gebeurt?" Vroeg ze. "Volgens mij heb ik net bezoek gekregen van Zeus. Hij moest me persoonlijk komen zeggen dat hij mijn vader was" flapte ik eruit. Lilly kon duidelijk zien dat ik kwaad was en teleurgesteld. Mijn vader is Zeus, dat is het enige dat op dit moment door mijn hoofd spookte. Ze keken me allemaal verbaast aan. Lilly en Olivia wisten het blijkbaar al. Alleen nadat ik dat had gezegd gingen Percy en Olivia nog meer stressen. Ergens had ik het gevoel dat ik het niet zo leuk vond om een kind te zijn van de grote drie. En ik zag het al helemaal niet meer zitten nu ik erachter was gekomen.

Ik was blij dat we op de grond waren. Niet dat ik niet van vliegen hou. Het was alleen, Olivia en Percy die rondliepen als een kip zonder kop. Toen de kinderen van de zee rustig waren geworden en we eindelijk stil stonden. Sprong Olivia recht en liep ze het vliegtuig uit. We moesten moeite doen om haar bij te houden. Vanuit de luchthaven had je mooi zicht op de Eifel toren. Ik had een gevoel dat mijn leven pas vandaag was begonnen.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top