Hoofdstuk 63
Carolien
Na een paar uur kan ik eindelijk het overleg beginnen. De grootste meesters in genezing verzamelen zich in mijn toren. Koeral zit op het balkon met zijn kop door de deuren. Ik zit bedroefd in mijn stoel. Pas als iedereen er is spreek ik. 'Ik moet met jullie praten over een paar van de dode. Ik zal maar beginnen met de minst erge van de twee. Een van de oudere Magisters is gedood, door wat ik denk, een Basilisk. Ik heb hem gecontroleerd. Hij is volledig in steen veranderd. Van wat ik weet van de soorten is er maar een die het kan.'
Een van de Magisters zegt wat hij denkt. 'Dat is onmogelijk. Een basilisk luistert naar niemand. Ze zijn onmogelijk te betoveren. Al helemaal als je ze niet aan kan kijken.'
Ik hoor ineens mijn draak praten. Als ze uitgesproken is zeg ik kort wat ze zei. 'Het is wel mogelijk. Zij die al dood zijn kunnen een basilisk betoveren. Er is er maar een die dood is en nog steeds ook leeft. De leider van koer. Hij is dood, op alle manieren, behalve dat hij hier nog rondloopt. Dat is ook waarom hij zo rechtaan is. Hij kan niet anders zijn. Hij heeft weinig diepte in zijn geest. Daardoor kan hij waarschijnlijk ook een spreuk op de basilisk gooien waardoor die niet te doden is met zijn eigen spiegelbeeld.'
De Magisters zijn geschokt. 'Als er een ondode basilisk rondvliegt, hoe moeten we die dan verslaan? We kunnen ze niet eens bekijken!'
Mijn draak komt met een oplossing. 'Het is mogelijk om ernaar te kijken. Ze hebben nog steeds de zwaktes van normale levende wezens. Ze hebben een hart en hersenen die gewoon kapot kunnen. Als je een basilisk dood dan zijn ze gewoon weer ongevaarlijk. En er zou in een van de afgesloten zalen een object moeten liggen dat half als een spiegel werkt. De drager kan met dat object naar een basilisk kijken.'
Een andere Magister lijkt onzeker. 'Waar ligt dat mysterieuze object dan? Kan je het vinden zonder onze hulp?'
Ik knik. 'Ik heb alleen de hulp van mijn draak ervoor nodig. Maar er is een probleem. Het object ligt in een kamer met een rood kruis op de deur, naast dat het ook nog eens bewaakt wordt door een ondode Basilisk.'
Weer een andere Magister spreekt. 'Door welke Hoofdmagiër is die kamer afgesloten?'
Ik kan geen antwoord geven. De Magisters laten het erbij. Daarom maak ik me alvast klaar voor het volgende gesprek. 'Goed. Er was een tweede lichaam waar ik over wil spreken. Er ligt een draak tussen de dode. Een jonge draak. Ik zag dat er iets mis mee was. Pas toen ik verder keek zag ik dat alle organen verdwenen waren.'
Een aantal Magisters lijken verdwaast. Twee andere lijken klaar om hun magen leeg te gooien, zoals ik een paar uur geleden. Ik moet alleen de situatie verder uitleggen. 'Ik heb even met Sirana erover gesproken. Ze denkt dat de leider van Koer ons wil bestuderen. Onze zwaktes wil vinden.'
Koeral spreekt voor het eerst. 'Was dat maar zo. Ik weet de duistere waarheid. De leider van Koer wil soldaten maken die lijken op draken, de krachten hebben van draken, maar geen van onze zwaktes. Compleet loyaal aan hem. Het enige wat hij vergeten is, is dat je er ook de hoorns van de draak voor nodig hebt. Doordat hij de hoorns mist zal het experiment mislukken. Slechts een kleine zegen tijdens deze enorme vloek. De vloek dat hij erachter is gekomen is hoe het moet. Ik hoop serieus dat hij niet meer van dit soort rituelen weet.'
Ik voel me ineens helemaal niet lekker. Ik sta snel op, open de deuren naar mijn balkon naast die van Koeral en ga over mijn balkon hangen. Het duurt even voor ik weer goed genoeg ben om naar binnen te gaan. Dan spreekt een van de Magisters weer. 'Dit moet tussen iedereen in deze kamer blijven. We kunnen het niet riskeren dat anderen erachter komen wat er mogelijk is.'
Koeral stemt ermee in. Ik maak me ondertussen zorgen. Wat nu? Hoe moeten we iedereen beschermen als de leider van Koer onze sterkste beschermers kan veranderen in loyale soldaten? De magisters denken er blijkbaar niet over na, want ze lopen rustig de kamer uit. Ik kan maar een iemand dit vragen. 'Koeral, hoe moet het nu?'
Koeral zucht. 'De draken zullen gewoon de Magieorde blijven verdedigen. We zullen experimenteren met nieuwe bescherming.'
Hij vliegt ondertussen weg. Ik blijf daardoor alleen achter. Ik moet nu die kijker zien te vinden. Op naar de volgende mogelijke catastrofe.
Door snel naar binnen en naar buiten te gaan weet ik de Basilisk te ontwijken. Ik zit nu met een ander probleem. We hebben er maar een en vele Magisters die er een nodig hebben. Er is maar een mogelijkheid. Ik zoek de kamer van Azel op. Gelukkig is hij daar en is hij aan het leren. Als ik op zijn deur klop duurt het even voor hij open doet. 'Hoofdmagiër! Ik had niet verwacht dat u mij zo vroeg op zou zoeken. Is er iets mis?'
Ik kom snel binnen en sluit de deur. 'Wat ik jou nu ga vertellen is belangrijk. Het moet ook niet in de verkeerde oren terecht komen. Zou je even hiernaar kunnen kijken?'
Ik rol voorzichtig de kijker uit de beschermende stof. Azel kijkt er verrast naar. 'Wat is dit?'
Ik zucht. 'De leider van Koer heeft een nieuw soort wapen los gelaten. Een Basilisk. Als je ernaar kijkt ga je dood. Tenminste, als je er rechtstreeks naar kijkt. Deze kijker zou de drager ertegen beschermen. Maar er is er maar een. Ik hoop dat jij er meer kan maken.'
Azel bekijkt de kijker nog een keer goed. 'Dat is mogelijk. Het zal veel tijd kosten, maar ik kan er meer maken.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top