Where the river flows
/Lana p.o.v/
Eindelijk zijn die bloedzuigers een beetje verstandig geworden, ze hebben een wapenstilstand met ons gesloten. Ze zijn toch slimmer dan ik dacht. Even denk ik terug aan de laatste avond van de strijd, ik had die idioot van een Jace moeten vertellen wat hij moest doen. Die sukkel had zich bijna op de prins der vampieren gestort terwijl de liefde van zijn leven langzaam lag te sterven naast hem. Die jongen heeft soms echt de hulp nodig van iemand die wel goed na kan denken. Maar hij is ook wel aardig. Een goede vriend is hij zeker, hij waagde zijn leven om het leven te redden van onze roedelleider. Erg dapper. Maar daarna moest ik zijn leven weer redden, hij was met zijn aandacht niet helemaal bij de oorlog geweest. En toen ik dat meisje zag wist ik waarom. Hij is tot over zijn oren verliefd op haar. Iets dat ik absoluut snap, dat meisje heeft alleen maar goedheid in haar, maar er was ook groot verborgen verdriet in haar ogen te zien. Toen ze Jace echter zag was dat verdriet plotseling verdwenen en ze straalde helderder dan de grootste ster. Ze passen ongelooflijk goed bij elkaar, al moet Jace wel echt leren hoe hij met een meisje om moet gaan, want daar is hij hopeloos in.
Ik hoor dan officieel wel bij een roedel, maar meestal ben ik er niet te vinden. Zelf ben ik meer een lone wolf, ik ga en sta waar ik wil. En dat is precies de reden waarom ik vandaag heb besloten om naar de beek te gaan. In dit jaargetijde zwemt er veel vis en laat ik daar nou erg zin in hebben. Daarom staar ik ook naar het water, soms schieten er snel wat schaduwen langs het oppervlak, maar ik ben steeds net niet snel genoeg. Dan drijft er plots iets groots langs me heen en het komt even verderop terecht op de oever. Heel lichtelijk ruik ik iets van bloed. Nieuwsgierig naar wat het is begin ik het stuk naar beneden te lopen. Ik begin echter sneller te lopen als ik doorkrijg dat het een lichaam is. Vlug kniel ik erbij neer en ik schrik me haast dood als ik zie wie het is. Haar herken ik uit duizenden. Het is Jace zijn geliefde, hoe noemde hij haar nou ook al weer. Linda, nee dat was het niet, Luna, nee, dat ook niet, Lucy! Ja dat is haar naam. Voorzichtig draai ik haar op haar zij zodat het water uit haar mond kan stromen en daarbij valt me ook gelijk de pijl in haar schouder op. Auwts, dat moet pijn hebben gedaan. Aan de roodheid eromheen is te zien dat de wond snel behandeld moet worden anders kan ze er nog allerlei narigheid aan overhouden. En ik moet Jace inlichten. Hij had nogal verslagen geleken na de strijd, waarom weet ik niet precies, hij had zijn gedachten afgeschermd. Best hard klop ik op de rug van het meisje en ik stop pas als ze begint te hoesten. Dat is één. "Goedzo, hoest maar, dat is beter dan verdrinken," zeg ik terwijl ik wacht tot ze al het water uit haar longen heeft gehoest. Langzaam gaan haar ogen ook open en ik zie haar verbaasd kijken als ze me ziet. "W..wolf," weet ze hees uit te brengen. Lichtjes moet ik erom glimlachen, "Ja, dat ben ik," antwoord ik erop, "En jij bent een vanpier geworden zo te zien, Jace dacht volgens mij dat je dood was,". Meteen zodra ik de naam 'Jace' noem gaat ze met een ruk overeind zitten wat ervoor zorgt dat ze weer een hoestaanval krijgt, "Dat was niet slim van je schat," zeg ik met een lachje. Dan denk ik weer aan de pijl, die moet verwijderd worden. "Jace," zegt ze hees terwijl ze me vragend aankijkt. "Alles is goed met hem, hij leeft nog, maak je geen zorgen om hem. Je hebt hele andere dingen om je zorgen over te maken, zoals deze pijl," zeg ik. Voorzichtig maar vlot trek ik haar overeind zodat ze op haar voeten staat, "Kun je zelf lopen?" vraag ik voor de zekerheid. Als ze knikt laat ik haar los, al ondersteun ik haar weer lichtelijk als ze bijna over haar eigen voeten heen struikelt. "Hoo, rustig aan girl," zeg ik terwijl we samen richting mijn dorp beginnen te lopen. Het is best een stukje, maar ze houdt het verrassend goed vol. Het is al avond en de meeste wolven zitten nu binnenin hun huis met hun familie te eten. Ik heb geen familie meer, ze zijn vermoord door jagers. Ik zal die dag nooit meer vergeten. Het was winter geweest en het bloed dat uit hun lichamen stroomde kleurde het vers gevallen sneeuw donkerrood. Ik heb ze gezien, de moordenaars, maar ik was te bang om iets te doen en hield me schuil in de struiken. Ik was pas zes jaar geweest. Even schud ik mijn hoofd om de gedachte te verjagen, ik heb nu andere dingen waar ik aan moet denken. Ik begeleid het meisje mijn huis in en ik laat haar neerploffen op de grote bank in de huiskamer, "Blijf hier, ik moet even wat dingen halen," zeg ik waarna ik wegloop en even later terugkeer met verband en ontsmettingsmiddel in mijn handen. Mijn zware last zet ik naast haar op de bank neer en ik glimlach als ze me onderzoekend en lichtelijk wantrouwig aankijkt. "Rustig maar, ik wil alleen je wond behandelen," mompel ik vlug terwijl ik het lijfje van haar jurk losmaak en kijk naar de schotwond die al lichtelijk aan het ontsteken is. "Ze hebben je goed weten te raken zeg, een echte voltreffer,". Met moeite weet ik de gehele pijl uit haar schouder te trekken waarna het bloed uit de wond gutst. Snel druk ik er een grote lap stof tegenaan om het een beetje te stelpen. "Hoe heet je eigenlijk?" vraag ik nieuwsgierig aan haar. "Lucy," antwoordt ze zachtjes. Lucy dus, een naam die wel bij haar past. "Oké, Lucy, je moet nu even stil blijven zitten hoe pijnlijk dit ook gaat zijn," zeg ik waarschuwend waarna ik het stuk stof weghaal en het potje ontsmettingsvloeistof open. Het is gemaakt van kruiden uit het bos met wat water, en het is het beste middel ooit gemaakt, al zeg ik het zelf. Ik hoor hoe ze een gil inhoudt als de vloeistof haar wond raakt. Als ik zeker weet dat alles schoon is haal ik het weer weg en pak ik het verband erbij. Behendig begin ik het om haar schouder en borst heen te wikkelen. En na een tijdje is het perfect verbonden. "Zó, dat was het dan, voor vandaag tenminste. De komende week zul je het verband elke dag moeten verschonen," zeg ik. Gehoorzaam knikt ze na die woorden. Even loop ik naar de kast in de kamer toe en ik haal er een zacht deken uit dat ik over haar heenleg. "Hier, het lijkt me het beste als je even gaat slapen. Dat is het beste voor je herstel. Ondertussen zal ik wat dingen voor je regelen," fluister ik glimlachend. En deze keer kijkt zij ook glimlachend terug, "Dankje, eehm," zegt ze. Aan haar eehm maak ik op dat ze mijn naam niet weet, logisch want die heb ik haar nog niet verteld, "Lana, mijn naam is Lana," antwoord ik snel. Heel even zie ik een twinkeling in haar ogen, maar dan sluit zij ze en even later ligt ze te snurken op mijn bank. Mooi, dat geeft mij even de tijd om Jace in te lichten. Hij zal vast blij zijn om te horen dat ze hier is. Nog eenmaal kijk ik achterom naar het meisje achter me, het meisje dat anders is dan alle andere vampiers. En met een glimlachje op mijn lippen vertrek ik naar mijn volgende bestemming.
Uiteindelijk is Lucy toch nog goed terecht gekomen. Hoe zal Jace reageren als hij het nieuws hoort? En is Lucy wel veilig bij de wolven?
Wat vonden jullie eigenlijk van de nieuwe p.o.v? Ik vindt Lana echt geweldig.
Alvast heel erg bedankt voor het lezen! :D
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top