Hoofdstuk 32


De dagen na de ontmoeting met de waterdraken is Riacella veel bezig met trainen en scout vluchten te organiseren. De eerste dagen vinden ze niks. Na 5 dagen vinden ze een groep zilveren draken. Al gauw vinden ze de rest van het leger. Het leger is niet wat Riacella had verwacht. De draken zijn talrijk, maar in slechte staat. Veel draken missen schubben. Een hoop draken hebben geen harnassen en wapens. Een van de draken in betere staat draagt een gouden harnas. Riacella observeert het kamp vanaf het bos. Ze heeft uitgevonden dat ze de kleur van haar schubben aan kan passen. Ze heeft nu haar schubben gekleurd als een boomdraak. Ze heeft tijdelijk haar wachters vervangen voor een volledige boomdraken wacht. Riacella duikt weg als er een rode draak over vliegt. Ze fluistert naar de boomdraak naast haar. 'We zijn te lang gebleven. Wegwezen hier.'

De boomdraak roept de aftocht. Als idioten rennen ze weg van het kamp. Bij hun eigen kamp aangekomen vertellen ze wat ze gevonden hebben aan de raad. Cerciel was enorm bezorgd. 'Koningin Riacella, wees alsjeblieft nooit meer zo roekeloos. Ik was dood ongerust.'

'Ik heb gedaan wat ik moest doen. Ik weet wat ik moet weten om ze te verslaan. Ze zijn zwaar inferieur vergeleken met ons. Ze hebben bijna geen wapens, bijna geen harnassen en ze missen de natuurlijke wapens die wij hebben. We hebben praktisch gezien al gewonnen. We moeten alleen maar het gevecht afmaken. Ik denk alleen dat dit maar een clan is. Waar is de andere?'

'Ik denk meer naar het binnenland. Maar hoe eerder we Relbloed en Hoogbloed zijn uitgeschakeld des te beter.'

'Er is nog een ding: ik dacht iemand met gouden harnas te zien.'

'De nep koningin. Dat is de Hoogbloedclan. Beter. Dat betekent dat we de slechtste van de twee kunnen verslaan. Als we die nep koningin verslaan dan heeft Relbloed geen reden meer om je te bevechten.'

'Dit soort plannen gaan maar weinig zoals ze gepland zijn.'

'We moeten voorzichtig zijn, inderdaad. Maar als we met een snelle klap beide vijanden verslaan dan ben ik tevreden.'

Het gedonder van vleugels is al van ver te horen. Riacella' s leger. De bataljons zijn allemaal gemixt zodat elk bataljon ongeveer dezelfde hoeveelheden draken van elk ras heeft. Vanwege de komst van de waterdraken heeft Riacella een derde bataljon laten maken onder haar directe leiding. De bataljons van Elledoorn nemen het linker flank onder hun hoede, terwijl Heriel en zijn bataljons rechts om het kamp draaien. Riacella zal haar bataljon direct aan laten vallen. Vanuit het kamp komen de Hoogbloedclan soldaten. Riacella geeft met haar zwaard het teken om aan te vallen. De drie groepen omsingelen de Hoogbloedclan. Haar soldaten doen precies wat ze hun vertelt heeft. Ze pikken de soldaten van de Hoogbloedclan een voor een tussen de rest vandaan. De soldaten worden vastgezet zo goed en kwaad als het maar kan, zodat de soldaten niet af gemaakt hoeven te worden. Vanuit de Hoogbloedclan linies komt er een stem. 'Lafaard! Laat mijn soldaten vechten! Laat ons maar eens zien hoe sterk je leger is als het op draak tegen draak gevechten neerkomt!'

Riacella laat zich niet uit het veld slaan. 'Ik zal geen drakenbloed verspillen als het niet moet. Elke druppel drakenbloed die vergoten wordt omdat jij per se de macht wil is een druppel te veel. Ik zal daarom niet stoppen.'

'Bevecht me een op een. Laat maar eens zien wat voor een moed je hebt.'

'Als je verliest is jouw clan van mij.'

'En als jij verliest is jouw koninkrijk van mij.'

'Dat zal niet gebeuren, want mijn moeder is de troonopvolgster. En als je haar weet te doden zal Sequoia van de boomdraken de volgende koningin zijn. Hoe dan ook, jij zal geen koningin worden.'

'Jij lafaard. Je zet niet eens iets van gelijke waarde op het spel.'

'Ik betwijfel of er iets in de wereld is dat een waarde heeft die laag genoeg ligt om een gelijke waarde te hebben met de clan.'

'Daar maak ik je nu voor af!'

De linies van de Hoogbloedclan splitsen en de zilveren draak in gouden harnas komt naar voren. Riacella pakt haar ijsspeer van de ijsdraak wachter aan. Ze vliegt naar voren. 'Voordat ik je hoogst persoonlijk afmaak, zou ik graag de naam willen weten van het toekomstige lijk.'

'Mijn naam gaat je niks aan.'

'Geen grafsteen voor jou.'

De zilveren draak schiet naar Riacella toe. De draak draagt een zwaard. Riacella pareert met de schacht van haar speer. Voordat de draak kan omkeren steekt Riacella de speer in de zij van de draak. De draak draait haarzelf om en slaat naar Riacella' s kop. Omdat Riacella' s speer vast zit duikt Riacella onder het zwaard door en slaat de draak vol met haar staart in het gezicht. De draak spuugt woedend een wolk vuur naar Riacella. Door de speer is de rechter achterpoot van de draak onbruikbaar. Riacella slaat verwoed met haar vleugels om hoogte te winnen en trekt haar zwaard. De draak slaat met haar zwaard naar Riacella. Riacella voelt een steek van pijn in haar zij. Ze negeert de pijn. Ze gebruikt haar boomdraak behendigheid om een tweede slag te ontwijken. De draak slaat een derde keer naar Riacella. Riacella sluit haar linker voorklauw om haar handpalm te beschermen en slaat vol op het scherp van het zwaard. Het zwaard wordt uit de klauwen van de draak geslagen. Riacella maakt het gevecht af met een stoot gif. De draak stort dood naar de aarde, het enige wat nog intact is haar harnas. 'Draken van de Hoogbloedclan. Hierbij heb ik jullie koningin verslagen. Als jullie nieuwe koningin beveel ik jullie om je wapens over te geven en de orders op te volgen van de draken onder mijn commando.'

Dan klinkt er een gedonder. Vanuit het noorden komt een gigantische vlucht draken.

'Koningin Riacella, dit kunnen we niet winnen. Zag je niet hoe groot die vlucht was?'

'Ik zag het net zo goed als jij. Ik zag ook dat wij maar net konden ontsnappen, ondanks dat bijna elke draak van drie rassen meevocht. De enige reden waarom ze terug trokken was omdat ik op het juiste moment besloot gif uit te braken, wat hun van hun stokje bracht. We moeten hun kamp vinden en ze onmiddellijk verslaan.'

Vanuit de ingang van de tent klinkt een nieuwe stem. 'Daar kan ik u mee helpen.'

Bij de ingang staat een vuurrode draak met oranje tinten. Vanaf de nek lopen twee dieprode strepen. De strepen lopen boven de vleugels langs tot de staart. Riacella' s wachters hebben meteen de wapens in hun klauwen. De draak spreekt weer. 'Het spijt me. Ik ben Ragniri. Ik ben de leider van de vuurdraken.'

'Hoezo kun je ons helpen de Relbloedclan te vinden?'

'Omdat ze bij de kern leven. Wij vuurdraken hebben besloten u te helpen vanwege het feit dat de Relbloed de kern onveilig aan het maken is.'

'Uitleg?'

'De Relbloedclan is metaal uit de kern aan het halen om wapens en harnassen te maken. Daarmee halen ze dus materiaal uit de kern. Als een bepaalde hoeveelheid massa uit de kern is gehaald, dan zal de kern destabiliseren. Dan gaan wij en iedereen aan de andere kant van de aardkorst dood. Relbloed komt erg in de buurt van de kritieke massa. We moeten dus zo spoedig mogelijk de Relbloedclan verslaan.'

'We hebben de getallen niet. En zelfs al hadden we de getallen: we hebben de grondstoffen niet om de oorlog te winnen. Relbloed is te groot.'

'Dan wordt het tijd om de draken te verenigen onder een koningin.'

'Hoe bedoel je?'

'U bent al de koningin van de aarddraken, de boomdraken, de waterdraken en de ijsdraken. Accepteer alsjeblieft hierbij de kroon van de vuurdraken. Ontvang de krachten van leven op straling, het beheersen van en het herboren worden in vuur.'

Riacella wordt door rood licht omhuld. Nu heeft ze twee strepen over haar rug lopen, net als Ragniri.

'Hoe heb je dat gedaan zonder geesteloos jong?'

'Ik heb zelf bij vertrek een geesteloos jong in me opgenomen, en die in u over gebracht. Zo hoefde ik geen eeuwigheid dat jong in leven te houden.'

'Bedankt, Ragniri. Het word tijd om de oorlog ten einde te brengen. Kan je een bericht naar je clan sturen?'

Er klinkt een hoop gedonder buiten de tent. De doeken waar de tent van gemaakt is flappen heen en weer alsof ze een eigen wil hebben gekregen. Ragniri steekt zijn kop naar buiten. Als zijn kop weer in de tent is zegt hij: 'Dat zijn ze.'


Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top