Hoofdstuk 85

Azel

De volgende dag, na een nacht geslapen te hebben in de stoel in het kantoor van Carolien, ga ik naar beneden. Siricade en Sirana hebben samen de staf van Carolien opgezocht, die ze had laten vallen toen ik haar opving. Vreemd genoeg is de staf onbeschadigd. Een beetje leunend op de staf zoek ik mijn weg naar de Zomerzaal. Ik ben er al vroeg, blijkt nu. Sira komt al snel naar me toe lopen. 'Is dat niet de staf van Carolien?'

Ik leg de staf op mijn schoot. 'Eigenlijk wel. Ze wil alleen dat ik de staf gebruik tot zij weer in orde is.'

Sira valt bijna stijl achterover. 'Wacht. Je hebt met Carolien gesproken? Is ze al hersteld?'

Ik laat mijn hoofd zakken. 'Ik weet het niet. Gisteren... Ik was bezig met Darius. We waren bezig om mij een echte Draconic te maken. Siricade hielp ons. Nadat ik volgens Siricade Carolien heb nagedaan kwam de stem. De stem was vrouwelijk maar leek enorm veel op Darius. De stem zei dat ze een bericht had van Carolien. Ik moest de staf bij me houden. Met de staf kan ik haar krachten tappen of zoiets. En ik moest in leven blijven.'

Sira zucht. 'Dat is haar draak. Haar geest is niet een geheel. In plaats daarvan heeft ze haar eigen geest en die van de draak. Zij is in controle maar de draak suggereert soms ook wat. De twee zijn een team. Carolien en haar draak. Over de staf: als Carolien wil dat je die bij je houdt dan denk ik dat je het bij je moet houden. Wees alleen voorzichtig ermee. Carolien zei zelf dat de staf de drempel voor het gebruik van magie voor haar lager maakt. Dat betekent dat het makkelijker is om magie te gebruiken. Het laatste wat we willen is dat je de grip op je magie verliest.'

Ik grijp de staf goed met mijn linker hand. 'Ik zal die grip niet verliezen. Maar ik zal de staf ook niet weg leggen. Carolien wil dat ik de staf bij me hou, dus dan hou ik dat ook. Ik zal haar niet teleurstellen.'

Sira legt een hand bedachtzaam op haar kin. 'Heeft de draak ook iets gezegd over de situatie waar Carolien zich in bevind?'

Mijn mond wordt spontaan droog. Ik pak zonder te kijken wat ik pak een glas en giet de inhoud naar binnen. Ik proef niet wat ik drink maar het helpt wel. Dan spreek ik zacht. 'De draak zei dat Carolien nog niet heel is, wat het ook mag betekenen. Dat ze nog niet klaar is om rond te lopen.'

De ogen van Sira worden groot wanneer ik dat zeg. 'Dat meen je niet. Het enige waarvan we dachten dat het niet mogelijk was. Een gespleten geest.'

Als ik haar een vragende blik stuur legt ze het uit. 'Haar geest is gespleten. Om een lichaam aan te sturen moet de geest een geheel zijn. Dat betekent dat er twee mogelijkheden zijn nu. Of ze hersteld en kan binnenkort weer rondlopen, of ze stopt binnenkort met ademen.'

Ik durf nu Sira direct in de ogen te kijken. 'De draak zei nog niet. Dat betekent dat ze aan het herstellen is. En ik laat haar niet dood gaan.'

Na het eten ga ik direct terug naar het kantoor. Enkele van de Magisters keken vragend naar mijn vleugels maar ik wil er niets over zeggen. Het gaat ze niets aan hoe ik eraan gekomen ben. In het kantoor begin ik met een van de stapels papierwerk waar ik gisteren mee bezig was. Ik kan niet geloven dat Carolien dit gewoon elke ochtend doet. Alle problemen in de Magieorde worden in het papierwerk naar voren gebracht. Van handelaren die problemen hebben met kapotte karren tot mensen uit de sloppenwijken die de Magieacademie om een toelage vragen. Ik behandel alle problemen zo goed en kwaad als het gaat.

In de middag merk ik dat het toch minder is dan ik oorspronkelijk had gedacht. De laatste verzoeken zijn zo afgehandeld. Tussen de rapporten zag ik dat Carolien in het geheim een order had gegeven aan haar techneuten om het schip te repareren. Ze hadden in het rapport gezet dat ze achter lopen. Het schip heeft zware structurele schade opgelopen in de aanval. Dan bedenk ik me dat ik waarschijnlijk niet terug kan naar de Techniekorde.

Onder begeleiding van Darius ga ik naar de fabriek. De techneuten zijn verbaasd dat ik er ben. Na een paar orders van mij zetten zij een verbinding op met de Techniekorde terwijl ik naar de communicatiekamer ga. Wanneer ik net binnen ben zie ik het gezicht van de magiër verschijnen op het scherm. Het is de magiër die ik achter heb gelaten in mijn stoel. De magiër weet blijkbaar nog steeds niet goed hoe hij met de techniek om moet gaan. 'Ehm, Hoofdingenieur?'

Ik knik. 'Inderdaad. Ik moet even met je spreken over recente gebeurtenissen.'

De magiër knikt. 'We hebben hier een paar aanvallen afgeslagen. Ik weet niet of ik alles goed heb gedaan, maar tot nu toe heb ik meerdere beschadigde gebouwen laten repareren en enkele geschuttorens. De stad is voor de rest in goede staat.'

Ik zucht. 'Ik wou dat ik goed nieuws had. We hebben een enkele aanval weerstaan. In de aanval is er iets gebeurt met de Hoofdmagiër. Ze moet nu verzorgt worden.'

De magiër lijkt geschrokken. 'Wat is er aan de hand met de Hoofdmagiër?'

Ik zucht nu luider. 'Ze heeft volgens Sira een gespleten geest. Ze is herstellende, maar ik wil erbij blijven tot ze volledig hersteld is.'

De magiër knikt. 'Ik begrijp het. Ik zal de Techniekorde zo goed mogelijk leiden in uw absentie. Als er nieuws is van de Hoofdmagiër, hoor ik het graag.'

Het beeld valt weg. Daardoor ben ik weer alleen met mijn tranen.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top