Schrijfsel 3: Halloween
Dit was één van mijn slechtere verhalen voor de schrijfwedstrijd van grijzewolf, maar wat heb ik een lol gehad bij het schrijven! xD
De opdracht luidde als volgt: schrijf een verhaal in het genre horror, thriller etc.
Ik had totaal geen idee wat ik moest schrijven, dus vroeg ik een vriend om hulp en ta-da: dit slechte verhaal was een feit.
Geschreven op: 1 november 2016
Aantal woorden: 1172
Waarschuwing! Dit verhaal is heel erg slecht en staat waarschijnlijk vol met spelfouten, die ik er niet uit wil halen. Lezen dus op eigen risico!
~
Het was Halloween avond, Maik zat op de bank naar een horrorfilm te kijken. Over een paar minuten zou zijn goede vriend Rik langskomen. Samen zouden ze langs de deuren gaan voor snoep. Maik keek gefocust naar de film, totdat hij plots een luide kreet hoorde. Hij schrok op en keek om zich heen, eerst niet bewust van waar de kreet vandaan kwam. Uiteindelijk wist hij het, zijn moeder! Ze zat boven op haar werkkamer te werken. Zo snel als Maik met z'n kleine benen kon, rende hij naar boven.
'Oh shit...' mompelde Maik toen hij boven aangekomen was. Voor hem, in de deuropening, lag zijn moeder. Een straaltje bloed droop uit haar nek, geen enkel teken van leven was nog zichtbaar. Maik keek angstig om zich heen en wist niet wat hij moest doen. Tot hij plots een briefje zag liggen.
Lieve Maik,
Dit wordt een Halloween avond om nooit te vergeten.
X- Je knuffelbeer.
'Wie is mijn knuffelbeer?' vroeg Maik verward aan zichzelf. Hij krabde met zijn hand over zijn kin en dacht na. 'Oh shit...' zei hij daarna. Hij keek nog een keer naar zijn dode moeder. Een traan rolde over zijn wang. Hij had niet gedacht dat zijn knuffelbeer tot dit in staat was. Ze kenden elkaar al zo lang. Wat had hij hem ooit misdaan? Maik zakte ineen en boog zich over zijn moeder heen. Hij kon zijn tranen niet meer bedwingen. Hij liet ze vloeien, terwijl hij nog steeds over zijn moeder heen hing.
De bel ging. Maik, die nog steeds aan het huilen was, kwam overeind en liep met kleine passen naar de deur. Iets in hem zei dat het niet Rik was die voor de deur stond maar Knuffelbeer. Hij liep daarom ook eerst naar het raam om te kijken wie er voor de deur stond. Toen hij zag wie het was, was hij opgelucht. Weer stroomden tranen over zijn wangen. Hij rende naar de deur en opende die.
'Wat is er met jou?' vroeg Rik geschrokken. 'Mijn... mijn moeder...' Maik hapte naar adem en vervolgde zijn zin. 'Mijn moeder is dood...' De geschrokken blik van Rik werd groter. 'Wat?' riep hij vol verbazing. Hij trok Maik naar zich toe en omhelsde hem. 'Het komt allemaal wel goed.' zei hij, terwijl hij hem over zijn lange, bruine haren aaide. Ondanks dat Maiks tranen over Rik zijn schouders stroomden, duwde hij hem niet weg.
'Er was een briefje.' zei Maik, nadat hij gestopt was met huilen. 'Wat voor briefje?' vroeg Rik. Maik haalde zijn hoofd van Riks schouder en gaf hem het briefje. 'Knuffelbeer?' vroeg Rik verbaasd. 'Wie is dat?' 'Het is... Patrick.' zei Maik, hij schudde ongeloofwaardig zijn hoofd. Hij kon niet geloven dat Patrick dit zou doen. 'Laten we hem gaan zoeken.' zei Rik. Hij keek dapper en zonder ook maar een klein beetje angst voor zich uit. 'Oké, doen we.' zei Maik. 'Ik wil revanche.' 'Wacht, misschien moeten we eerst de politie bellen...' zei Rik. 'Ja, dat klinkt slim.' zei Maik. Hij liep naar binnen en pakte zijn telefoon.
Nadat de politie langs was geweest en ze het lijk van Maik zijn moeder hadden weggehaald, konden Maik en Rik eindelijk op zoek gaan naar Patrick. 'Oké, waar beginnen we?' vroeg Maik. Rik krabde aan zijn kin en dacht diep na. 'Laten we bij Patrick zijn huis langsgaan.' zei hij na lang nadenken. 'Dat klinkt als een geweldig plan!' riep Maik, een sprankeltje hoop was te vinden in zijn ogen. De twee jongens begonnen te lopen richting het huis van Patrick.
Op weg naar het huis van Patrick, schrok Maik van elke schijnbeweging die gemaakt werd. Hij dacht dat Patrick elk moment achter hen kon staan. Het hielp dan ook niet dat alle kinderen, die buiten waren, vrolijk Halloween aan het vieren waren. Bij elk raar wezen dat Maik zag, kreeg hij al de kriebels. Ook het feit dat hij dankzij de maskers niet wist wie het was, maakte het nog erger. Hij had altijd van Halloween gehouden, maar nu.... Nu wist hij het niet meer.
'We zijn er!' zei Rik. Ze stopten voor een groot huis. Voor het huis stonden heksen, vampiers en weerwolven. Achter het raam stond een griezelig gestalte. 'Kom, we bellen aan.' zei Rik. Hij duwde Maik langzaam voor zich uit naar het huis.
'Hallo.' zei een vrouw van ongeveer in de veertig. Ze stond met een snoepbak in haar handen voor de deuropening. 'Zijn jullie niet een beetje te oud voor Halloween?' Haar stem klonk spottend en geïrriteerd. Maik en Rik rolden met hun ogen. 'We zijn hier voor Patrick. Is hij thuis?' vroeg Maik. De vrouw in de deuropening schudde haar hoofd. 'Hij is in de straat kleine kinderen aan het bang maken.' zei ze. 'Hoezo, is er iets mis?' Haar ogen schoten angstig naar voren. Maik en Rik schudde alleen maar hun hoofd en liepen weg.
Maik en Rik zochten de hele buurt door, maar nergens konden ze Patrick vinden. 'Waar is dat joch toch?' vroeg Maik geïrriteerd. Ze waren net het bos ingegaan, die het terug zal leiden naar Maik zijn huis. 'Ik weet het niet.' zei Rik en hij zuchtte. 'Zoeken jullie mij soms?' De stem klonk luid en beangstigend. 'Wie.... Wie is daar?' vroeg Maik angstig. Hij keek om zich heen maar kon niemand vinden, behalve Rik. 'Ik ben het.... Je knuffelbeer.' De stem klonk nu harder dan de vorige keer, alsof hij dichterbij was gekomen. 'Waar ben je?' riep Maik, hij probeerde zijn angst te verbergen. 'Vlak achter je.' zei de stem. Maik draaide zich om, maar dat was niet zo slim. Patrick had namelijk een mes vlak bij zijn nek gehouden. Door de draai kwam het mes terecht in zijn nek. Bloed stroomde uit de snee die het mes veroorzaakt had. Rik keek angstig en verbaasd toe. Zou dit het einde worden van zijn goede vriend? Hij rende naar Maik toe en probeerde het bloeden tegen te houden met de mauw van zijn jas. Maar het was al te laat. Maik was dood. Rik begon te huilen en kuste Maik teder op zijn voorhoofd. Hij draaide zich boos bij Maik zijn lichaam weg en liep met grote stappen naar Patrick toe. 'Hoe kun je?' schreeuwde hij. 'Je hebt mijn vriend vermoord!' Patrick zei niets. Hij keek Rik alleen maar met een grijns aan. Rik kwam boos op Patrick afgerend en probeerde hem te tackelen. Patrick ontweek de tackel door opzij te bukken. Daarna stak hij het mes door de rug van Rik heen. 'Had je me maar niet moeten aanvallen.' zei Patrick. Zijn stem klonk spottend. Rik zakte ineen en begon te huilen door de pijn. Patrick liep weg en liet de twee lijken liggen.
Maandenlang had de politie een onderzoek gedaan naar de twee jongens. Maandenlang had de politie onderzocht wie de moordenaar was geweest. Nog steeds wisten ze het niet en ze zouden het ook nooit te weten krijgen. Patrick had alle sporen uitgewist en was daarna uit het land gevlucht, zodat hij een nieuw leven kon starten.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top