21. De situatie
Gerard
Ik kreun verslagen, terwijl Loran me met een loerende blik en een vieze grijns op zijn gezicht aankijkt. Die man heeft niets goeds in de zin en dat geeft mij alle reden om niet lekker in mijn vel te zitten. Het beschermingsgevoel is praktisch overheersend als ik Louise tevoorschijn zie komen met Olaf vlak achter haar aan. Ze loopt trots, haar rug recht en zonder angst in haar ogen. Ik voel een vonkje trots in mijn binnenste ontsteken. Ze is prachtig en zelfbewust. En na de wat lastige start, heeft ze voor míj gekozen - en best snel ook nog. Maar dan zak ik alweer wat in elkaar.
Het zorgt er namelijk niet voor dat mijn schuldgevoel verdwijnt. Ik heb haar - ons - in deze situatie gemaneuvreerd en alles wat haar overkomt is volledig mijn fout. Ik kan alleen maar bidden dat deze mannen niks kwaads in de zin hebben. Als ik naar de zoon kijk, geloof ik dat nog wel. Maar Loran en ook Harold kijken wel erg vergenoegd naar haar. Voor ik het besef grom ik waarschuwend, daarmee uiteraard ontzettend veel weggevend.
Ik zie het aan de blik die de Alfa op me werpt. Die voorspelt niks goeds.
Terwijl ik direct naar Louise toe loop, zie ik hoe de setting voor me veranderd. En ik ben machteloos, kan daar niks tegen doen. Loran kijkt waarschuwend naar zijn zoon, die gelijk de liefde van mijn leven inhaalt. Hij pakt haar arm vast en ik zie haar schrikken. Gelijk vraag ik me af of ze wel door had dat hij zo dicht achter haar aan liep.
Ze wil zich losschudden, maar dat laat hij niet toe. Nu kijkt ze naar mij, met die ongelofelijk mooie diep groenblauwe ogen van haar. Vragend, maar alsnog niet bang. Ze heeft een rotsvast vertrouwen in mij en ik vraag me opeens af of ik dat wel verdien.
Waarschijnlijk niet.
"Laat haar gaan."
Mijn stem is diep en krachtig. Ik kan me plotseling voorstellen dat die gebiedende toon voor irritatie en woede bij mijn tegenstanders zorgt. Maar dat kan me niks schelen. Op dit moment ben ik in een dusdanige mate van roekeloosheid dat ik alles doe om Louise bij mij te hebben en deze drie indringers heel ver weg te wensen.
Loran lacht slechts smalend, maar ik zie de woede in zijn ogen smeulen. Hij zag mijn armzalige poging net als een ontzettende belediging jegens hem, dat is wel duidelijk. Volgens mij heeft hij nooit van empathie gehoord en hoewel we tot nu toe redelijk met elkaar hebben kunnen praten en, belangrijker, zonder geweld hebben gecommuniceerd, denk ik dat we zo meteen met dat laatste gaan beginnen.
Ik kan niet wachten: hij komt tussen mij en mijn meisje. Wat denkt hij zelf?
"Olaf."
Er klinkt een bevel door in de stem van diens vader en ik voel hoe de haren op mijn armen omhoog gaan staan, net zoals er een koude rilling langs mijn rug kruipt. Als in slow motion zie ik Olaf eerst aarzelen, maar daarna toegeeft aan het woordeloze bevel van zijn vader.
Hij dwingt Louise te stoppen en vervolgens vouwt hij zijn arm om haar tere hals. Haar ogen worden groot als ze beseft dat hij op het punt staat haar wat aan te doen. Ik voel mijn machteloosheid tot in mijn tenen als ik abrupt stop. Dat is uiteindelijk wat Loran wil en hij heeft een pressiemiddel die ervoor zorgt dat ik zeer precies naar hem zal luisteren.
"Stop!"
Olaf stopt direct en ik adem gestrest uit. Woedend kijk ik in Lorans pikzwarte ogen. Die staan op standje 'meedogenloos', met een straaltje triomf. Nu heeft hij alle goede kaarten in handen en daar gaat hij misbruik van maken, zoveel is mij wel duidelijk. Ik onderdruk een machteloze grom van woede en bal mijn vuisten zo strak dat mijn nagels pijnlijk in mijn handpalm staan en de knokkels wit worden.
"Wat wil je?"
Ik pers de vraag er tussen mijn tanden uit.
Loran kijkt genietend en neemt een nadenkende pose aan.
"Hmm, eens even denken. Wat wil ik?"
Hij geniet hier van en zal mijn lijden zo lang als mogelijk rekken. Maar dat kan me niks schelen. Ik wil alle pijn en ongemak op mij nemen, zolang Louise maar ongedeerd blijft.
Ik zie hoe Olaf wat ongemakkelijk naar Loran kijken, terwijl hij Louise losjes vasthoudt. Pijn doet hij haar niet, nu niet. Maar ik betwijfel of hij mentaal opgewassen is tegen zijn vader. Uiteindelijk zal hij alles doen wat die hem gebiedt. Over Harold maar niet te spreken.
Toch doet hij een poging en hij weet het niet, maar dat wordt hogelijk gewaardeerd door mij. Jammer dat ik hem toch zal vermoorden als hij Louise ook maar een haar krenkt.
Hij ziet mijn vastberaden ogen op zich gericht en begrijpt de boodschap prima.
"Pa, wat ben je van plan? We zijn hier om-"
"Hou je mond! Daar hebben zij niks mee te maken. Dit, mijn zoon, is een buitenkansje. En buitenkansjes laat je niet liggen."
Loran kijkt me schattend aan en ik pers mijn lippen op elkaar om er geen woorden uit te flappen waar ik later spijt van ga krijgen. Ik houd mezelf met geweld op mijn plaats. Dit keer helpt het dat ik verscheurd word; waar wil ik heen? Loran de nek omdraaien, of Louise omhelzen en geruststellen? Dat beide zaken nu niet kunnen, zorgt voor een falend gevoel bij mij.
Ik kijk naar Louise, probeer haar toe te seinen dat alles goed gaat komen. Maar wie houd ik voor de gek? Ze is volwassen en echt niet van gisteren. Zij weet net zo goed als ik dat we ons in een penibele situatie bevinden.
Toch zie ik haar dapper teruglachen. Olaf staat naast haar, maar heeft haar nu helemaal losgelaten. Als zij ook maar een stap zet, heeft hij haar zo weer te pakken, maar ik waardeer het feit dat hij haar wat rust en ruimte gunt.
Als we elkaar niet in deze situatie hadden ontmoet, zouden we zelfs vrienden kunnen worden. Maar die gedachte schud ik snel uit mijn hoofd. Dit is niet het moment en de werkelijkheid.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top