Vier: Berzorgdheid en slapeloosheid
Kreunend wreef Romez in zijn ogen, hij deed geen oog dicht en de klok tikte maar verder. Hij draaide zich nog eens om, maar de slaap wilde niet komen. Hij kon wel janken, want morgen mocht hij een proefwerk aardrijkskunde maken waarbij niet al te goed voor geleerd had door zijn slaaptekort. Romez zuchtte heel diep en keek naar het plafond. Langzaam drong de stilte tot hem door en hij sloot zijn ogen, maar kwam daarna tot de realiteit dat de slaap niet wilde komen. Hij lag weer klaarwakker... Morgen zou hij er brak uit zien en Thijmen zou zich weer zorgen maken, dat deed die altijd wanneer Romez een slapeloze nacht had gehad. Wat vreemd was aan de ene kant, omdat geen van zijn andere vrienden het leek te merken. Maar andere kant vond Romez het wel fijn, hij voelde zich op dat soort momenten, ondanks zijn vermoeid, bijzonder. Een gevoel wat hij thuis niet meer kon verwachten. De gedachten aan Thijmen maakte hem zonder reden rustig waardoor hij plots in slaap viel. Hierdoor kreeg hij nog vier en een half uur slaap, want om half acht ging de wekker.
Vermoeid, uitgeput en hongerig zette Romez zijn wekker uit en wist zijn bed uit te komen. Sloffend ging hij naar de wc om daarna sloffend de trap af te lopen. Met veel moeite verplaatste hij zich naar de dichtbij gelegen keuken waar zijn moeder al aan de eettafel zat.
'Goede morgen,' zei ze vrolijk terwijl ze over haar krant heen keek. 'Goed geslapen?' Romez keek haar geïrriteerd aan. Kon ze niet aan zijn wallen zien dat hij geen slaap had gehad? Grommend maakte hij zijn weg naar het aanrecht waar hij zeer traag zijn brood wist te smeren. Daarna ging hij aan tafel zitten en nam vermoeiende happen van zijn boterham. Een klein beetje energie kwam hem tegemoed, maar niet genoeg om zo meteen een tien voor zijn proefwerk te halen. Hij zou blij zijn met een vijf. Na te lang over zijn ontbijt te hebben gedaan, pakte hij zijn jas en trok zijn schoenen aan.
'Hoe laat ben je thuis?' vroeg zijn moeder toen hij de achterdeur open deed.
'Rond vieren,' mompelde Romez.
'Vergeet je Elsa dan niet uit te laten?' Romez zuchtte.
'Komt goed,' zei hij en ging de deur uit. Hij pakte zijn fiets en begon zijn weg naar school.
~
Op het geluid van de eerste bel kwam hij hijgend op de derde verdieping aan. Hij was doodop en niet in staat nog een toets te maken. Maar het moest, leerplicht... Het eerste wat Romez opviel, was dat iedereen nog voor de deur stond en dat de leraar er nog niet was. Het tweede wat hem opviel waren de bruine, bezorgde ogen van Thijmen. Romez liep naar zijn vriend toe en voelde hoe de ogen in hem staken.
'Slapeloze nacht?' vroeg Thijmen bezorgd en legde zijn handen op Romez' schouders. Romez knikte en voelde hoe hij wankelde. 'Gaat het?' Romez schudde zijn hoofd en had de nijging zich naar voren te laten vallen, hopend op een omhelzing. Maar hij bleef waar hij stond waardoor hij Diana plots in zijn ooghoeken zag.
'Romez,' zei ze met haar suikerzoete stem en hij herinnerde zich dat hij haar helemaal vergeten was te appen. 'Heb je haar kluisje al gevonden?' Romez was te moe om tegen te werken en liet de woorden zijn mond verlaten.
'229, derde verdieping,' zei hij en vond dat de grond er wel als een goede slaapplek te zien was. Als Thijmen niet nog steeds zijn handen op zijn schouders had, dan lag Romez nu op de grond.
'Bedankt,' zei ze en de docent was bij de deur verschenen zonder dat Romez het door had gehad. 'Succes bij de toets!'
'Jij ook,' zei hij en werd raar door Thijmen aangekeken.
'Jij meld je na dit proefwerk ziek,' zei hij met een frons op zijn voorhoofd. Romez schudde zijn hoofd.
'Het gaat wel lukken,' zei hij en nu was het Thijmen beurt om zijn hoofd te schudden.
'Dat zullen we nog wel eens zien...'
~
Romez was het laatste uur bijna ingestort waardoor Thijmen met hem naar huis reed. Thijmen woonde eigenlijk aan de andere kant van de stad, maar stond erop mee te gaan.
'Stel nou dat je van je fiets valt,' was zijn reden en Romez kon er door zijn vermoeidheid niks tegenin brengen.
Ze fietsten door het park en Romez voelde hoe hij op zijn automatische piloot reed. Maar niet zo erg dat hij twee vaag bekende mensen miste.
'Zag je dat?' vroeg hij Thijmen verbaasd.
'Zag ik wat?'
'Die twee mensen, een man een een vrouw,' zei Romez en zweerde dat hij een paar seconden geleden de vrouw recht had aangekeken voordat ze samen met de man in het niet verdween.
'Ik heb niks gezien,' zei Thijmen en keek hem bezorgd aan. 'Waarschijnlijk verbeeld je je het...'
'Maar je zei zelf toch dat je niet kon gaan hallucineren van slaaptekort?' vroeg Romez daarop. Thijmen keek hem twijfelend aan.
'Met jouw slaaptekort misschien wel...' Romez zuchtte en richtte zijn blik weer op de weg. Als Thijmen niet tegen hem was blijven praten, lag hij nu op het asfalt en Romez was blij toen hij de staart herkende.
'Nummer 21, toch?' vroeg Thijmen. Romez knikte.
'Maar we gaan wel via achteren, anders raken we die fietsen niet kwijt,' zei hij en voelde de wallen onder zijn ogen aanwezig zijn. 'Ik wil echt slapen...'
'Moet je niet doen...' zei Thijmen en Romez keek hem vragend aan. Thijmen glimlachte kort. 'Als je een middagdutje gaat doen valt je slaapritme nog meer uit het patroon...'
'Daar heb je een punt,' zei Romez en reed de stoep op. Thijmen volgde hem en even later deed Romez de deur van de tuin van het slot.
'Mag ie nog steeds in het gras?' vroeg Thijmen die er al een tijdje niet meer was geweest.
'Natuurlijk, wel zo makkelijk toch?' Ze zette de fietsen tegen de schutting in het gras neer en Thijmen volgde Romez op de voet.
'Ik ben thuis,' zei Romez vermoeid en het gezicht van zijn moeder verscheen.
'Hallo,' zei ze. Haar blauwbruine ogen vielen op Thijmen en ze glimlachte. 'Jou heb ik al een tijdje niet meer gezien.'
'Hallo,' zei Thijmen met een kleine ongemakkelijke glimlach.
'Je hoeft nergens bang voor te zijn,' zei ze daarop. 'Je kent me toch?' Ze rolde half lachend met haar ogen en Romez zuchtte gefrustreerd.
'Kom, we gaan naar boven,' zei hij tegen zijn vriend.
'Vergeet de hond niet uit te laten,' zei zijn moeder daarop.
'Nee, mam,' zei Romez met een zucht en liep naar de gang toe waar hij zijn schoenen en jas achterliet.
'Oh, Thijmen?' vroeg ze en Thijmen keek naar haar om. 'Wil je mee eten?'
'Dat zou fijn zijn,' antwoordde hij knikkend. Romez haalde zijn schouders op en schudde zijn hoofd.
'Kom,' zei hij en de twee jongens vertrokken naar boven.
~
'Als je die nu naar de andere kant brengt,' zei Thijmen en wees in Romez' schrift. 'Dan kan je de abc-formule gebruiken.' Romez zuchtte.
'Je nog eens gelijk ook,' zei hij en keek raar op. 'Heb je serieus dit nummer in de playlist gestopt.' Thijmen lachte.
'Is leuk toch? Krijg je nog een beetje energie!' zei hij en bewoog met zijn hoofd mee in het ritme. Hoofdschuddend keek Romez naar zijn huiswerk en zuchtte.
'Ik denk dat ik de hond moet uitlaten...' zei hij en Thijmen keek hem met een opgetrokken wenkbrauw aan.
'Je kan ook geen goede muziek waarderen,' zei hij. 'Maar goed, ik ga mee. Ik wil niet horen dat je bewusteloos in het park bent gevonden of zo.' Romez lachte.
'Dat lijkt me sterk,' zei hij en Thijmen wenkbrauw bleef opgetrokken. Romez schudde lachend zijn hoofd en stond op.
'Kom we gaan,' zei hij en stak zijn hand uit om Thijmen omhoog te helpen. Die hand werd maar al te graag aangenomen waardoor ze plots heel dicht op elkaar stonden en Romez merkte dat Thijmen nog steeds groter was dan hij. Ze stonden even stil in hun bewegingen, maar Romez draaide zich om. 'Als we hier blijven staan haalt mijn moeder me persoonlijk uit mijn kamer... En daar heb ik niet al te veel zin in.' Thijmen knikte instemmend, maar leek iets te willen zeggen in het moment dat net verloren was gegaan.
~
'Elsa!' Romez riep de hond en de golden retriever kwam vrolijk naar ze toe gehuppeld.
'Goed zo Romez,' zei Adine die net de woonkamer weer in kwam lopen. 'Ik was even bang dat je het vergeten was.' Romez keek zijn moeder geïrriteerd aan.
'Waarom heb je zo weinig vertrouwen in me?' vroeg hij bozer dan hij bedoelde.
'Oké,' zei Thijmen, die duidelijk geen zin had in een familie argument. 'Laten we die hond maar uitlaten.' Hij duwde Romez in de rug waardoor die naar de gang toe wankelde. Hoewel Thijmen er zo voor zorgde dat er geen gevecht los brak, kon hij niet voorkomen dat Romez nog een boze blik aan zijn moeder schonk en zij gaf haar zoon een verveelde blik terug.
'Lopen, buitenlucht,' zei Thijmen. 'Beweging en daarna eten. Het zal je goed doen!' Romez zuchtte en knikte terwijl hij zijn schoenen weer aan trok en zijn jas van de kapstok haalde. Elsa deed hij aan de riem.
'En daarna slapen,' zei hij bijna dromerig en deed de voordeur open. Thijmen knikte.
'En daarna is het al bijna weekend!' Romez grijnsde en leek opeens niet vermoeid meer. Thijmen grijnsde terug.
'Inderdaad,' zei hij en ze liepen naar buiten.
---------------
Ik houd echt van deze cuties :3
Alvast een fijn weekend! (Zeg ik terwijl ik nog tot 17:15 op de uni zit :,( )
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top