~Hoofdstuk 11: Nieuwe Leerling~
Mitch en ik lopen door de school heen. Sommige mensen kijken ons nog na, maar de meesten gaan gelukkig weer door met hun gesprekken als wij voorbijlopen.
Sophie, Stella, de tweeling en Pax heb ik de afgelopen maand helaas niet meer op het strand gezien. Ik ben elke dag er nog naartoe gegaan, maar kon ze nergens vinden.
Ook gaat het nu weer goed met Mitch zoals voorheen, alleen voel ik zijn emoties nog sterker en kunnen ze nu ook de mijne beïnvloeden.
De afgelopen maand heb ik nagedacht hoe ik het Mitch zou moeten vertellen over Pax, het liefst zou ik het helemaal zelf willen oplossen. Maar ik weet dat dat deze keer niet de juiste beslissing is.
Elke dag dat ik het verschuil voel ik onze bond weer een beetje slapper worden. Niet duidelijk, maar als je erop let voel je het verschil.
En toch doe ik er niets aan, bang om onze bond helemaal te verpesten. Nog steeds is het beter dan daarvoor, maar ik wil het beste uit onze bond halen.
Ik wil niks voor hem verschuilen, maar dat is moeilijker dan dat het lijkt. Misschien niet voor Mitch, maar ik stel me van nature al niet heel erg open en als ik een probleem heb wil ik dat zelf oplossen.
Ik wil niemand anders erbij betrekken.
We lopen naar onze kluisjes en voordat ik nog aan Mitch kan vragen welke vakken we de eerste drie uur hebben antwoordt hij al en zegt: "Wiskunde, Techniek en Filosofie."
Inwendig kreun ik, na het horen van die vakken.
Ik beslis na een paar seconden in mijn kluisje te hebben gestaard, alleen mijn techniek boeken te pakken. Willen ze dat we een hernia krijgen ofzo?
Het is niet dat ik het ooit ga gebruiken als ik een generaal in het leger ben of misschien wel in De Raad zit.
Om in De Raad te komen moet je uitblinken en iemand uit De Raad van jouw afdeling zijn gestorven, aftreden of worden ontslagen door de Koning zelf. De Vechters die nu in De Raad zitten zijn sterke gespierde mannen in hun dertig, dus mijn kans om in De Raad te komen is nihil.
Diep van binnen wetend dat ik niet word gekozen, ga ik na dit jaar, nadat ik een Vechtersmeester ben naar de Academy University.
Daar gaan de meesten verder studeren om beter te worden, eigenlijk is het verplicht on daar naartoe te gaan. Behalve als je een uitzondering bent, zoals dat je bijvoorbeeld een plek in De Raad krijgt toegewezen.
De bel ging en we liepen naar het Wiskundelokaal. Ik probeerde nog zo langzaam mogelijk te lopen, hopend dat we een paar minuten van de les zouden missen. Maar met zo iemand als Mitch bij je, kom je helaas altijd op tijd.
Aangekomen bij het lokaal zagen we al een paar kinderen zitten. Drie meiden zaten met elkaar te giebelen en lachen achterin het lokaal en voorin zaten een paar leerlingen druk te schrijven. We hadden toch geen huiswerk op gekregen?
Mitch wil meteen naar de eerste rij lopen waar nog twee plekken naast elkaar vrij waren, maar ik trek me snel terug uit zijn greep en sleur hem op mijn beurt naar achteren, om daar te gaan zitten.
Geen haar op mijn hoofd dat ik voorin het klaslokaal ga zitten, deels omdat mensen me in de gaten kunnen houden en ik hun niet en deels omdat ik dan niet onopgemerkt kan gaan slapen.
Waarom begint school dan ook zo vroeg?
Het is vastgesteld dat als we een uurtje later beginnen de schoolprestaties gemiddeld beter zijn, dus als ik dit uur slaap zijn mijn schoolprestaties beter.
Gemiddeld beter.
Mensen lopen het klaslokaal in en kijken ons raar aan als ze gaan zitten op hun 'vaste' plek.
Ik heb geleerd dat iedereen een plek in de klas heeft, waar zij elke les zitten. En oh-wee als je daar dan gaat zitten.
Niet dat het mij veel uitmaakt. Maar om elke keer ruzie te maken over een stoel, maakt me moe.
"Leila en Mitch zouden jullie alsjeblieft willen gaan zitten," de docente kijkt ons met een geïrriteerde blik aan.
Dan merk ik de jongen naast haar op. Hij heeft hetzelfde bruine haar en hazelbruine met gele vlekjes - als ik goed focuste - in zijn ogen. Zijn handen zitten in zijn broekzakken en hij heeft een losse houding aangenomen. Zijn ogen komen net onder zijn capuchon vandaan en scannen de klas. Wanneer ze op mij landen, stokt mijn adem in mijn keel.
Pax.
Wat doet hij hier? Wil hij ons geheim aan heel de school verklappen? Of is het allemaal toeval? Hoe weet hij dat ik op deze school zit? Ik verman mezelf en adem diep uit.
"Leila, je overdrijft. Dit is allemaal toeval," zegt een stem in mijn hoofd.
Ik probeer mezelf te kalmeren, wat deels lukt.
"Je moet het laten varen, Leila. Je moet niet zo achterdochtig zijn," vervolgt de stem en ik vertrouw er maar op. Maar ik vertrouw Pax niet, niet nadat hij die woorden in mijn oor fluisterde.
Ik kijk Pax aan en zie hem mij gefronst aankijken. Ik werp hem een kleine glimlach, waarom weet ik niet, maar direct stuurt hij mij er één terug.
"Zie je. Hij heeft geen slechte bedoelingen, waarschijnlijk bedoelde hij er iets anders mee."
Zonder dat ik het doorheb gehad, heeft Mitch me naar de plekken vooraan het klaslokaal gesleept.
Nu we eenmaal zitten, stuurt de docent ons geen 'ik haat jullie en rot alsjeblieft op uit mijn lokaal' blik. Ze vestigt haar aandacht aan Pax, die nog steeds voor het klaslokaal staat.
Hij heeft een donkerblauwe hoodie aan die de kleur van de oceaan heeft. De kleur die nu mijn lievelingskleur is geworden. Het heeft de kleur van de zee, die ik nooit heb gehad.
Daaronder een zwarte broek, het zit losjes rond zijn heupen, maar niet te los dat het van zijn billen afvalt.
Hij heeft de capuchon van zijn hoodie over zijn hoofd getrokken, wat hem een mysterieuze uitstraling geeft.
Tenslotte heeft hij zijn rugtas over zijn rechterschouder gehangen. Van de hoek waar ik zit, kon ik zijn tas niet goed zien. Maar het ziet er wel heel licht uit. Alsof hij geen of bijna geen boeken erin heeft gedaan.
Wat hij waarschijnlijk ook niet heeft.
Het hele geheel en zijn uitstraling geeft hem een badboy uitstraling. Ik moet eerlijk toegeven dat het me aantrekt ook al zou ik het niet durven toe te geven en hij er goed uit ziet.
De andere meiden in het lokaal hebben het ook door, want ze doen nog geen eens de moeite om hun mond dicht te houden en hem met wijd opengesperde ogen aan te kijken alsof hij Zeus zelf is.
Hij heeft een soort aura om zich heen dat macht uitstraalt. Archer, Felix en Leonas hebben het zelfs niet. Hij kijkt de klas rond met een blik alsof hij alles aankan.
Nergens bang voor is.
Geen zwakte heeft.
Alsof hij beter is dan ons, dat hij zich boven ons verheven voelt.
Ik voelde zijn aura niet bij het kampvuur, hij gedroeg zich anders.
Maar misschien ligt het aan mij.
Misschien heb ik niet goed opgemerkt of is dit allemaal omdat ik hem van iets wil beschuldigen.
Dat ik het bewijs, om mezelf ervan te overtuigen dat hij ons geheim weet, bij hem probeer te zoeken. Dat ik naar hem kijken alles wat hij doet in de gaten houdt opzoek naar iets verdachts.
"Stel jezelf maar voor jongen," zegt de docent met een lieve glimlach.
Iedereen focust zich nu op Pax en kijken hem onderzoekend en nieuwsgierig aan. Na Mitch en mij zijn er geen nieuwe leerlingen gekomen, dus waarschijnlijk is het best bijzonder als er een nieuwe in de klas komt.
Hij doet zijn rechtervuist voor zijn mond en schraapt kort zijn keel, voordat hij begint te spreken: "Mijn naam is Pax."
Iedereen leunt verder naar voren om de rest te horen, maar Pax is stil. Hij zendt iedereen een kille blik, uitdagend om nog iets te zeggen. De docent die ook meer had verwacht en zijn blik niet had ontvangen of gewoon te dom voor woorden is, vraagt:
"Waar kom je vandaan?"
Het valt mij op dat zij verrassend veel geïnteresseerder is dan toen Mitch en ik haar lokaal voor de eerste keer inliepen.
Pax kijkt haar alleen maar aan met een emotieloze blik in zijn ogen. Die kant ken ik niet van hem, hij lachte de hele tijd bij het kampvuur.
Misschien wil hij dat mensen niet over hem heen gaan lopen, zo gedroeg ik me de eerste dag namelijk ook. Laten zien dat ze niet met je kunnen sollen.
Maar deze blik lijkt echt. Alsof dit zijn echte blik is en die andere bij het kampvuur een façade. Het doet me pijn om hem zo te zien. Waarom weet ik ook niet.
Maar het voelt alsof hij door ongeveer hetzelfde is gegaan als ik. Dat hij altijd als minder werd beschouwd en dat hij zichzelf omhoog moest vechten.
En om de top te komen en blijven moet je niet emotioneel onstabiel zijn.
Dan red je het niet lang in dat wereldje met allemaal bedrog en verraad. Waar iedereen alles doet om de beste te worden.
Ik ook.
Ik ben even goed of slecht als hem. Het is hoe je het bekijkt, maar ik heb genoeg mensen bedrogen en verraden om aan de top te komen. Maar nu ben ik aan de top.
Was het het waard?
Dat is een vraag dat ik me vaak stel. Maar ja.
Dat was het.
Zeker weten.
De enige die ik kan vertrouwen is Mitch. Alleen hij. Zelfs niet mijn eigen moeder en Liselotte, hoe graag ik het ook zou willen, ik kan het niet.
Genoeg mensen hebben mij vroeger ook verraden, te schande gemaakt om zelf hoger op te komen. Om ervoor te zorgen dat ze er zelf bij zouden horen.
Iedereen koos het 'zwakke meisje zonder vader' uit om te treiteren, verraden. Vriendinnen kreeg ik af en toe, maar zij dumpten me om vervolgens allemaal hetzelfde te zeggen: "Ik ben nooit je vriendin geweest, het was allemaal een show."
De ene na de andere zei dat tegen mij. En toch trapte ik er elke keer weer in, misschien omdat ik niet alleen wilde lopen. Misschien omdat ik dacht dat dat meisje wel echte vriendinnen met me wilde zijn.
Maar elke keer weer werd ik teleurgesteld. Elke keer brokkelde er een stukje mij af, maar niemand leek het te merken. En als ze het al merkten, deden ze er niks aan.
Ik was zo blij toen mijn moeder me vertelde dat ik naar de Academy mocht. Ik hoopte dat ik helemaal opnieuw kon beginnen. Waar niemand me zou herkennen. En ze me als één van hen zouden zien, want dat was het enige dat ik wilde.
Een gelijke zijn.
Ik hoefde geen respect van anderen, ik hoefde niet het middelpunt te zijn. Ik wilde alleen vrienden hebben waarmee ik kon lachen.
En dat ik niet meer werd gepest.
Maar alles leek zich weer te herhalen als voor de Academy. Nog binnen een week wist iedereen over mijn verleden. Ik werd uitgelachen, achterna gewezen. Maar nu was het erger.
Vroeger deden ze me alleen maar pijn met woorden, maar nu ook met geweld.
Tot dat Mitch kwam. Vanaf het begin waren we al 'verbonden zielen tot de dood ons scheidt', maar hij had niks door van de pesterijen en ik wilde hem net als nu er niet druk om laten maken.
Op een ochtend treiterde Chad mij, degene die het voor zijn rekening had genomen om mijn leven op de Academy zuur te maken, me weer.
Ik liet het maar over me heen komen. Ik was het vechten moe. Ik had geen energie en ik merkte dat als ik me niet tegen hun verzetten, ze eerder klaar waren.
Nog steeds weet ik niet waarom hij mij had gepest. Hij heeft alleen meerdere malen tegen mij gezegd dat ik de Vechters te schande maak en dat meisjes geen Vechters kunnen zijn. Maar is dat echt het enige waarom hij mij pestte? Of zit er meer achter?
Mitch zag op een ochtend Chad mij in elkaar slaan en schoot me meteen te hulp door Chad in elkaar te slaan.
Door deze onverwachte handeling had Chad geen tijd om te reageren en meteen toen hij zich omdraaide kreeg hij een vuist tegen zijn neus. Waarna ik de botten eng hoorde kraken en zijn neus niet meer de goede richting uitstak.
Het was de enige keer dat ik Mitch uit zichzelf heb zien vechten.
Mitch trok me snel aan mijn hand mee naar zijn kamer, voordat Chad of een van zijn meelopers ons te pakken kon krijgen. Vanaf die dag heeft Chad me niet meer gepest, in ieder geval niet meer fysiek.
Ook heeft Mitch me de beginselen van het vechten geleerd. Zodat ik voor mezelf kon opkomen en een betere Vechter zou worden.
Met het gevolg dat ik niet meer in elkaar werd geslagen en een betere Vechter werd. Tot de grote onvrede van Chad.
Ten slotte vertelde hij mij over de scholarships die je op de Academy University kan krijgen aangeboden als je uitblinkt.
Dat werd dan ook mijn nieuwe drijfveer. Met de gedachte in mijn hoofd dat als ik een scholarship kreeg aangeboden het mijn moeder veel geld bespaart en dat ik dan meer kans heb op een goede baan. Wat als zijn gevolg zou hebben, dat ik ervoor kan zorgen dat mijn moeder en Liselotte een beter huis en leefomgeving krijgen.
Want ik wil niet dat Liselotte in dezelfde leefomgeving gaat opgroeien, hoever ik het nu nog kan veranderen.
Vanaf de dag dat Mitch het aan me had verteld over de scholarships ben ik nog harder gaan trainen. Die dag was de eerste dag dat ik voor mezelf opkwam. Ik werd harder en ik ben er trots op. Ik ben trots op mezelf dat ik voor mezelf durfde op te komen en dat alles komt door Mitch.
"Pax, ga jij maar achter Leila en Mitch zitten, een van hen geeft je wel een boek en iedereen ga naar pagina 52," roept de stem en haalt mij uit mijn gedachtes.
Welk boek?
Ik kijk naar mijn tafel, waar geen boek, schrift en pen op ligt. Alleen mijn broodtrommel. Ik was van plan om als zij langskwam snel een ander boek te pakken en te doen alsof ik opdrachten aan het maken ben.
Maar nu moet ik dus mijn boek uitlenen en dan kwam de docent erachter dat ik eigenlijk geen Wiskundeboek bij me hebt.
Waar is dat boek eigenlijk? Volgens mij heb ik het nooit gekregen.
Mitch had zijn boeken al op tafel gelegd en keek nog geen eens meer raar om toen hij niks behalve een broodtrommel op mijn tafel zag liggen.
"Je weet dat we volgende week een toets over dit hoofdstuk hebben, hé?", vraagt hij zonder op te kijken. Mitch loopt al ver voor op de opgaven, dus ik weet niet wat hij nu aan het doen is. Waarschijnlijk is hij alle opgaven boor de tweede keer aan het maken.
Ik maak mijn broodtrommel open en haal een boterham, die Theo voor me had gemaakt, eruit. Ik steek de boterham in mijn mond en mompel iets wat op een ja moet voorstellen. Zo te zien heeft Mitch het verstaan, want hij knikt even goedkeurend en gaat daarna weer onverstoorbaar verder met de opdrachten.
Ik hoor Pax achter ons zijn stoel naar achteren schuiven en daarna een zachte plof. Wetend dat hij wacht dat een van ons een boek aan hem gaat geven, blijf ik op mijn boterham kauwen in de hoop dat hij zich stilhoudt en iets voor zichzelf gaat doen.
Desnoods flirten met die meiden die hem consistent aanstaren.
Helaas voor mij heeft God niet naar mijn gebeden geluisterd, want achter mij hoor ik niet meer dan vijf seconden later een kuch.
"Gewoon negeren, Leila. Concentreer je op je eten," spreek ik mezelf toe.
Weer een kuch.
Mitch hoort het nu ook en kijkt mij met een vragende blik aan. Ik vorm met mijn lippen het woord 'negeren' en ga weer verder met eten. Hij haalt dan zijn schouders op en gaat weer verder.
Alweer een kuch, maar nu wat geforceerder.
Hebben Duptonaren nooit begrepen dat als ik aan het eten ben je me niet moet storen? Mijn enige onuitgesproken regel is dat als ik aan het eten ben je me niet aanraakt of tegen me praat.
Ik kan anders zwaar geïrriteerd raken.
Wat ik nu dan ook ben.
Opeens voel ik wat tegen mijn hoofd aan worden gegooid. In een reflex draai ik om en zend kijk rond wie mij durfde te storen tijdens mijn 'ontbijt'.
Pax.
Natuurlijk hij weer. "Wat?!", vraag ik zwaar geïrriteerd. Hij haalt enkel zijn perfecte wenkbrauw op, wat mij alleen maar bozer maakt.
Heeft hij aandacht tekort ofzo, dat hij daarom zo irritant doet. "Wat is er?", mijn woede terug horend in mijn stem, wat hem tot mijn verbazing niet doet inkrimpen of een beetje bang laat maken.
Hij kijkt mij aan met een emotieloze blik en zegt enkel: "Boek."
Ohja.
Ik was helemaal vergeten dat de docent tegen hem had gezegd dat hij van een van ons een boek zou krijgen. Maar ik heb geen boek en ook al had ik hem wel, zal ik hem niet hebben uitgeleend.
Zo egoïstisch ben ik dan wel.
En als ik Mitch' boek uit zou lenen, krijg ik gegarandeerd een boze Strateeg. Ik heb door de jaren door geleerd dat als een Strateeg aan het werk is je hem of haar niet moet storen. Hij is dan nog gevaarlijker dan een Vechter en dat wilt heel wat zeggen.
"Ik heb nooit een boek gehad en anderzijds jij lijkt mij ook niet een persoon die heel braaf al zijn opdrachten gaat maken. Dus ik zou dit lesuur maar zien als een slaapuur of je bent zo verstandig als ik en gebruikt het als ontbijt," waarna ik me omdraai en ga beginnen aan mijn tweede boterham.
Theo zou echt kok moeten zijn geworden. Deze boterhammen zijn voortreffelijk.
Ik zie Pax uit mijn ooghoek zijn tas tevoorschijn halen en een groot en naar wat ik denk donzig kussen, pakken.
Wat een slim kind. Gebruikt hij de weinige hersencellen, die hij bezit toch handig.
Hij ziet me kijken en grijnst eenmaal en slaat dan beide armen over zijn kussen heen, waarna hij zijn hoofd met een plof op het kussen laat vallen.
Ik kijk naar de docent of die er iets van gaat zeggen, maar die zit een krant te lezen. Ik had niet gedacht dat ik ooit nog een krant zou zien, op Flanus is alles digitaal. Dus het is lang geleden dat ik ooit zoiets heb gezien.
Ik besluit mijn focus weer op mijn boterhammen te leggen en eet ze genietend op. Even later hoor ik een zacht gesnurk, dat mij een bevestiging geeft dat Pax echt in slaap is gevallen.
Nadat ik al mijn brood heb opgegeten kijk ik op de klok, maar zie tot mijn grote teleurstelling dat we nog twintig minuten les hebben.
Ik doe precies wat Pax deed, alleen zonder kussen en laat mijn hoofd op de koude tafel vallen. Niet proberen na te denken over wat er allemaal op deze tafel heeft gezeten, voel ik dat ik wegval.
***
Ik loop met Mitch aan mijn rechterkant naar de gymzaal toe. Daar aangekomen zien we voor de deur iedereen staan. "Wat is er aan de hand?", vraag ik mezelf af. Waarna de meest vreemde scenario's door mijn hoofd heen schieten.
Ik wring me door de cirkel van klasgenoten heen om voor de neus van mijn gymdocent te gaan staan. Eenmaal daar vraag ik: "Wat is er aan de hand?"
"Niks Leila, we gaan alleen buiten gymmen en conditietraining doen," antwoord hij kalmerend.
Is dat serieus waarom iedereen doet alsof de school net in de fik is gestoken?
Wij, Vechters, beginnen elke dag met conditietraining. Volgens mijn Vechtersdocent is dat iets wat je zelf in de hand hebt en belangrijk is.
Waar ik het ook mee eens ben, want als je geen conditie hebt kan je wel zo goed kunnen zwaardvechten, maar dan ben je meteen al doodop. Waardoor je dan wordt vermoord.
Ik loop weer terug naar Mitch en ga naast hem staan, wachtend tot dat iedereen er is en de docent verteld hoe we naar de buitengym locatie moeten lopen.
We wachten inmiddels al tien minuten als we eindelijk Archer, Felix, Leonas en Pax lachend de hoek om zien komen.
Ik had niets anders van Pax verwacht.
Maar toch hoopte ik dat Pax mijn vermoedens zou bevestigen en dat hij hetzelfde soort verleden achter de rug had gehad. Dat hij zich niet liet meeslepen in de rangen van de middelbare.
Niet dat ik echt in mezelf of in mijn brein had geloofd, meestal stellen ze me weer teleur. Ik kan alleen maar rekenen op mijn vuisten, mijn lichaam.
De jongens komen naar ons toegelopen en ik begin maar een random gesprek met Mitch aan, hopend dat ze weggaan. Door de weken heen ben ik ze aardiger gaan vinden, maar Pax kan ik niet lezen.
Hij ziet er mysterieus uit.
"Hey Leila." Gewoon blijven doorpraten.
"Kijk me aan als ik tegen je praat!", roept Archer.
Iedereen kijkt verschrikt op waar dat geluid opeens vandaan komt en kijken ons daarna smachtend aan. In de hoop dat wij een scène maken dat ze kunnen rondbazuinen door de hele school.
"Wat Archer?", irritatie borrelt zich in mij op.
"Ik hoorde dat we een conditietraining en test zouden gaan doen vandaag. Zin in een wedstrijdje?", zegt hij met een uitdagende blik in zijn ogen.
Hij manipuleert me, dat weet ik heel goed. Maar als ik nee zeg, zeg ik dat ik een lafaard ben. En dan liever worden gemanipuleerd dan dat ik een lafaard ben.
Dat is slecht voor mijn reputatie. Ook al heb ik hier een kleine tot geen reputatie, ik wil datgene dat ik nog heb niet weg zien vagen.
Dus geef ik hem een knikje, dat zegt dat ik meedoe.
"We gaan!", schreeuwt de docent om weer de aandacht op hem te vestigen.
Wat niet bepaald lukt.
"Attentie! We gaan!", roept hij nu door zijn megafoon.
Onmiddellijk is het muisstil en kijkt iedereen de docent afwachtend aan, die de groep voor hem nu ene beetje verward aanstaart. Waarschijnlijk de plotselinge stilte niet verwacht.
Nou meneer, ik ook niet.
Hij kucht ongemakkelijk en loopt dan weg, met de bedoeling dat we hem volgen. Wat we dan ook doen. We lijken net op een groep eenden die de 'vader eend' in dit geval volgt. Het ziet er vast belachelijk uit.
Na een kwartier lopen, wat we veel sneller hadden kunnen doen, maar we werden opgehouden door een groepje meiden die op hoge naaldhakken liepen, komen we tot stilstand bij twee deuren.
Op één deur staat een vrouw en op de andere een man. Iedereen loopt naar zijn of haar deur en begint zich om te kleden.
Ik heb medelijden met Mitch, die nu met Archer, Felix, Leonas en Pax in één ruimte zit. Hoewel naar mijn mening Leonas meevalt, ik vind hem zelfs heel aardig, maar Mitch is het daar helemaal niet mee eens.
Dan kom ik tot de conclusie dat ik erop had gerekend dat we binnen zouden gaan gymmen, zoals we tot nu altijd hebben gedaan.
Dus heb ik een korte broek en een T-shirt in mijn tas gepropt. Ik open mijn tas en herken vaag de kleur van mijn Vechters T-shirt die ik verplicht aan moet hebben tijdens de trainingen op de Academy.
Even twijfel ik, maar dan herinner ik me dat niemand de Academy kent en er niks achter zou zoeken.
Er staat alleen een leeuw op mijn linkerborst en op de achterkant Vechter in zwarte blokletters. Het T-shirt had een V-hals en had de kleur van bloed.
Ik besluit het T-shirt aan te doen, veel keus heb ik anders ook niet. Om mijn dunne trui die ik nu aanheb aan te doen, kan ik niet. Dan loop je de rest van de dag in je eigen zweet.
Ook ga ik aandacht, die ik niet wil, trekken als ik heel lang naar mijn T-shirt blijf staren en daardoor riskeer dat ik als laatste de gymvelden oploop. Met als gevolg dat iedereen je aankijkt.
Snel trek ik het T-shirt, die op maat voor mij is gemaakt, over mijn hoofd en voel de zachte en luchtende stof mijn lichaam omsluiten. Ik kijk de kleedkamer rond en zie dat er nog minstens de helft aan het omkleden is.
Ik open de deur en sluit hem weer achter me. Mitch staat lief op me te wachten en wanneer ik eruit kom glimlacht hij breed naar me.
Waarom heb ik zo'n geweldig persoon verdiend? Hoe kan het dat wij 'verbonden zielen tot de dood ons scheidt' zijn?
Mijn glimlach wordt groter, waarna een donkerblauw T-shirt en een uil erop in mijn beeld komt, Mitch' Strategen T-shirt.
Ik werp hem een glimlach en gooi mijn arm over Mitch' heup. Hij slaat zijn arm om mijn schouder en al lachend om niets lopen we naar de sportvelden, die we in de verte zien liggen.
We zien de jongens en Pax al samen staan en zodra ze ons ook zien komen ze onze kant opgelopen.
We ontmoeten elkaar in het midden en meteen krijgen ze allemaal een andere uitdrukking op hun gezicht: Archer kijkt boos, Felix emotieloos, Leonas gekwetst en Pax gefronst.
Dan voel ik Mitch' arm op mijn schouder leunen en voel mijn wangen licht roze gloeien. Snel haal ik mijn arm om Mitch zijn heup en neem nog een stap van hem vandaan.
Mitch die niks snapt van mijn plotselinge verandering kijkt mij vreemd aan, maar ziet dan ook de jongens hun blikken en net als bij mij komen er hele lichte blosjes op zijn wangen.
Wat hem er ontzettend schattig doet uitzien.
"Oké, klas. Zoals ik op school al had verteld gaan we zo meteen beginnen met conditietraining en een test doen."
Vanaf meerdere plekken hoor ik gekreun.
In mezelf moet ik hierdoor wel lachen, als je ook maar durft zo'n geluid te maken en de docent hoort het kan je makkelijk worden geschorst.
Ik voel een windvlaag oprukken en kippenvel verschijnt op mijn armen en benen. Misschien moet ik de volgende keer een lange broek aandoen.
"We beginnen wel met de test. Wat willen jullie: jongens en meisjes tegelijkertijd of om de beurt?", vraagt hij aan niemand aan het bijzonder.
Hoe durft hij om voor te doen alsof we een mening in dit alles hebben?
Ik hoor de jongens, en dan vooral De BadBoys en Pax, roepen dat ze tegelijkertijd willen. Vast om naar de meisjes hun kont te kunnen staren. Ik zie dat geen meisje er tegenin durft te gaan, dus we gaan tegelijk met de jongens de test afleggen.
Maar hij heeft nog steeds niet verteld wat het inhoudt.
Diep van binnen hoop ik dat we een hindernisparcours gaan doen. Het is al een tijdje geleden dat ik dat heb gedaan en ik wil kijken of mijn flexibiliteit en snelheid nog steeds hetzelfde is.
"Jullie moeten acht kilometer afleggen. Het is een bospad en je kan, mits je het pad blijft volgen niet verdwaald raken. Maak groepjes van twee en elke tien seconden start een groepje. Het tweetal die er in de kortste tijd is krijgt morgen lesvrij," zei hij.
Meteen nadat hij zijn laatste zin heeft uitgesproken, gaat iedereen met elkaar roezemoezen.
Ik wil al graag winnen, maar nu helemaal. Als Mitch en ik winnen kunnen we morgen uitslapen en hebben we geen school!
"Stilte!", roept de docent nu.
"Iedereen krijgt een klokje die de tijd hoelang je al onderweg bent aangeeft. Welk tweetal wil beginnen?"
Mitch en ik besluiten om als laatste te gaan, zodat we de andere groepjes kunnen inhalen.
Dit doen we, omdat ik weet dato ik sneller ren als ik iemand voor me ziet rennen.
Archer en Pax gaan samen als vijfde groepje en Felix en Leonas als vierde.
We zien twee jongens voor ons wegrennen en dan zie ik dat wij aan de beurt zijn. Ik krijg het klokje om mijn pols gebonden en tien seconden, nadat die twee zijn gestart mogen wij.
Ik heb met Mitch afgesproken dat ik leid en hij achter me rent. We rennen tien minuten, waarna het plan is dat we één minuut joggen.
"Go!", roept de docent.
Mitch en ik sprinten weg. Binnen tien seconden hebben we die twee jongens voor ons ingehaald en ik focus ons op het paar voor ons.
We hebben tien paar ingehaald, wat ons 'derde' maakt.
De twee paren die ik nog niet heb gezien zijn Archer en Pax én Felix en Leonas. Ik zie dat we tien minuten non stop hebben gerend, dus geef het teken aan Mitch dat er tien minuten voorbij zijn.
We verlagen ons tempo in joggen.
Een kwartier later zie ik vier vage stipjes verschijnen. Meteen zet ik mijn turbo in en hoor aan de versnellende voetstappen achter me dat Mitch ook nog kan meegaan.
Ik werp snel een blik naar achter om te kijken hoe het met Mitch gaat.
Als hij het niet aankan, wat best mogelijk zou zijn, omdat hij niet dezelfde training als ik krijg, stoppen we. Want hoe competitief ik ook niet ben, ik wil niemand daarvoor verder laten gaan dan zijn of haar grenzen en zeker niet die van Mitch.
De vier stippen worden steeds groter en ik kan ze nu ook van elkaar onderscheiden.
Ik merk, naarmate we dichterbij komen, dat de jongens hun tempo hebben later zakken en ze allemaal een beetje vooroverhangen met hun hoofd.
Wat aangeeft dat ze moe zijn.
We komen steeds dichterbij en geen van hen heeft ons nog gehoord. Ik verlaag een beetje mijn tempo en sein Mitch dat hij naast mij kan lopen.
Ik zie aan Mitch zijn houding dat hij ook moe is en geef hem een peptalk. Waardoor de jongens verschrikt omkijken, waarschijnlijk niet verwachtend dat iemand hen ooit zou bijhouden of zelfs zouden inhalen.
Archer bedekt snel zijn verbazing, door een lacherig lachje te laten horen.
"Heb je een meisje nodig die je een peptalk geeft, Mitch? Dat is echt zielig," maar geen instemmende geluiden komen uit de monden van de anderen.
Zij weten ook dat wij het parcours veel sneller hebben afgelegd.
"Toch?", een dreigende blik stuurt die naar Felix, Leonas en Pax. Felix en Leonas zien de blik ook en beginnen opeens heftig met hun hoofdknikken.
Sukkels.
Alleen Pax houdt zich stil en knikt niet.
Hij kijkt mij alleen onderzoekend aan. Alsof hij recht door mijn ziel kijkt. Volgens mij hebben Mitch en ik op niet normale snelheid en tempo gerend en dat heeft Pax denk ik ook door.
Ik moet de volgende keren beter nadenken, voordat ik iets ga doen. De zin die hij tegen mij op het strand zei kom weer terug in mijn hoofd: 'Ik weet wie je bent Leila.'
Meteen lopen de rillingen weer over mijn lichaam. Ik vertrouw Pax niet, hoe hij zich gedraagt en mij aankijkt bevalt mij niet. Hij is anders dan de rest, maar waarom? Hoe heeft hij die aura om zich heen?
"Je overdrijft Leila. Hij heeft vandaag nog niks 'raars' gedaan," hoor ik dezelfde stem in mijn hoofd hervatten.
"Je overdrijft," dat zijn de woorden die ik blijf herhalen, totdat ik de finish met Mitch als eerste over ben.
En ik begin het te geloven.
Dus zeg ik niets tegen Mitch.
Maar toen wist ik nog niet hoe onverstandig dat was.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top