Carolien

Als ik vijf dagen later naar buiten kijk zie ik door de regen heen het eerste schip. Vanwege het feit dat het vloot van de Magieorde niet bestaand is heb ik meteen een naam moeten bedenken voor het nieuwe floot. Ik heb het vloot het "Magistraal Vloot" genoemd. De techneut legt uit dat het is omdat de eerste letter van elk woord in de naam van het vloot voor de naam van elk schip moet komen. Zo weet iedereen van wie welk schip is.

Als er al een klein vloot van volgens Azel kleine schepen in de haven ligt krijg ik spontaan een beeld in mijn hoofd. Dat beeld wordt levendig alsof ik het zelf zie. Dan hoor ik eindelijk mijn draak weer. 'Chaliera, probeer dit te laten bouwen. Dit zal een teken van verbond zijn tussen de Magieorde en de Techniekorde. Een combinatie van wetenschap en magie.'

Ik haal zonder een vraag te stellen aan mijn draak het grootste perkamentrol dat ik heb liggen uit de kast samen met de fijnste veer en de beste inkt. Mijn draak houdt het beeld zo goed en kwaad als het gaat vast terwijl ik met fijne streken en dunne lijnen het beeld vastleg op papier.

'Wat? Heb jíj dat getekend? Hoe?'

Ik vertel hoe ik mijn draak mij het beeld gaf en hoe ze mij vertelde hoe het de eenheid tussen magie en techniek in zal lijven. Ondertussen kijkt een van de techneuten die met mij om de tafel heen zit goed naar de tekening. Het schip heeft vloeiende lijnen, geschutskoepels zoals bij de schepen van Azel, maar ook plekken waar magiërs kunnen staan om hun magie te werken. Op de boeg zit een grote drakenkop. Azel kijkt opzij, waar hij blijkbaar ook de bouwtekeningen kan zien. 'De tekeningen voor het schip dat ik als vlaggenschip voor je in gedachten had zou moderner zijn dan alle schepen die nu op de zee rondvaren. Toch zou dat schip niet in de buurt komen van de vuurkracht van dit schip. Ik weet niet wat ik moet doen nu.'

Een van de techneuten spreekt. 'Hoofdingenieur, ik denk dat we dit schip moeten bouwen als vlaggenschip. Met de enkele toevoeging van een mast vlak achter de brug zou het de taak perfect kunnen voltooien. Wat de Hoofdmagiër hier heeft ontworpen zou voor niets anders gebruikt moeten worden. Een belichaming van de eenheid tussen de twee orders.'

Azel experimenteert even met het idee. Als hij zijn besluit heeft genomen kijkt hij op. 'Nee.'

De meeste techneuten zijn verbaasd. Degene die links van mij zit aan de kop van de tafel verwoord wat hij denkt. 'Wat bedoelt u, Hoofdingenieur? Dat we het helemaal niet moeten bouwen?'

De Hoofdingenieur laat niks merken met zijn houding. 'Nee.'

Iedereen in de kamer is verbaasd. Ik vraag me serieus af wat hij bedoelt. Gelukkig legt hij het eindelijk uit. 'We gaan het anders doen. Ik wil een productielijn van deze schepen opzetten. De fabrieken aan deze kant van de Grote Zee gaan de onderdelen produceren die jullie niet kunnen maken. Vervolgens verschepen wij die onderdelen naar jullie en maken jullie deze schepen. Alle schepen van deze klasse zullen verdeeld worden tussen de Magieorde en de Techniekorde. Een belichaming van de vrede zoals dit moet niet tot een enkel schip worden beperkt. Ik zal dit ontwerp iets aanpassen zodat er een vlaggenschip versie van ontstaat.'

De techneut rechts naast mij steekt zijn hand op. Azel gebaart dat hij mag spreken. 'In alle eerlijkheid, Hoofdingenieur, hebben wij niet de faciliteiten om zulke grote schepen te bouwen en te onderhouden. De kleine schepen Predatoren nemen al driekwart van de hal in. We zijn nog steeds aan het kijken hoe we de Hamers kunnen bouwen. Voor nu is het antwoord niet. De materialen die we hier hebben werken goed, maar ze zijn in de verste verte niet geschikt om een grote ruimte te bouwen die nodig is om een Hamer klasse schip te bouwen. Laat staan een schip van deze klasse.'

Azel knikt. 'In dat geval moeten we een nieuwe fabriek gaan bouwen. Hoofdmagiër, heb jij een idee waar we dit kunnen bouwen?'

Ik ben nu zo blij dat ik een rondleiding in de fabriek heb gehad. Nu weet ik ongeveer hoeveel ruimte er nodig is voor de voor hun kleine schepen. Om mijn geluk te toppen komt er een techneut binnen met een kaart van de Magieorde. Ik zoek Stereno op. Op de kaart zie ik de kunstmatige baai die hier is aangelegd voor de handel met andere dorpen en steden van de Magieorde. Volgens de kaart is er aan de andere kant van het eiland een enorme, natuurlijke baai. Daar zou het mogelijk moeten zijn. Er is wel een probleem. Om daar te komen moeten schepen of via de noordkant varen waar ze gevaarlijk dichtbij Koer komen, of ze moeten via het zuiden waar de Grote Zee overgaat in de Ternalor, de oceaan. De Ternalor staat bekend om zijn ruwe zeeën en vele scheepswrakken. Een van de techneuten ziet dat ik twijfel. 'Is er iets mis?'

Ik kijk op voor ik naar de kaart wijs. 'Op de Magieorde is er maar een plek waar we een fabriek van deze schaal kunnen bouwen. Dat is in deze baai. De baai ligt aan de Ternalor, aan de andere kant van het eiland. Die kant van het eiland heeft geen menselijke bewoning, met een zeer goede reden. De Ternalor is erg verraderlijk. Veel schepen zijn er verloren gegaan. Om er te komen zijn er twee routes. Via het noorden komen schepen dicht langs Koer. Persoonlijk vind ik het risico te groot. De andere mogelijkheid is via het zuiden, over de Ternalor. Dat is juist wat ik wil voorkomen.'

Azel lijkt nu zelf na te denken. Hij is stil voor een beangstigend lange tijd. Wanneer hij weer spreekt klinkt hij vreemd. 'Ik heb nog nooit gehoord over al die scheepswrakken. Toch kan ik me wel iets herinneren van een verslag over woelige zeeën in de bibliotheek. Ik denk dat er maar een mogelijkheid is. Ik zal twee schepen sturen. Een van de schepen gaat onderzoek doen op de Ternalor. Het schip zal de zee surveilleren om uit te vinden wat de zee zo verraderlijk maakt. Het andere schip zal de kustlijn afgaan om een andere locatie te vinden voor de fabriek. We zullen contact hierover houden.'