Hoofdstuk 8: De zwarte hond



Roger en John stapten van hun paard af. Ze waren aangekomen bij een herberg om te eten. De herberg stond aan de rand van het bos en was een oud houten gebouw. John bond de paarden aan een paal. Het bord van de herberg wapperde langzaam in de frisse September wind. Op het uithangbord stond een tekening van een zwarte hond.. In de herberg zaten veel mensen en er hing een gezellige sfeer. Er liepen mensen mensen met dienbladen vol met eten en kroezen bier. In de hoek van de herberg was nog 1 lege tafel in de hoek. John en Roger liepen achter de stoel van een jongen met donkerblonde krullen en bakkebaarden en een tafeltje met twee oude vrouwtjes. 'Ik heb dorst en wil wat eten.' zei Roger zuchtend en hij plofte op de stoel. John lachte. 'Jij doet ook niks anders dan eten en drinken.' Roger keek hem droog aan. 'Anders ga ik dood oké.' Roger keek naar de oude vrouwtjes achter hem. 'Die zien er ook uit als heksen.' fluisterde hij net iets te hard. Een jonge vrouw, die aan de tafel zat met de vrouwtjes stond op en liep richting hun tafel. 'Die had ik niet zien zitten.' zei hij wantrouwend voor wat ze zou gaan zeggen. De jonge vrouw had pikzwart haar tot haar middel en stond nu bij hun tafel. 'Dus ik zie eruit als een heks!' zei ze boos. De mensen in de herberg keken geschrokken om, maar toen er niks gebeurde gingen ze weer verder met praten, drinken en kaarten. Roger stond op. 'Ik bedoelde jou niet. Jij bent hartstikke knap.' John zuchtte. Roger was daar zo makkelijk in. Iets te makkelijk naar zijn mening. Toen Pien dood was en ze terugkeerde naar Cashewlot had Roger in de eerste paar jaar dat ze terug waren op het kasteel zowat met al de meisjes in het dorp een afspraakje gehad. Uiteindelijk kwam hij Allie tegen. John snapte nog steeds niet wat Allie in Roger zag aangezien Roger voordat hij was gaan vechten met Cashewlot misschien wel 10 keer vreemd is gegaan. Roger wist Allie's naam niet eens. "Lola" dacht hij dat ze heette. Van de andere kant begreep hij het wel want hij had nog nooit iemand ontmoet die dommer was dan Allie, maar dat vertelde hij maar niet. Zelf had John niet echt een liefdesleven. Het interesseerde hem niet. Roger draaide zich om naar John. 'Wat?' 'Niks hoor.' grinnikte John. Het meisje met de zwarte haren keek Roger onderzoekend aan. Roger glimlachte naar haar. 'Waag het me nog een keer een heks te noemen!' schreeuwde ze uiteindelijk en ze ging weer terug zitten bij de oude vrouwtjes. 'Nou dat was een.. uhm.. aparte ontmoeting.' zei Roger droog. 'Zeg dat wel.'

Na een kwartier op de barman te hebben gewacht was Roger er klaar mee. Hij sloeg zijn handen op tafel. 'Ik ga hem gewoon halen.' Hij stond op en liep naar de bar. 'Moet je luisteren.' viel hij uit tegen de rug van de barman. 'Ik wacht al een kwartier op mijn drinken en -' De barman draaide zich om en keek Roger verbaasd aan. Toen dook hij weg en ging onder de bar zitten. Roger keek verbaasd over de rand van de bar, maar kon de barman niet goed zien. Hij draaide zich om en wenkte John. John stond op en keek hem vragend aan. 'Hij zit onder de bar.' fluisterde Roger deze keer wat zachter. John ging ook over de bar hangen, maar kon het ook niet zien. 'Oke meneertje.' zei Roger streng. 'Ik weet niet waarom je onder de bar zit, maar ik wil mijn drinken!' 'Ik kom pas als jij weg bent. Ik heb met mezelf afgesproken jouw gezicht nooit meer te hoeven zien. En aangezien jouw gezicht er nog hetzelfde uitziet als 17 jaar geleden blijf ik hier zitten.' John keek Roger nadenkend aan. 'Ik herken die stem. volgens mij-' 'Hij zei dat mijn gezicht niet is veranderd John!' riep Roger hard. 'Weet ik maar dat is nu toch niet aan de orde.' probeerde John hem te kalmeren. 'JAWEL! 17 jaar geleden was ik 20. Ik ben nu 37 dat is bijna twee keer zo oud. Is het dan een goed ding dat ik er nog steed uitzie als iemand van 20?' vroeg Roger onzeker. 'Want ik denk het niet.' 'Dat is een slecht ding!' klonk het van onder de bar. 'Je bent namelijk echt een baby.' Dat was de laatste druppel. Roger klom over de bar en trok de barman onder de bar vandaan. 'Oh ja en wie ben jij om mij dat te vertellen?!' zei hij boos. 'Ik bedoel het is helemaal niet slecht. Ik heb liever een babygezichtje dan dat ik Klaas Vaak ben. En het is-' 'JIJ?!' schreeuwde John dwars door Rogers levensverhaal heen. Roger keek verbaasd om naar de barman. Toen hij zag wie het was gaf hij hem een harde zet waardoor de barman keihard tegen een vat bier aankwam. Zo hard dat het omviel en kapot viel op de grond. Het gebroken hout vloog al de kanten op en bier golfde door de herberg. Mensen stonden geschrokken op en haastte zich naar buiten om hier niks mee te maken te krijgen. 'Dat mag je zelf betalen!' riep de barman. 'NEE!' schreeuwde Roger boos terug. De barman krabbelde overeind en probeerde weg te rennen. 'RICHARD!' riep Roger. John pakte Richard bij zijn arm en zette hem op een bankje, dat plakte door het bier. Richard verzette zich, maar John was sterker. Roger klom over de bar en ging recht voor Richard staan. 'Jij vuile schoft. Jij vuile nietsnut. Jij verrader!' Richard sloeg John in zijn gezicht, maar John was nog nooit zo boos geweest en sloeg Richard 3 keer zo hard terug vol op zijn neus, die hevig begon te bloeden. Richard greep naar zijn neus. 'Ik heb Henry niet vermoord!' riep hij. 'Ik weet dat jullie dat denken, maar het is niet zo.' Roger keek hem strak aan. 'En Brian heb ik ook niet vermoord!' Roger begon te ijsberen terwijl John Richard nog steeds vasthield. John was bijna 10 jaar jonger dus was nog veel sterker dan Richard. Roger pakte een kan van de bar en smeet hem voor de voeten van Richard. 'Waarom kwam je dan terug met een bebloed mes?' Richard keek naar de scherven. 'Ik vertelde al dat ik met een man in het bos had gevochten en zijn vinger er af heb gehakt.' Roger en John keken elkaar aan. 'Uhm dat heb je nooit verteld.' zei John. 'Ik geloof er niks van.' zei Roger. 'Oke dan niet.' zei Richard. 'Jij gelooft toch niks.' Roger trok zijn arm naar achter om Richard een klap te verkopen, maar hield zich in. 'Wat zou ik er aan hebben gehad om Henry te vermoorden? Je weet toch dat hij zelf koos om dood te gaan of niet? Waarom denk je anders dat hij om 1 uur 's nachts naar een open plek in het bos ging. Hij offerde zichzelf op zodat de oorlog zou eindigen. Ik had er dus niks aan gehad.' zei Richard droog. 'Jawel!' begon Roger. 'Je vond het Henry's schuld dat Mauricia dood is. Dit was je wraakactie.' Richard schudde zijn hoofd. 'Het is ook Henry's schuld dat ze dood is, maar ik heb er nog steeds niks aan hem te vermoorden.' Roger trok zijn zwaard en richtte het op Richard. 'Het is niet zijn schuld dat je meisje dood is.' 'Wel!' riep Richard. 'Niet!' riep Roger terug. 'Oke dat is een andere discussie.' kwam John tussen beide. 'Ik denk dat hij is vermoord door iemand van Leonards kasteel.' zei Richard zonder enkele emotie. 'Maar ach het is toch alleen maar goed dat hij dood is. Ik bedoel het heeft ons veel doden gescheeld.' Roger haalde uit met zijn zwaard naar het hoofd van Richard, maar die deed net op tijd zijn arm ervoor waardoor er een enorme snee in zijn arm kwam. Het bloed druppelde zacht op de grond en vermengde zich met de kleine plasjes bier. Richard trok zijn andere arm los uit Johns arm en probeerde zo het bloedde te stoppen. 'Jij bent echt gek!' riep hij naar Roger. Het bloed kwam tussen zijn handen door en druppelde nu ook op zijn witte wambuis. 'Ik ga je aangeven! Straks bloed ik nog dood.' John stond op en liep de herberg uit. 'Nee kom terug!' schreeuwde Richard. 'John, kom terug! Straks bloed ik dood.' Roger deed zijn zwaard terug in zijn holster. 'Niemand zal je missen.' hij draaide zich om van Richard en liep de herberg uit. 'KOM TERUG.' schreeuwde Richard vanuit de herberg. 'KOM TERUG! Kom terug!' klonk het steeds zwakker. 'Help me! Ik ga dood!' Roger sprong op zijn paard en met John naast zich ging hij ervandoor. 'Kom terug!' klonk het nog een keer achter ze.

Edward draaide zich om. Hij kon niet slapen. Hij maakte zich zorgen om Ina. Zou ze nog leven? Hij geloofde niet dat het een echte beer was. Misschien was het iemand in een berenpak. Misschien was het een kidnapper. Misschien was het iemand die bij Steven hoorde. Hij wist het niet. Hij ging zitten en keek naar de andere. Ze lagen in een kring rond een uitgedoofd kampvuur. Guy lag op zijn rug met zijn armen gespreid. Hij was net Jezus aan het kruis. Links van Guy lag Candel. Hij lag op zijn zij en had zijn zwaard naast zich neergelegd. Tussen Edward en Candel zat een gat. Daar lag Ina altijd. Edward staarde naar de lege plek en dacht weer aan wat er allemaal wel niet fout kon gaan met haar. Edward keek naar rechts. De plek waar Klaus lag. Geschrokken kwam hij overeind. Klaus was weg. 'Oh nee. Oh nee.' fluisterde hij zacht. 'Is hij ook al meegenomen.' Guy wreef slaperig in zijn ogen en kwam langzaam overeind. 'Wat is er?' vroeg hij slaperig. 'Klaus is weg!' Guy sprong overeind. 'WAT!' schreeuwde hij. Candel pakte zijn zwaard en sprong klaarwakker omhoog. 'Wat is het probleem? Worden we aangevallen?' zei hij gestrest. 'Nee, het is veel erger.' zei Guy. 'Klaus is weg!' Candel liet teleurgesteld zijn zwaard zakken en ging terug op de grond liggen. 'Die is vast ergens met zijn onzichtbare vrienden naartoe gegaan. Truste.' Hij draaide zich om ging weer slapen. 'Misschien heeft hij gelijk.' zei Edward. Wie zou hem nou wee ontvoeren? dacht hij. Ze hadden beter hem of Guy kunnen ontvoeren. Zij hadden betere functies. 'Morgen is hij wel weer terug hoor.' probeerde Edward Guy gerust te stellen. 'Ik hoop het.' zei Guy gespannen.

Het was inmiddels pikdonker geworden en Roger en John reden ergens midden in een bos. 'We zijn verdwaald en ik zie niks!' zei Roger. 'Zou Richard nog leven?' vroeg John. Roger zuchtte. 'JA!' riep hij. 'Dat vraag je al een half uur en ik heb al 4 keer gezegd dat er vast wel iemand is die hem heeft geholpen. En anders wat maakt het uit.' John knikte instemmend. 'Kom maar koning worm u kunt uw kasteel in.' klonk het niet ver voor hun. Roger en John keken elkaar verbaasd aan. 'Hoorde jij wat ik hoorde?' zei John. 'Ja, ik ben bang dat er gestoorden in dit bos zitten.' antwoordde Roger droog. 'PAS OP IDIOOT! Daar zit Kees knakker!' Roger schrok zo van de onverwachte persoon, die voor hen zat dat hij zijn evenwicht verloor en van het paard afviel. John keek geschrokken naar het lege paard van Roger. 'oh, dat is niet zo handig van u meneer.' zei een persoon uit het donker onschuldig. Roger krabbelde vloekend overeind en liep naar de persoon voor hun. 'Kom naar voren ik zie niks het is super donker.' zei hij boos. Uit het duister stapte een slungelige dunne man met krullend haar en een klein baardje, het was Klaus. John keek hem onderzoekend aan en stapte van zijn paard. 'Ik ken jou.' zei hij. 'Nou ik hoop dat je hem niet mag want ik zou hem zo een stoot verkopen. Ik ben van mijn paard gevallen!' viel Roger uit. 'Ja dat jij geen evenwicht hebt is niet mijn schuld.' zei Klaus met een overdreven onschuldig toontje. 'Heb jij meegevochten aan de slag tussen Henry en Leonard?' zei John, die de opkomende ruzie tussen Klaus en Roger probeerde niet tegen te houden. Klaus dacht diep na. 'Wat deed je op de weg om 1 uur 's nachts?!' negeerde Roger John. 'Een kasteel bouwen voor koning worm.' zei Klaus trots en hij wees naar een zandkasteel met een regenworm er in. 'Oh mijn god.' zei Roger. 'Hij is echt gek. We zitten midden in een bos met een gek. God sta me bij.' John keek Roger ongelovig aan. 'Wauw je zei zojuist iets christelijks, dat heb ik nog nooit meegemaakt.' zei John met een glimlach en draaide zich weer om naar Klaus 'Kan ik met Kees uhm nogwattes praten?' vroeg hij aan Klaus. 'Ja hoor hij zit daar.' zei Klaus en hij wees naar een lege steen. 'Oh god, kan iemand nog raarder zijn?!' zei Roger. John fronste. 'Oke.....' zei hij verbaasd. 'Heeft Kees ook gevochten voor Henry?' Klaus dacht weer diep na. 'Kan ik me niet herinneren.' zei hij schouderophalend. 'Ik snap het!' riep Roger sarcastisch blij. 'Hij is niet gek. Hij is dronken.' John sloeg tegen Rogers arm. 'Alsof jij dat nooit bent.' Roger zuchtte. 'Ja uhm maar dan zit ik geen zandkastelen te bouwen in een bos.' John keek hem met opgetrokken wenkbrauwen op. 'Nee je vraagt mensen ten huwelijk en springt in grachten.. ik weet niet of dat nou beter is.' 'oke, jij wint.' zei Roger met zijn armen omhoog en hij ging op een boomstronk zitten. John won meestal met dit soort ruzies en hij wilde zichzelf niet voor schut zetten bij deze onbekende. John wendde zich weer naar Klaus, die de worm had opgepakt en op de grond was gaan zitten. John dacht na. Hij wist zeker dat hij hem kenden van de slag om Loch Arkaig tussen Henry en Leonard. Maar hoorde niet bij Henry, dan had hij hem wel op het kasteel gezien. 'Heb je misschien bij Grawnwin gevochten?' vroeg hij uiteindelijk. Hoe ging hij deze jongeman zijn gedachte opfrissen? 'Hoe heet je?' vroeg hij snel. Hij had zijn naam niet gevraagd. Misschien kende hij zijn naam wel. 'Klaus!' zei Klaus vrolijk. 'Ik weet niet wat een Grawniewiwinie is.' John dacht na. 'Is hij niet die knaap wiens vriend zich voor hem had opgeofferd door voor hem te springen en een pijl op te vangen?' zei Roger snel alsof hij in een quiz zat en graag wilde winnen. 'JA!' riep John uit. 'Uhm Klaus. Je hebt wel gevochten voor Grwanwin je weet wel met die groene mantels.' Klaus knikte. 'Oh ja dat klopt. Dat ging echt goed!' 'Filip, Fillie, Fori, Fiela.' mompelde Roger. 'Frederik, Fransje of Frank. Oh man ik ben zo slecht in namen!' riep hij gefrustreerd uit. 'Ja daarom vergat je de naam van je vriendin.' zei John droog. Klaus grinnikte. Hij had geen idee waar deze twee mannen voor hem het over hadden, maar hij vond het wel grappig dat ze net ze kibbelde als een oud getrouwd stel. 'Hou daar nou eens over op.' zei Roger boos. Klaus keek John en Roger verwachtingsvol aan. 'FILO!' hij heette Filo!' riep Roger uit. 'Wauw je kan de naam van je vriendin niet onthouden maar wel van een random ridder, die zich opofferde.' zei John. Roger pakte een steen en gooide hem naar John, die hem net kon ontwijken. Klaus staarde naar een lege plek naast Roger. 'Geen zorgen hij leeft nog. Hij heet nu alleen Kees Knakker. Want iedereen wilde hem ontmoeten en hij houd niet zo van aandacht.' zei Klaus met een onzekere glimlach. Roger keek naar de plek naast zich en zuchtte. Hij keek naar John, die langzaam zijn schouders ophaalde en onzeker van Klaus naar de lege plek keek. Roger begon wild te gebaren naar John zonder geluid te maken. Hij maakte onzichtbare cirkels, zwaaide met zijn handen wees naar zijn haar en wees naar de grond. Uiteindelijk haalde Roger zijn schouders op en wees naar John. John keek hem verbaasd met opgetrokken wenkbrauwen op en wees vragend naar Klaus. Roger schudde wild met zijn hoofd waardoor zijn warrige haar nog meer door de war raakte. Roger begon opnieuw te gebaren, maar deze keer nog overdrevener. Klaus keek op van zijn zandkasteel en zijn worm en keek Roger vragend aan. 'Zijn we een raadspel aan het doen?' vroeg hij aan John. 'Daar ben ik heeeeeeel goed in!' Klaus begon te knikken en wees verder het bos in. Toen grinnikte hij, wees naar Roger en ging verder met rare gebaren maken. Abrupt stopte Roger met gebaren. 'Dat neem je terug!' schreeuwde hij boos. Klaus lachte. 'Was maar een grapje.' John keek de twee met grote ogen aan. 'Heb ik wat gemist?!' vroeg hij verbaasd. 'Wat zijn jullie aan het doen?' Roger zuchtte. 'Hij zei dat Ina mooier haar heeft dan ik! Maar Ina heeft bijna hetzelfde haar als ik!.' Roger deed zijn armen over elkaar en ging boos tegen een boom staan, als een kleuter die geen snoepje mocht. John gooide zijn armen in de lucht. 'Ik geef het op.' Er viel een stilte van ongeveer 10 seconde totdat John zich iets bedacht. 'Hoe weet hij dat je minder mooi haar hebt dan Ina?' Roger stopte met leunen tegen de boom. 'Hee! Ik ben niet minder leuk dan mijn kinderen! Ik ben ve-' 'Dat bedoel ik niet! Heeft hij je kinderen gezien?' onderbrak John hem. Rogers mond viel open. 'OH MIJN GOD!' Hij rende op Klaus af, die weer op de grond was gaan zitten om zijn zandkasteel een nieuwe verdieping te geven, en pakte hem bij zijn schouders. 'Heb jij mijn kinderen gezien?!' vroeg hij enthousiast. De blije uitdrukking verdween van zijn gezicht en hij staarde Klaus argwanend aan. 'Hoe weet je dat mijn dochter Ina heet?' Klaus keek hem kalm aan. 'Nou ik heb in dit bos twee keer kinderen gezien. 1 keer was 10 jaar geleden en dat waren een jongen en een meisje. Ze waren enorm veel brood aan het verspillen en gooide alles op de grond. Vervolgens liepen z-' 'Ja, Ja, Ja en de tweede keer dat je kinderen zag?' onderbrak Roger ongeduldig. 'De tweede keer dat ik kinderen zag waren het wat ouderen kinderen. Weer een jongen en een meisje en dit keer was er zelfs nog een jongen bij en Guy. Wauw waarom zijn het altijd een jongen en een meisje? En meestal heeft de jon-' 'GA VERDER!' schreeuwde Roger zo hard dat de vogels er van op vlogen. 'Het meisje had blond haar en de jongen was jij, maar dan iets kleiner.' Roger klapte in zijn handen van vreugde. 'Wanneer heb je ze voor het laatst gezien?' 'Uhm. Dat was.....' Klaus dacht diep na en keek hoopvol naar een lege plek voor hem. 'Dankje Kees!' Hij glimlachte en keek toen met een heel serieus gezicht naar Roger. 'Een paar uur geleden.' Roger liet Klaus los en rende naar zijn paard. John keek verward naar de gehaaste Roger. 'Waar gaan we heen?' Roger klom onhandig op zijn paard en keek toen hoopvol naar Klaus. 'Welke kant gingen ze op?' Klaus stond op. 'Nou de mini-jij, de andere jongen en Guy gingen die kant op.' Klaus wees naar een pad dat verder het bos in ging. 'John kom we gaan!' John haaste zich naar zijn paard en wilde er net op klimmen toen Klaus zijn verhaal af maakte. 'En Ina is meegenomen door een beer.' John trok een bezorgd gezicht en keek naar Roger, die stil voor zich uit staarde. Te stil, Roger was nooit stil. Roger kreeg plots zijn stem weer terug en sprong van zijn paard. 'WAT ZEI JE!? IS MIJN DOCHTER MEEGENOMEN DOOR EEN BEER?!' riep hij verdrietig uit. Hij liet zichzelf op de grond vallen en zag eruit alsof hij elk moment in huilen uit kon barsten. 'Ze is niet dood hoor.' zei Klaus onverschillig. 'denk ik.' fluisterde hij net te hard. Roger pakte een grote tak van de grond en gooide die recht in het gezicht van Klaus. Hij greep naar zijn gezicht en ging met zijn hand over de snee die de tak had gemaakt in zijn gezicht. Hij keek naar zijn hand waar bloed op zat en keek toen hoopvol naar de regenworm in het hoopje zand, dat een kasteel moet voorstellen. 'Kijk ik bloed!' zei hij enthousiast. Ik heb me voor u opgeofferd, koning worm.' Klaus keek Roger wantrouwig aan en begon toen te vertellen. 'Er is dus iemand en die gaat verkleed als beer het dorp in of het bos en dan neemt die een kind mee en dan blijft dat kind even weg en na een tijd ontsnappen de meeste wel en dan komen ze weer terug en dan zeggen ze allemaal zo super blij van ja ik ben een prinses geweest of ja ik ben een prins geweest in het kasteel van koningin Marie-Antoinette.' Roger keek Klaus nadenkend aan. 'Ja, die is niet dronken maar gewoon echt gek.' John negeerde deze opmerking en keek Klaus serieus geïnteresseerd aan. 'Dus je denkt dat Ina misschien bij Marie-Antoinette is?' Klaus knikte. 'Sinds Leonard en haar dochter Leonore dood zijn schijnt het dat ze kinderen ontvoerd om ze te vervangen.' 'Oke dan gaan we naar het kasteel.' John draaide zich zelfverzekerd om en liep naar zijn paard. Roger knikte en rende achter hem aan. Ze gaven hun paard de sporen en reden in de richting die Klaus had aangewezen. 'JOEHOE!' schreeuwde Klaus vrolijk. John slaakte een kreet. Klaus was op zijn paard gaan zitten zonder dat hij het doorhad. 'Ja, ik ga mee en blijf zitten.' John lachte. 'Is goed hoor.'

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top