Boek 18: Fabeldieren

Er bestaan zoveel fabeldieren die wij niet kennen. Maar toch zijn er tovenaars die het hebben onderzocht. Newton 'Newt' Artemis Fido Scamander was er een van. Hij werd geboren in 1897. Zijn interesse in Fabeldieren werd aangemoedigd door zijn moeder die een enthousiaste fokker was van showhippogriefen. In 1927 bracht hij een bestseller uit, het boek Fabeldieren en Waar Ze Te Vinden. Dit boek is momenteel in zijn tweeënvijftigste druk. In 1979 werd Newt Scamander onderscheiden met de Orde van Merlijn, Tweede Klasse. Dit werd hij wegens zijn grote verdiensten op het gebied van de studie van Fabeldieren. Newt kreeg ook zijn eigen Chocokikkerplaatje. Op dit moment is Newt Scamander met pensioen. Hij woont met zijn vrouw Porpentina Goldstein en hun drie tamme Kwistels in Dorset.

Classificatie

Het departement van Toezicht op Magische Wezens classificeert bekende dieren, wezens en geesten op een schaal van X tot XXXXX als volgt.

X: Slaapverwekkend
XX
: Onschadelijk/kan als huisdier worden gehouden.
XXX
: Mag geen problemen opleveren voor kundig tovenaar.
XXXX
: Gevaarlijk/Vereist specialistische kennis/eventueel handelbaar door bekwaam tovenaar.
XXXXX
: Bekende Tovenaarsdoder/onmogelijk af te richten of te temmen.

Laten we dan nu beginnen met de een paar fabeldieren.


Acromantula: XXXXX
Leefgebied: Dichtbegroeide jungle in Borneo (Zuid-Oost Azië), Schotland volgens geruchten.
De Acromantula is een gigantische spin met acht ogen. Ze zijn te herkennen aan de zwarte dikke haren over hun gehele lichaam en aan zijn pootlengte, welke maximaal vier en een halve meter kan worden en aan het feit dat ze de menselijke taal kunnen spreken. De Acromantula is carnivoor en heeft het liefst grote prooi. Ze spinnen koepelachtige webben op de grond waarmee zij hun prooi vangen. De Acromantula bevat een gif wat geclassificeerd is als Klasse A Niet Ruilbaar materiaal. De Acromantula is, ondanks zijn bijna menselijke intelligentie niet in staat om getraind te worden.
Het vrouwtje is groter dan het mannetje, en kan tot wel 100 eieren per keer leggen. De eieren zijn te herkennen als zacht en wit met het formaat van strandballen. De eieren komen na zes tot acht weken uit. De eieren zijn geclassificeerd als Klasse A Niet Ruilbaar materiaal. Aangezien zij de menselijke taal kunnen spreken, wordt er gespeculeerd dat de Acromantula door tovenaars is gefokt als beschermer van schatten en onderkomen.

Alf: XX
Leefgebied: Groot-Britannië en Ierland, moerasland.
Een Alf wordt soms verward met een Keltisch Aardmannetje. Ze zijn ongeveer van gelijke grootte (15 tot 20 centimeter). Echter is dat de enige gelijkenis. Een Alf kan niet vliegen en is niet zo fel gekleurd als een Keltisch Aardmannetje.
Een Alf oefent zijn grove humor uit door onalerte personen te duwen of te laten struikelen. Hun voedsel is voornamelijk insecten. Voorplantingsgewoontes lijken op die van de Feeën.

Aswinder: XXX
Leefgebied: Overal waar magisch vuur is.
De Aswinder ontstaat uit de as van elk vuur waar een magische substantie aan is toegevoegd als deze te lang onopgemerkt brandt. De aswinder is een dunne, grijze slang met roodgloeiende ogen. De aswinder beweegt na rijzing naar een plek met schaduw waar het zijn eieren achterlaat. De aswinder leeft maar voor maximaal een uur en wanneer het zijn eieren heeft gelegd, vervalt het in stof. Aswinders laten een spoor van as achter zich wanneer zij voortbewegen.
De eieren van de aswinder zijn roodgloeiend en geven een hoop warmte af. Deze warmte zorgt voor een brand in de omgeving binnen enkele minuten. Deze eieren kunnen bevroren worden met bezweringen, waarin zij inactief worden. Deze eieren kunnen dan gebruikt worden voor onder andere toverdranken.

Augurei: XX
Leefgebied: Noord-Europa, Engeland, Ierland
Een augurei is een droevig uitziende vogel. Hij is dun en heeft een groen/zwarte kleur. Hij is te vergelijken met een ondervoedde gier. Ze eten grote insecten en feeën. Een Augurei is heel erg verlegen en maakt zijn nest in de bramenstruiken.
De Augurei wordt gebruikt als weervoorspeller omdat hij zingt als er regen komt. Vroeger dacht men echter dat hij zong om de dood te voorspellen. Tovenaars liepen daarom altijd met een boog om zijn nest heen. Verder kan je zijn veren niet gebruiken om te schrijven omdat deze de inkt afweert.

Basilisk: XXXXX
Leefgebied: Overal waar een pad een kippenei heeft uitgebroed.
De Basilisk staat bekend als de koning der slangen. Het is een fel groene slang en hij kan meer dan 15 meter lang worden. De Basilisk heeft gele ogen en de mannetjes hebben een vuurrode pluim op hun kop. De Basilisk kan honderden jaren oud worden en het is de grootste vijand van de Acromantula. Deze reuzenslang wordt geboren uit een kippenei dat is uitgebroed door een pad. Echter is het uitbroeden van Basilisken al sinds de middeleeuwen illegaal. Helaas kunnen overtredingen makkelijk verborgen worden door het ei snel onder de pad vandaan te halen bij een inval. In Groot-Brittannië is al 400 jaar geen Basilisk meer gezien. De basilisk beschikt over gevaarlijke giftanden maar vooral zijn ogen zijn gevaarlijk. Iedereen die in de ogen van de basilisk kijkt sterft. De Basilisk eet alle zoogdieren, vogels en de meeste reptielen.

Billywig: XXX
Leefgebied: Australie
De Billywig is een insect dat ruim 1 cm lang wordt. Hij is Saffierblauw en ontzettend snel. Daarom worden ze ook niet opgemerkt door Dreuzels. Tovenaars merken ze vaak pas op als ze gestoken zijn. De vleugels van een Billywig bevinden zich op de bovenkant van het hoofd. Ze draaien extreem snel rond waardoor de Billywig snel gaat draaien en dus zo kan vliegen. Ze hebben aan het einde van hun lichaam een lange, dunne angel.
Als je gestoken wordt door een Billywig zal je lichtzinnig worden en een zweverig gevoel krijgen. Hierdoor proberen jonge Australische heksen en tovenaars Billywigs te vangen en laten ze zichzelf steken. Echter teveel steken kunnen gevolgen hebben. Ze kunnen soms ongecontroleerd zweven voor dagen lang. Ook kunnen er allergische reacties ontstaan waardoor je permanent blijft zweven.

Boomtrul: XX
Leefgebied: Groot-Brittannië, Scandinavië, Duitsland
Boomtrullen zijn kleine insecten-eters die in bomen wonen. Ze hebben scherpe lange vingers, bruine ogen en in het algemeen een uiterlijk dat lijkt op schors en takjes. Dit zorgt voor camouflage in zijn natuurlijke leefomgeving. Een boomtrul is de bewaker van zijn boomhuis. Boomtrullen bevinden zich meestal in bomen waar ze toverstokken van maken. De tak-achtige vingers van de Boomtrul zijn heel geschikt om houtluizen mee uit de bomen te halen. Ook kunnen ze gebruikt worden als wapen tegen een vijand door ze naar de ogen te gooien.
Boomtrullen zijn over het algemeen erg vriendelijk maar kunnen gewelddadig worden als iemand zijn boom of hemzelf bedreigd. Als je hout of bladeren wil hebben van een boom van een Boomtrul moet je hem houtluizen of feeëneitjes aanbieden als verwarring.

Bundimun: XXX
Leefgebied: Overal ter wereld.
De Bundimun is een groenachtige schimmel met ogen dat onder de vloeren en achter plinten van huizen leeft. Bundimun zijn gebruikelijk te herkennen aan hun secretie, welke erg naar de geur van verrotting ruikt. Wanneer het bedreigd wordt, zal het wegkruipen op zijn vele dunne beentjes. Het eet voornamelijk vuil. Verdunde Bundimun afscheiding kan gebruikt worden in magische schoonmaakmiddelen.
Reinigende spreuken zijn over het algemeen genoeg om van deze schimmel af te komen. Wanneer de besmetting te erg wordt, moet het Departement van Toezicht op Magische Wezens ingeschakeld worden voordat het huis instort.

Centaur: XXXX
Leefgebied: Bossen in Europa, origineel uit Griekenland
De Centaur heeft een menselijk hoofd, borst en armen die vastzitten aan een paardenlichaam die kunnen verschillen van kleur. Centaurs zijn in staat zich uit te drukken en zijn intelligent en zouden dus eigenlijk niet onder de noemer beest moeten vallen, ze zijn op eigen verzoek in die categorie geplaatst. Centaurs zijn in staat zichzelf te verbergen van Dreuzels maar toch zijn er gebieden voor hen afgezet. Centaurs zijn een mysterie voor zowel Dreuzels als Tovenaars, ze vertrouwen beide niet. Ze leven in kuddes van 10 tot 50 centaurs. Ze zijn goed in magisch-helen, waarzeggerij, boogschieten en astronomie. De Classificatie voor de Centaur is niet omdat hij extreem gevaarlijk is maar meer omdat hij met respect behandeld dient te worden.

Chimaera: XXXXX
Leefgebied: Griekenland
De Chimaera is een zeldzaam dier met een leeuwen kop, een geiten lichaam en een drakenstaart. De Chimaera is erg bloeddorstig en gevaarlijk. De eieren van een chimaera vallen onder klasse A Niet Ruilbaar materiaal. Er is maar één geval bekend waar een tovenaar een chimaera heeft verslagen. Deze tovenaar is kort na het gevecht uitgeput van zijn vliegende paard gevallen, wat zijn dood werd.

Clabbert: XX
Leefgebied: Wereldwijd, voornamelijk Zuid-Amerika.
De Clabbert is een dier wat in bomen leeft. Het lijkt op een kruising tussen een aap en een kikker. Zijn gladde en haarloze huid is gespikkeld groen, zijn handen en voeten hebben zwemvliezen en zijn armen en benen zijn lang en soepel. Hierdoor kan de Clabbert rondslingeren tussen takken en bomen met de behendigheid van een orang-oetan. Hij heeft korte hoorns op zijn hoofd en een wijde mond met scherpe tanden, waardoor het lijkt alsof hij altijd glimlacht. De Clabbert voedt zich voornamelijk met kleine hagedissen en vogels. De Clabbert heeft een grote puist op zijn voorhoofd.
De puist op het voorhoofd is rood-oranje en knippert bij gevaar. Hierom hebben Amerikaanse tovenaars de dieren vroeger in hun tuin gehouden om te waarschuwen wanneer er dreuzels aankwamen. Het internationale overlegorgaan van heksenmeesters heeft besloten om mensen die dit deden te beboetten, waardoor mensen hier snel mee stopte. De reden hiervoor is dat het aanzicht van deze dieren met hun knipperende lichtjes juist dreuzels aantrokken omdat zij zich afvroegen waarom hun buren nog kerstlichtjes in hun bomen hadden halverwege Juni.

Crup: XXX
Leefgebied: Engeland
Een Crup ziet er uit als een Jack Russel terrier. Het verschil is dat een Crup een gevorkte staart heeft. Ze zijn vrijwel zeker gefokt door Tovenaars en heksen in het zuidoosten van Engeland. Ze zijn erg aanhankelijk naar tovenaars maar agressief tegenover dreuzels. Crups eten alles. Van Kabouters tot oude autobanden. Overal kunnen ze voedsel vinden.

Delfstoffer: XXX
Leefgebied: Uitsluitend in Groot-Brittannië
Een Delfstoffer is een harig zwart diertje met een lange snuit. Hij is dol op alles wat glinstert en wordt daarom ook gebruikt door de Kobolden van Goudgrijp voor het zoeken naar diep verborgen schatten. Een Delfstoffer mag echter nooit als huisdier gehouden worden omdat deze het huis zal verwoesten.

Demiquise: XXX
Leefgebied: Verre Oosten
De Demiquise is een aapachtige die voorkomt in het Verre Oosten. Ze zijn zilverkleurig en ze zijn extreem moeilijk te vinden omdat ze zich onzichtbaar kunnen maken als ze zich bedreigd voelen. Ze kunnen alleen gezien worden door tovenaars met jachtervaring. Ze zijn vreedzaam en eten alleen planten. Van de vacht van een Demiquise worden onzichtbaarheidsmantels geweven en deze is dus erg gewild. De classificatie van het ministerie van toverkunst is XXXX. Dit is in het geval van de Demiquise niet vanwege zijn gevaarlijkheid maar vanwege zijn zeldzaamheid.

Dirikal: XX
Leefgebied: Mauritius, Oost-Afrika.
De Dirikal is een mollige en donzige vogel die niet kan vliegen. De Dirikal is bekend om zijn manier van vluchten. Het kan verdwijnen waarbij het een hoopje veren achterlaat en ergens anders verschijnt.

Doolzomp: XXX
Leefgebied: Europa, Noord- en Zuid-Amerika
De Doolzomp is een moerasbewoner die, als hij stil ligt, lijkt op een stuk dood hout. Wanneer je ehcter goed kijkt vallen de gevinde poten en de scherpe tanden op. De Doolzomp glijdt door het moeras en voedt zich met kleine zoogdieren. Hij is ook in staat ernstige schade toe te brengen aan enkels van wandelaars. Het favoriete voedsel van de Doolzomp is de Mandragora.

Doxy: XXX
Leefgebied: Voornamelijk koud klimaat, Noord-Europa, Amerika.
Doxy's hebben een zwart behaarde huid. Ze lijken op kleine mensen maar hebben een paar extra benen en armen. Verder hebben ze dunne vleugels. Doxy's hebben een rij scherpe giftanden. Als je gebeten wordt door een Doxy zal je meteen anti-gif moeten innemen. Verder is bekend dat Doxy's eieren onder de grond leggen.

Eenhoorn: XXXX
Leefgebied: Bosgebieden in Noord-Europa.
De Eenhoorn wordt beschreven als een schitterend wit paard met een hoorn op zijn voorhoofd. De hoorn, het bloed en het haar van de eenhoorn hebben magische eigenschappen. Het haar van de eenhoorn wordt ook gebruikt als kern in toverstokken. Het bloed van de eenhoorn kan gebruikt worden door een stervend persoon om in leven te blijven, al wordt er gezegd dat deze persoon dan een vervloekt leven zal lijden vanaf het moment dat het bloed zijn lippen raakt. De eenhoorn probeert over het algemeen menselijk contact te ontwijken, maar zal eerder een heks bij zich toelaten dan een tovenaar. De Eenhoorn is zo snel dat het onmogelijk is om hem te vangen. De Eenhoorn heeft een XXXX Classificatie omdat het met respect behandeld moet worden, en wordt niet gezien als agressief. De veulen van de eenhoorn zijn in het eerste stadium van hun leven goud, om vervolgens zilver te worden om ten slotte de witte kleur van zijn ouders over te nemen.

Erkling: XXXX
Leefgebied: Duitse Zwarte Woud
De Erkling is een elfachtig schepsel dat iets groter is dan de Kabouter (gemiddeld rond de 90 centimeter lang). Hij heeft een spits gezicht en een hoge, kakelende lach. De lach werkt betoverend op kinderen. De Erkling probeert de kinderen namelijk weg te lokken bij hun ouders zodat hij ze op kan eten. Er zijn strenge maatregelen bij het Duitse Ministerie van Toverkunst waardoor de slachtoffers drastisch gedaald zijn. De laatste bekende aanval, op de zesjarige tovenaar Bruno Schmidt, zorgde voor de dood van de Erkling omdat de jongen hem keihard op zijn hoofd sloeg met een opvouwbare toverketel.

Erumpent: XXXX
Leefgebied: Afrika
Een Erumpent is een groot, grijs beest met een dikke huid waar de meeste bezweringen en vervloekingen van af ketsen en hij weegt soms meer dan een ton. Verder heeft hij een grote, scherpe hoorn op zijn neus die alles kan doorboren. Deze bevat ook een dodelijke vloeistof. Alles wat met deze vloeistof ingespoten wordt ontploft. Ook heeft de Erumpent een lange, touwachtige staart. De Erumpent is alleen agressief als hij getreiterd wordt. Als hij agressief wordt is het meestal wel catastrofaal. Het aantal Erumpenten is beperkt. Dit omdat mannetjes Erumpenten tijdens de paartijd elkaar verwonden met het gevolg dat ze elkaar laten exploderen. De Afrikaanse tovenaars gaan met grote voorzichtigheid om met deze beesten. De hoorn, staart, en explosieve vloeistof worden gebruikt in toverdranken hoewel ze gelden als Gevoelige Handelswaar, Klasse B.

Fee: XX
Leefgebied: Verenigd Koninkrijk, Ierland
Een Fee is een klein diertje, ongeveer 3 tot 13 centimeter. Ze lijken op mensen maar hebben grote, insectachtige vleugels die veelkleurig zijn of transparant. Feeën hebben weinig intelligentie en leven in de buurt van bosland of in een open plek in het bos. Feeën kunnen met kleine mate magie gebruiken om vijanden te weren. Ze zijn erg druk maar omdat ze ook erg ijdel zijn willen ze altijd meewerken als ze gevraagd worden om als versiering te dienen. Ondanks dat ze veel op mensen lijken kunnen ze niet praten. Ze communiceren door hoge geluiden te maken. Een Fee legt ongeveer 50 eieren per keer tegelijk aan de onderkant van een blad. Als het ei uitkomt komt er een opvallend gekleurde larve uit. Als de fee 6 tot 10 dagen oud is maakt hij een cocon om zichzelf heen. Een maand later komen ze uit als een volledig gevormde, gevleugelde volwassen fee.


Feniks: XXXX
Leefgebied: vooral in het Midden-Oosten, zoals Egypte, India en China.
De Feniks is een vogel ter grootte van een zwaan, met een lange gouden staart, snavel en klauwen. Het rust op bergtoppen. Feniksen kunnen zeer oud worden, sinds ze kunnen reïncarneren. Ze vatten vlam en uit hun as komt dan weer een Fenikskuiken. Feniksen zijn vriendelijke wezens en staat er niet bekend om dat ze vermoorden, sinds ze alleen kruiden eten. Feniksen kunnen zich zichtbaar en onzichtbaar maken, wanneer ze maar willen. Het lied van een Feniks staat er bekend om dat ze moed en kracht geven en angst wegnemen. Feniksen kunnen ongelooflijk zware lasten dragen, hun tranen hebben een genezende werking en het zijn uitermate trouwe huisdieren

Flubberwurm: X
Leefgebied: Overal, vochtige greppels.
Flubberwurmen zijn eruit als dikke bruine wormen. Ze worden maximaal 25 centimeter lang en bewegen zich bijna niet. Ze hebben twee uiteinden die bijna niet van elkaar te onderscheiden zijn. Beide uiteinden produceren slijm, hieraan dankt de Flubberwurm zijn naam. Het slijm wordt gebruikt om toverdranken dikker te maken. Flubberwurmen hebben geen zichtbare kop of tanden. Flubberwurmen eten graag sla maar eet elke soort groenvoer.

Fwoeper: XXX
Leefgebied: Afrika
De Fwoeper is een vogel met een opvallend, kleurrijk verenkleed. Zijn kleuren kunnen felgroen, geel, oranje of roze zijn. Het gezang van een Fwoeper klinkt erg aangenaam maar uiteindelijk leidt het tot krankzinnigheid. Daarom worden Fwoepers ook altijd verkocht met een zwijgbezwering. De eieren van een Fwoeper hebben altijd oogverblindende patronen. De eigenaar van een Fwoeper moet altijd in het bezit zijn van een vergunning.

Graphorn: XXXX
Leefgebied: Europees hoogland.
De Graphorn is een bergbewoner die groot is en grijsachtig/paars van kleur. Hij heeft een bult op zijn rug, twee bijzonder lange en scherpe hoorns, loopt op grote voeten met vier duimen en is uiterst agressief. De huid van de Graphorn is extreem taaier (zelfs taaier dan die van de draak) en weert de meeste spreuken af.
Graphorns worden af en toe bereden door Bergtrollen. De Graphorns stellen de pogingen om hen te temmen niet op prijs waardoor de Trollen vaak onder de littekens zitten. Gemalen hoorn van de Graphorn wordt in vele toverdranken gebruikt. Het is verschrikkelijk duur omdat er lastig aan te komen is.

Grauwel: XX
Leefgebied: Schuren of vlieringen bij tovenaarsfamilies.
De Grauwel is hoewel hij erg lelijk is, ongevaarlijk. Hij lijkt een beetje op een slijmerige wildeman, met vooruitstekende tanden. Grauwels eten spinnen en motten. De Grauwel kreunt en smijt met voorwerpen maar is verder ongevaarlijk. In het ergste geval zal hij grommen als iemand hem tegenkomt. Taakeenheid Grauwels van het Departement van Toezicht op Magische Wezens is bedoeld om Grauwels uit huizen die door Dreuzels worden gekocht te verwijderen. In tovenaarsfamilies is de Grauwel een soort huisdier.

Griffioen: XXXX
Leefgebied: Oorspronkelijk uit Griekenland
De Griffioen heeft de voorpoten en kop van een adelaar en de romp, het achterlijf en de achterpoten van een leeuw. De Griffioen wordt gebruikt om schatten te bewaken door tovenaars, net als de sfinx. Een Griffioen kan erg wild en gevaarlijk zijn en er zijn maar weinig tovenaars bekend die vriendschap hebben gesloten met een Griffioen. Griffioenen eten rauw vlees.

Hippocampus: XXX
Leefgebied: Middelandse Zee
De Hippocampus is een beest met het hoofd en voorvoeten van een paard, en de staart en de achterkant van een reusachtige vis. Hoewel hij alleen in de Middelandse zee zou moeten voorkomen is er een blauwschimmelig exemplaar gevangen voor de kust van Schotland.

Hippogrief: XXX
Leefgebied: Wereldwijd hoewel hij oorspronkelijk uit Europa komt.
De Hippogrief is een wezen met het hoofd, vleugels en de kop van een reusachtige adelaar en het lichaam (achterpoten en staart) van een paard. Hun ogen zijn oranje. De kleuren van de Hippogrief verschillen wel. Er zijn Hippogriefen met verschillende kleuren bekend (zwart, brons, kastanje, grijs en roan). De spanwijdte van een volwassen Hippogrief is ongeveer 7 meter.
Hippogriefen zijn vleeseters en erg gevaarlijk. Hij kan getemd worden maar dit moet alleen door experts worden geprobeerd. De Hippogrief leeft op insecten, maar eet ook vogels en kleine zoogdieren. Broedende Hippogriefen bouwen een next waarin ze één groot broos ei leggen dat binne vierentwintig uur uitkomt. De jonge Hippogrief is binnen een week in staat om te vliegen.

Horklump: X
Leefgebied: Noord-Europa, oorspronkelijk uit Scandinavië.
De Horklump lijkt heel erg op een vleesachtige, roze paddenstoel en is schaars begroeid met stugge zwarte haren. De Horklumps vermenigvuldigt zich razendsnel en kan de meeste tuinen binnen een paar dagen compleet overwoekeren. In plaats van wortels spreidt hij zijn pezigs tentakels uit onder de grond en zoekt daarmee naar regenwormen. De Horklump is het favoriete eten van de Kabouter. Hij heeft verder geen echte functie.

Ierse Kabouter: XXX
Leefgebied: Ierland
De Ierse Kabouter is intelligenter dan de fee en minder boosaardig dan de Alf en de Doxy. Hij zit wel vol streken. Hij wordt zo'n vijftien centimeter groot en is groen van kleur. Ze maken soms primitieve kleren van bladeren. Ze kunnen praten, in tegenstelling tot tuinkabouters, maar hebben nooit verzocht ingedeeld te worden bij de wezens. De Ierse Kabouter baart levende jongen. Hij trekt graag de aandacht van Dreuzels. Ze produceren een goudachtige substantie die na een paar uur weer verdwijnt (kaboutergoud). Ze eten bladeren en ze zijn ongevaarlijk.

Jarvey: XXX
Leefgebied: Groot-Britannië, Noord-Amerika en Ierland.
Een Jarvey lijkt heel erg op een grote fret. Het bijzondere aan een Jarvey is dat hij kan praten hoewel een echt gesprek hem te boven gaat. Hij beperkt zich meestal tot een onophoudelijke stroom van korte en beledigende zinnen. Jarvey's wonen vooral ondergrond en jagen daar kabouters, mollen en veldmuizen.

Juttemus: XX
Leefgebied: Noord-Europa en Noord-Amerika.
Juttemus is een kleine vogel met blauwe stippen. De Juttemus leeft van insecten. Hij maakt zijn leven lang geen enkel geluid, tot aan zijn dood, dan uit hij een lange gil die bestaat uit alle geluiden die hij ooit gehoord heeft, maar dan in omgekeerde volgorde. De veren van de juttemus dienen als ingrediënt in Waarheidsserums.

Kabouter: XX
Leefgebied: Noordelijke delen van Europa en Amerika.
Kabouters zijn ook wel bekend als Tuinkabouters. De Kabouter is een plaag. Kabouters worden zo'n dertig centimeter lang, met een buitensporig groot hoofd en harde, eeltige voeten. Wanneer je een kabouter oppakt begint hij 'Lamelos' te schreeuwen. Ze zijn leerachtig en hun hoofd lijkt op een aardappel. Ze hebben ook vlijmscherpe tandjes. Kabouters zijn een ware plaag. Ze maken grote molshopen in de tuinen van tovenaarsfamilies en dat maakt ze dus zichtbaar voor Dreuzels. Zodra ze horen dat de tuin kaboutervrij gemaakt wordt komen ze boven de grond om te kijken. Om ze te verdrijven zwaai je ze boven je hoofd als een lasso, daarna gooi je ze weg. Ze worden daardoor zo duizelig dat ze de weg niet terug kunnen vinden naar hun holen.

Kappa: XXXX
Leefgebied: Japan
De Kappa is een waterduivel. Hij leeft in ondiepe vijvers. De Kappa lijkt op een aap maar heeft vissenschubben in plaats van haar. In de kruin van zijn hoofd heeft hij een holte waarin hij water bewaart. De Kappa leeft van het drinken van mensenbloed maar kan worden overgehaald iemand niet aan te vallen door een komkommer naar hem toe te werpen met de naam van de persoon erin. Wanneer je de Kappa aanvalt moet je zorgen dat hij buigt waardoor het water uit zijn hoofd loopt, hij wordt dan krachteloos.

Kelpie: XXXX
Leefgebied: Groot-Brittannië en Ierland
Een Kelpie kan verschillende vormen hebben maar is meestal een paard met manen van biezen in plaats van haren. Het doel van een kelpie is om voorbijgangers te lokken zodat ze op zijn rug gaan zitten. Hij duikt daarna naar de bodem van de rivier of het meer en verslindt daar zijn slachtoffer. De ingewanden drijven dan naar boven. Wanneer je een kelpie onschadelijk wil maken moet je hem een hoofdstel om doen met een tembezwering. De grootste kelpie bevind zich in Loch Ness, hij is tot nu toe onmogelijk te vangen.

Keltisch Aardmannetje: XXX
Leefgebied: Cornwall
Keltische Aardmannetjes zijn kleine (20 cm groot) felblauwe wezentjes. Ze hebben zwarte glinsterende ogen en kunnen vliegen zonder vleugels. Ze houden ervan om tovenaars voor de gek te houden.


Het vervolg is te lezen in Fabeldieren #2.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top