Hoofdstuk 56

Ik vraag Zarah voorzichtig naar de reden voor het feest, daar was ze net behoorlijk vaag over, en ik heb daarom nog steeds geen idee.
Werpt ze nu een bepaalde blik naar Sonya? Ik zie het net niet goed genoeg en focus me op haar antwoord: "Maak je je daar maar niet druk over." Zegt ze luchtig. "Ik vier graag feest, en een reden vind ik minder belangrijk. Wat dacht je van het 'Eindzomerfeest'?"
Ik kijk haar fronsend aan.
"Het is al herfst, ma." Brengt Sonya haar moeder lachend in herinnering. Die doet dat met een wegwerpgebaar af. "Maakt niet uit, dan gaan we voor 'Herfstfeest', of 'vier de herfst'." Dit keer kijken Sonya en ik elkaar aan om een blik te wisselen. Ik besef dat we al net zo kijken als haar vader en broer eerder die dag. Ik geef het maar op en richt me op het feest in plaats van het waarom.
We gaan de eetzaal gebruiken als locatie, die ligt gunstig ten opzichte van de keuken, en is lekker groot. De kleuren van de versiering vinden de dames erg belangrijk en ze kiezen voor goud met natuurlijke tinten groen. Bij de rest begrijp ik algauw dat ik praktisch overbodig ben. De twee dames werken als een geoliede machine samen, en hoewel ze mij bij de versiering, uitnodigingen, programma en dergelijke blijven betrekken, besef ik al snel dat de planning hun zwakste punt is; ze zijn gefocust tot op het kleinste detail en hebben bijvoorbeeld al namen voor wie waar geschikt voor is. Blij met mijn teruggekregen vrijheid, stel ik voor om deze mensen af te gaan en af te stemmen wat er net besproken is.
De todo-list heb ik bijgehouden en ik zie dat Zarah en Sonya hier blij mee zijn.
Dan schrik ik opeens: de datum! Het feest staat al gepland voor over een week. Geen wonder dat we zulke grote vorderingen hebben gemaakt in één vergadering; we moesten wel.
Ik vraag voorzichtig: "Klopt die datum wel?" Maar dat klopt, en het gaat ons lukken om dat rond te krijgen.
Ik besef dat ik het de komende dagen druk krijg, en het lijkt me wel zo aardig om dit te gaan vertellen aan Solange en Liesbeth, mijn leidinggevenden in mijn werk, zodat ook zij weten waar ze aan toe zijn.
Ik loop daarom naar de keukens, sowieso een plek waar ik heen wil om alles voor het feest te regelen. Ik ben daarom erg efficiënt bezig vind ik, dus ik ben erg tevreden met mezelf.
Dat gevoel veranderd in schrik als ik opeens beetgepakt word, terwijl mijn mond bedekt wordt met een grote hand, en dan word ik in een leegstaande kamer geduwd. De lamellen daar zijn dicht, en er staat nog een bureau, maar verder is dit duidelijk een kamer waar niet veel mee gebeurt. Behalve op dit moment natuurlijk, want mijn ontvoerder heeft zijn hand van mijn mond verwijderd en kust me zachtjes in mijn nek. Rond deze tijd heb ik uitgevogeld dat de geur van deze man wel heel bekend is, en maakt de angst plaats voor begeerte. Vince beweegt zijn handen over mijn lichaam en ik raak ter plekke ontzettend opgewonden. Hijgend wil ik me omdraaien om me tegen hem aan te kunnen drukken en wat terug te kunnen doen, maar hij vindt deze houding wel goed zo en laat het niet toe. Zijn vingers dringen zich bij me naar binnen en ik kreun luid.
Hij buigt me voorover over het bureau en maakt zichzelf en mij klaar voor een vluggertje. Het komt niet in me op om te protesteren, daarvoor ben ik al veel te veel opgegaan in de hartstocht, en al vlug komen we allebei klaar. Als we ons weer fatsoeneren, bedenk ik me opeens wat en kom abrupt uit mijn roes. Sinds we seks hebben, hebben we het nog niet veilig gedaan, en hoewel ik niet bang ben voor ziektes, ben ik genoeg thuis in biologie om te bedenken dat hier kindjes van kunnen komen. Ik draai me om, wat Vince nu wel toelaat en kijk hem met grote ogen aan. Hij kijkt gelijk geschrokken, waardoor de rozige gloed bij hem ook abrupt verdwijnt en vraagt: "Wat is er? Was je het er niet mee eens?" Ik zeg: "Dit mag je vaker doen, ik vond het erg lekker! Alleen... we doen het niet veilig. Daar moeten we wel wat mee doen." Ik zie opeens wat stiekems op zijn gezicht verschijnen en vraag achterdochtig: "Je gaat me niet vertellen dat je dit bewust hebt gedaan?" Hij kijkt nu wat schuldig en zegt: "Nee, ik kwam er ook te laat achter. Ik wilde nog vragen of je toevallig aan de pil bent, maar dat ben ik net in de hitte van het moment vergeten." Hij kijkt ondertussen erg onschuldig, maar ik weet niet of dit echt is of niet.
"Nou ja, het is nu al gebeurt." Zeg ik. "Hier ga ik me druk om maken als dat nodig is." Maar ik zeg het nu wel, ik besef gelijk dat mijn hele gedachtenwereld erdoor in beslag wordt genomen. Wat verloren kijk ik hem aan. Hij zegt: "We wachten het af, en daarna is er ook wel een oplossing voor te vinden." In de wetenschap dat als we een kind krijgen, hij in een liefdevolle omgeving op zal groeien, knik ik wat sip naar hem. Een kind weghalen zit er sowieso niet in voor mij, dus meer doen dan afwachten zit er nu niet in.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top