Hoofdstuk 50
Alexis
Terwijl Vince aan het woord is en alles in goede banen aan het leiden is, merk ik dat mijn gedachten afdwalen. Ik zag de blik van Max toen hij de keuze tussen twee mogelijkheden had. Allebei niet al te aantrekkelijk blijkbaar.
Ik vraag me af wat hem hier heeft gebracht. Als halfwolf in een gemeenschap van volbloedweerwolven zal hij het niet makkelijk hebben gehad. Ik reken mezelf voor het gemak niet mee. Mijn omstandigheden zijn zo anders dan die van de gemiddelde halfwolf. Ik denk aan mijn vader; ook een halfwolf. Híj echter is groot en sterk en zal zich daardoor hebben weten te redden.
Ik spiek naar Max. Hij is klein. Zijn albino-status zal ook zeker niet meehelpen. Hij is eigenlijk iets te uniek.
Ik voel mijn hart verzachten bij de aanblik van deze puber. Hij zal maar een paar jaar jonger zijn dan ikzelf, net zo oud als Colin misschien. Hij heeft een moeder nodig, een familie. Ik ben blij dat hij veerkrachtig blijkt te zijn. Hij ziet zijn leven als een avontuur, dat merk ik aan de sparkel in zijn bleekrode ogen.
Voel ik me zo moederlijk omdat ik er zelf eentje word? Ik zou het niet weten, de hormonen zullen misschien wel flink toeslaan nu.
Ik schud mentaal mijn hoofd. Tijd om op te letten. Vince heeft alle punten doorgesproken merk ik. Alle mannen reageren positief en staan op om zich van hun taak te kwijten. Ai. Had ik nou maar opgelet. Maar ik heb mijn naam niet gehoord. Volgens mij ben ik te gewond om iets te hoeven doen.
Ik zie Vince al naar mij toe draaien. Hij zegt: "Ik ga wat zaken regelen. Jij hebt echt rust nodig. Ik wil heel graag dat je je niet teveel inspant. Wil je dat doen voor mij?" Hij kijkt daarbij zo aandoenlijk lief. Hij heeft echt het beste met me voor en ik laat het me -voor nu- maar lekker aanleunen. Ik knik genadig. Vooruit dan maar.
De Alfa's en hun tweede mannen zijn ondertussen allemaal verdwenen, inclusief Richard. Zich aan het belasten met de klussen die gebeuren moeten.
Daarmee blijft Max over. Ik kijk hem vragend aan -hij zal me vast belachelijk vinden zo met dat blauwe oog, maar ja; daar is niet veel aan te doen-. "Kan ik met jou mee?" Vraag ik.
Max verschiet van kleur, en ik merk dat Vince me even waarschuwend aankijkt. Wat doe ik?
Als Vince alleen maar glimlachend reageert op mijn vragende blik, haal ik mijn schouders op en kijk vervolgens Max vragend aan. Die heeft ons stomme gesprek gevolgd en knikt dan voorzichtig naar mij, met een schuin oog naar Vince kijkend. Die knikt hèm nog eens toe en ik raak in de war. Hier wordt heel veel gezegd zonder woorden en ik begrijp de helft niet. Whatever.
—————
Max loopt naar zijn vriend Mo. In tegenstelling tot Max is Mo een grote volwassen man. Een volbloedweerwolf met een olijfkleurige huid en veel zwart haar. Zijn ogen glinsteren je tegemoet en hij begroet Max met: "Zo hee! Ze is de enige vrouw hier en jij palmt haar in. Hoe doe je dat toch altijd?"
Max lacht trots en zegt: "Ze wilde het zelf!"
En ik lach maar wat opgelaten. Ik zeg: "Vince en de rest ken ik nu wel. Jullie nog niet. Jij bent Mo?"
Dat is het signaal voor hem om mijn hand op en neer te pompen en zich voor te stellen. Ik kan een pijnlijke grimas niet onderdrukken, en ik zie dat Mo zich rot schrikt. Maar dat is nog niks als je de reactie van Max doorkrijgt. Hij rent met een woedende brul naar zijn vriend toe en probeert hem verrot te schoppen.
Mo, zelf hard geschrokken van zijn ondoordachte daad, houdt hem afwezig en moeiteloos op afstand. Iets wat Max nog furieuzer maakt.
Ik roep hard: "Jongens, stop! Niks aan de hand." Waardoor ze -gelukkig- ook stoppen. Ik moet er eerlijk gezegd niet aan denken om daar tussen te moeten springen.
Ik zeg: "Bedankt Max, dat je zo voor me opkomt. Maar dit is een groot misverstand en er is niks aan de hand. Chill." En dat doen ze.
Max zegt wat opgelaten: "Ik kwam eigenlijk vertellen dat wij allemaal opgenomen kunnen worden in de Blue Water-Pack. Mochten we dat willen.
Je kunt er ook voor kiezen in de mijn te blijven werken of je eigen weg te gaan. Hoe dan ook; iedereen krijgt zijn deel van hun werk in de mijn. Arm zullen we niet zijn."
Die laatste woorden worden met gejuich begroet; ondertussen staan alle ex-slaven om ons heen.
"Eigenlijk," Zegt Mo voorzichtig, "eigenlijk willen we op zoek naar Isabel en haar vermoorden. We hoopten dat jij mee zou willen Max. Jij kan haar weerstaan en ons bij de les houden."
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top