32. Remember When

Isaac Cole's P.O.V  

Ik zit al bijna de hele dag op de sofa, starend naar het grote televisiescherm. Het staat uit, maar voor mij is dat geen probleem. Het beeld vult zich met mijn gedachten, herinneringen. Er is zoveel gebeurd de afgelopen dagen. Ondanks de duizenden herinneringen voelt mijn hoofd leeg. Helemaal leeg. 

Ik ben gisteren mijn vriendin kwijt geraakt. Mijn Tess, mijn alles. Het is allemaal mijn schuld. Mijn domme fout. Ik heb het verpest. Niet alleen bij haar, maar ook bij mijn familie. Ik wilde me weer eens uitsloven. Weer eens stoer proberen te doen. Net zoals wat er gebeurde bij al mijn ex-vriendinnen. Weer belandde ik in de bak. Niet voor lang, integendeel. Hooguit een paar dagen. Maar dit keer was het erger. Erger dan al die andere keren. Tess was speciaal. Ik voelde wat voor haar, iets wat ik niet voelde voor mijn exen. En nu deze keer moest ik het verpesten. Ik heb Tess meegesleurd. Ze zal me nooit vergeven. 

~ Flashback ~ 

De laatste tijd is snel voorbij gegaan. Tess en ik hebben veel gedaan. We hebben de auto van haar vader gestolen. Natuurlijk is 'stelen' een groot woord, zo kan ik het eigenlijk ook niet noemen. Het was meer 'lenen zonder te vragen'. Ik heb nog geen rijbewijs, maar al zeg ik het zelf; ik kan aardig goed rijden. 

We hebben ook wat 'gestolen' uit een kledingwinkel. Het stelde niet veel voor. Het waren 3 setjes lingerie voor Tess. In dit geval kan je het stelen noemen. Ik ben bovendien niet van plan om het terug te brengen. Daarbij staan ze Tess pìttig goed. 

Vandaag zijn we van plan om wat graffiti te spuiten onder de brug, hier in de buurt. Dat is niet zo gevaarlijk, en overigens is het erg leuk. Ik ben wel creatief, ik heb vaker grote kunstwerken gemaakt. De politie en ik hadden dan maar ook een klèin meningsverschil. 

"We gaan." Zeg ik tegen Tess, en druk een klein kusje achter haar oor. Ze knikt en kijkt even in de spiegel. Ze trekt haar leren jasje recht, voordat ze de deur uit loopt. Ik draag de tas met de bussen graffiti, en samen lopen we naar de brug. Het is maar 10 minuutjes lopen, dus dat valt nog wel mee.  

"Als er iets gebeurt is het jouw schuld." Zegt ze, zonder me aan te kijken. Ik knik. Wanneer ik me realiseer dat ze me niet ziet, zeg ik een vlugge 'ja'.  

"En als de politie komt haal jij ons eruit." Gaat ze verder. 

"Jaja, Tess. Er gebeurt niks, dat verzeker ik je, oké?" Zeg ik lichtelijk geïrriteerd. Ze maakt overal een groot drama van. Hoe vaak ben ik de politie wel niet tegen gekomen? Is er ooit iets met me gebeurd? Nee. Het ergste was 2 dagen in de bak zitten, om te wachten tot mijn ouders me op konden halen. Dus iets ergers gebeurt er echt niet. 

Eindelijk zijn we bij de brug. Ik zet de tas op de grond, en rits 'm open. Tess hurkt naast me neer, en pakt de rode spuitbus. Ze schud hem een aantal op en neer voordat ze begint aan haar kunstwerk. Ze ziet er stoer uit, en dat leren jasje maakt het helemaal van me af. Ik schud de gedachten van me af. Ik mag niet verliefd op haar worden.  

Ik pak de blauwe spuitbus en begin aan mijn kunstwerk. 

"Hey!" Hoor ik een zware stem achter me. Langzaam draai ik me om, en grijns als ik de politie zie staan.  

"Hallo, meneer. Vind u het ook zo'n lekker weertje?" Vraag ik lachend. In mijn ooghoeken zie ik dat Tess ook een klein lachje niet kan onderdrukken.  

"U weet dat u hier geen graffiti mag spuiten?" Vraagt de agent wijzend naar de muur waar we mee bezig waren. Ik schud mijn hoofd. Ik kijk even naar Tess die bezorgd voor zich uitstaart.  

"Nee, iemand had ons verteld dat een plek was waar het wel mocht. Als ik het had geweten, had ik dit absoluut niet gedaan, meneer." Zeg ik zo overtuigend mogelijk. De agent knikt bedenkelijk. 

"Helaas moeten we u toch meenemen, en uw ouders inlichten." Zucht de politie. Ik knik begrijpelijk, en loop richting Tess. Ik zie iets glinsteren in haar ogen. Al snel zie ik dat het een traan is, en veeg hem meteen weg met duim. Het was niet de bedoeling haar te laten huilen. Maar is het niet een beetje overdreven? Ik neem haar in mijn armen en loop de politie achterna, richting de auto. Ik stap in, en Tess volgt mijn voorbeeld. 

De auto ziet er het zelfde uit als elke andere politiewagen. Schoon, en saai. Tussen de achterbank en de stoelen voorin in staat een zwart scherm. Ik kan niet door het scherm kijken, maar de politie kan dat wel. Door het zwarte scherm kunnen ze precies zien wat ik doe, terwijl ik niks meer zie dan een zwart scherm. 

*** 

De deur van de bak wordt gesloten. Er staat, zoals gewoonlijk, niks anders dan een toilet, en iets wat een bed moet voorstellen. Ik ben er vaak genoeg geweest om precies te weten hoe het er uitziet.  

Tess zucht, en staart naar de grond. Ik ga naast haar op het bed zitten, maar ze schuift meer van me weg.  

"Waarom heb je me dit allemaal aangedaan?" Fluistert ze, ze gunt me geen blik waardig.  

"Tess..." Begin ik.  

"Je had me belooft dat er niks zou gebeuren. Net zoals elke keer. En elke keer weer doen we iets verkeerds. Ik had het niet eens door wat ik allemaal heb gedaan. Voor alles wat we hebben gedaan, had ik in de cel kunnen belanden. Allemaal dankzij jou. Ik besef me het nu pas. Wat heb je met me gedaan?!" Roept ze boos, en ze barst in tranen uit.  

Aan de ene kant snap ik het wel. Ik bedoel, voordat ze mij kende had ze nooit wat verkeerds gedaan. Nooit. Maar aan de andere kant, het was alleen maar een beetje graffiti spuiten. De politie betrapte ons, maar het enigste wat ze doen is een waarschuwing geven, en je ouders bellen om te vragen of ze je willen komen ophalen. Zo erg is het niet. 

"Tess, het was nooit de bedoeling dat dit zou gebeuren." Fluister ik, en leg mijn hand op haar schouder, die ze er meteen ruw afslaat. 

"Raak me verdomme niet aan!" Roept ze boos. Ik knik voorzichtig, en leg mijn hand op mijn bovenbeen. Het raakt me. Het raakt me dat ze hier zit. Huilend. En het is mijn schuld. Nog nooit heb ik me zo gevoeld tegenover een meisje. Maar Tess is anders, ze is speciaal. 

~ Einde flasback ~ 

En nu zit ik hier. Eén dag later. Ik heb niks meer van haar gehoord. Ze is meteen naar huis gegaan, en heeft niks meer gezegd.  

En nu heb ik niemand meer. Mijn ouders zijn teleurgesteld in me. Ze zijn boos, en ze willen me even niet meer zien. Tess is weg. Ik heb alleen mijn 'vrienden' nog. Maar het enige wat ze doen is zeggen dat ik me niet moet aanstellen. Ik wil dat ik alles terug kan draaien. 

Take me back, I wanna go back. Back to what we had...

Made by: b-a-s-i-c

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top