Hoofdstuk 64
Carolien
De dagen kruipen voorbij. Ik ben continu bang voor een aanval. Het kost mij slapeloze nachten en overdag ben ik half aan het slapen in de lessen. Na anderhalve week komt Azel naar me toe. Hij ziet dat ik kapot ben. 'Ben je in orde Hoofdmagiër?'
Ik schud mijn hoofd. 'Ik kan de stres niet meer aan. Ik kan niet slapen uit angst dat er een aanval komt. Wat als de leider van Koer de volgende keer wel de hoorns te pakken krijgt? Of als hij de volgende keer meer in zet? We hebben amper de laatste aanval afgeslagen! We zouden dat nooit overleven.'
Azel legt een arm op mijn schouder. 'Ik weet dat ik morgen weer terug ga naar mijn eigen orde. Maar ik kan iets anders regelen.'
Het duurt even voordat ik het door heb dat hij een voorstel wil doen. 'Wat denk je? Wat wil je regelen?'
Azel kijkt me in de ogen. 'Ik vertrouw je nu. De Magieorde is niet slecht. Jullie zijn eervol en zouden niet zonder goede reden aanvallen. Jij hebt ons ook geleerd hoe we moeten vliegen. Daarom wil ik voorstellen dat wij onze geschuttorens met jullie delen.'
Nu komt het iets sneller binnen. Wat bedoelt hij hiermee? 'Bedoel je dat jij ons van die verdedigingsgebouwen wilt geven? Waarom?'
Azel zucht. 'Ik ben tot de conclusie gekomen dat techniek en magie eigenlijk twee aspecten zijn van een ding: de zoektocht naar een beter leven. We zijn meer hetzelfde dan we ooit zouden denken. Maar zonder de Magieorde overleeft de Techniekorde het ook niet. We hebben elkaar nodig.'
Ik geef hem een knuffel. 'Bedankt. Je weet niet hoeveel stres je mij bespaart hiermee. Dit helpt mij zo erg.'
Azel knuffelt mij kort voor hij zich los maakt. Dan kijkt hij naar buiten. 'Eerst moeten we transportschepen bouwen om ze hier heen te brengen.'
Ik denk nu zelf even na. 'Ik heb zelf ook een idee. Wat als we beiden onze orders bij elkaar integreren? Wat als we een deel van onze orders naar elkaars orders sturen? Dus als ik enkele Magisters naar jouw order stuur en jij enkele techneuten naar ons stuurt?'
Azel denkt even na. 'Dat is best goed mogelijk. Alleen wat zouden techneuten hier kunnen doen, behalve zich vervelen en gevaar lopen op de verkeerde magie los te laten?'
Ik kijk even uit het raam. 'Misschien kunnen we een soort basis van jullie bouwen hier. Een plek waar jouw techneuten kunnen doen wat ze willen doen.'
Azel lacht. 'Dan gaan we dat doen. Wanneer kunnen ze al hier komen?'
Ik haal mijn schouders op. 'Ik weet het niet. Ze zouden vandaag al kunnen komen, of volgende week. Wanneer het hun uitkomt.'
Azel kijkt even weg. Dan springt hij bijna door het plafond. 'Ik heb een idee! Wat als we hier een fabriek bouwen om die geschutskoepels hier te maken? Dan hoeven we geen speciale transportschepen te bouwen! Dit brengt onze orders dichtbij elkaar!'
Ik lach. 'Zou je het erg vinden om een toren of ander gebouw voor mijn Magisters te bouwen? Een plek waar ze veilig hun magie kunnen bewerken?'
Azel knikt. 'De Magisters kunnen morgen met mijn schip meereizen naar de Techniekorde. Ik zal een bericht sturen naar de Techniekorde om een paar Techneuten hierheen te sturen. Ze zullen vandaag aankomen.'
Later die dag komt een nieuw schip de haven in varen. Het schip heeft enorme, metalen kranen erop zitten. De bewapening van het schip is erg teleurstellend vergeleken met Azel's persoonlijke schip. Zodra het schip er is laat het sloepen zakken met mensen erin. De mensen spreken met enkele Magisters. Uiteindelijk komen de kranen van het schip in beweging en wordt er ter plekke een metalen stijger gebouwd waar het schip aanlegt. Wanneer het schip er ligt gaan de techneuten aan land. Samen met de Magisters beginnen ze met het bouwen van een grote hal.
De volgende dag vertrekt Azel met enkele tientallen Magisters. De techneuten die Azel heeft laten komen zeggen gedag tegen Azel, voordat Azel aan boord zijn schip stapt. Vanaf de boeg van zijn schip roept hij nog naar mij. 'We houden contact, Hoofdmagiër. Bedankt voor alles wat je voor mij gedaan hebt.'
Het schip vaart statig de haven uit. Ondertussen draait een van de techneuten zich naar mij. 'Bent u de Hoofdmagiër?'
Ik knik. 'De enige echte. Is er iets mis?'
De techneut kijkt even kort naar de andere. Dan spreekt hij. 'Azel heeft ons verteld dat wij een fabriek moesten bouwen waar wij onze geschutskoepels konden bouwen. Maar wat verwacht u van ons? Er is ons ten slotte verteld dat wij uw orders op moesten volgen.'
Ik lach zacht. 'Ik verwacht niets van jullie, op die geschutskoepels na. Jullie zijn vrij om te doen wat jullie willen. Jullie mogen bouwen wat jullie willen, zo lang als jullie geen schade doen aan de stad of de boerderijen die het voedsel leveren.'
De Techneut knikt. 'Eerlijk gezegd denk ik dat geschutskoepels alleen niet zouden werken in deze stad. Ik denk ook dat we onderdelen uit de Techniekorde moeten importeren. Met wat wij hier hebben missen we veel dingen om effectief te kunnen bouwen. Mogen wij schepen bouwen van u?'
Ik haal mijn schouders op. 'Je mag bouwen wat je maar wilt. Zoals ik al zei: jullie zijn vrij om te doen zolang als jullie geen schade doen aan het land hier.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top