Hoofdstuk 44
Carolien
Met kleine Celine aan de hand lopen we naar de eetzaal. Siricade wurmt zich door de gangen heen naar de eetzaal, maar de Hoofdingenieur neemt me mee via een andere weg. Hij loopt een podium op achter de tafel waar wij de afgelopen dagen zaten. Hij gebaart dat ik stil moet blijven en hier moet blijven staan. Ik hou Celine ook tegen. De Hoofdingenieur spreekt de mensen toe. 'Dames en heren, mag ik jullie aandacht?'
Iedereen is stil het moment dat hij dat zegt. Hij knikt. 'Na het ontbijt vanmorgen kwam er iemand naar mij toe, die vertelde dat haar dochter zonder armen of benen was geboren. Ze had geen geld om mechanische benen te kopen voor haar dochter, omdat ze onderbetaald werd. Dit heeft tot twee dingen geleid. Het eerste is dat ik de slechtst betaalde baantjes heb uitgezocht en het loon direct verhoogd heb. Daarnaast heeft de geliefde Hoofdmagiër getracht het meisje in kwestie te helpen. Het heeft haar veel moeite gekost, net als het kind anders is geworden dan oorspronkelijk gedacht. Maar ze kan nu alles wat een ander kind kan, en meer.'
Ik stap het podium ook op met Celine. Ze loopt trots naast mij. Zodra we het podium op stappen kijkt iedereen naar ons tweeën. Eerst is iedereen stil. Maar als ze de enorme glimlach op het gezicht van het meisje zien klappen ze voor me. De moeder van Celine loopt verbaasd naar het podium toe. 'Celine! Hoe is dit mogelijk?'
Ik zak door mijn knieën en kijk de moeder van Celine in de ogen. 'De zenuwen waren er al. Ik hoefde alleen de spieren maar te maken. Helaas werd ik gestoord in mijn werk, waardoor er iets van mijn draken zelf is ontsnapt. Dat zie je nu.'
Celine springt op haar kleine benen. 'Moet je zien! Moet je zien! Ik kan springen! Ik ben niet meer het mislukte kind!'
Ik zucht kort. 'Mevrouw, zoals je ziet heeft uw dochter naast haar normale ledematen ook vleugels en een staart gekregen. Ik kan haar ermee om leren gaan. Maar dan zal ik af en toe uw dochter moeten lenen. Vindt u dat ok?'
De vrouw knikt. 'Ze heeft twee jaar lang in dat bed doorgebracht omdat ze geen ledematen had. Dan mag ze nu best wat dingen beleven.'
Celine kijkt me met open mond aan. Ik sluit kort mijn ogen. 'Dan wil ik je nu laten zien hoe ik weet hoe je moet vliegen. Let op.'
Ik maak de knoop los van mijn gewaad. Dan open ik mijn nu goud gekleurde vleugels. Celine pakt mijn vleugel meteen. 'Wauw. Mooi.'
Een man komt naar het podium gelopen. 'Hoofdmagiër. Ik wil wel zien of je de draak met ons gestoken hebt. Dat kind is nu vervloekt met die drakenledematen omdat je jezelf niet in kon houden. Dus bewijs maar eens of het echt zo is. Geef mij een echte mensenhand.'
De man legt zijn rechter arm op het podium. Het is niet veel meer dan een stompje. Maar dat is niet het enige probleem, omdat het geïnfecteerd is. Ik kan al meteen zien dat de infectie dodelijk is voor mij. Ik zeg het dan ook hardop. 'Even dat je het weet: ik ga nu mijn eigen leven riskeren om jou te helpen. En zelfs dan kan ik niet beloven dat je een echte mensenhand kan krijgen, want ik ben tijdens dit soort dingen ook in gevecht met mezelf.'
De man gromt naar me. 'Doe het dan, meisje. Laat zien dat je net zo waardeloos bent als de rest van jouw orde.'
Dat moment breekt er iets in me. Ik trek Celine tegen me aan en laat het vuur om me heen kolken. Celine is niet eens geschokt, alleen maar gefascineerd. Maar ik moet Celine beschermen. Beschermen tegen die mannen die geen respect voor magie en zijn grillen hebben. Ik hoor ineens de diepe stem van Siricade. 'Hoofdmagiër. Kalmeer alsjeblieft. Er is geen gevaar. Jullie zijn veilig.'
Het schild van vuur reageert op mijn gedachten. Zodra ik het hoor verdwijnt het schild weer. Ik zie de kop van Siricade, vlak naast de moeder van Celine. De Hoofdingenieur staat niet ver van mij vandaan, en houdt zijn hand vast. Een stukje verderop wordt de man die mij bedreigde vast gehouden door enkele mannen van de Techniekorde. Ik val buiten adem om. Celine duikt meteen bovenop me. 'Ga niet dood! Alsjeblieft ga niet dood!'
Siricade komt het podium op. 'Pak mijn klauw, mijn koningin. Je hebt te veel energie gebruikt. Als ik iets trager was geweest had je dood kunnen zijn.'
Ik pak zijn klauw zwakjes. Zeer traag komt de kracht in mijn lichaam terug. Als ik weer op mijn benen sta klapt een groot deel van de mensen in de zaal. Ineens bedenk ik me iets. Ik loop naar de man toe en trek de mouw van zijn linker arm op. Daar zie ik het teken wat ik verwachtte. Het teken van Koer. Iedereen in de zaal houdt spontaan zijn adem in. Niet ik. Ik haal zo hard als ik kan uit naar de man. Dan loop ik terug naar Celine. 'Het spijt me dat je dat moest zien, kleintje. Die man is een verrader.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top