Hoofdstuk 8
• • • • • • • •
POV BONITA
Het bonsje op de deur was zachtjes, beschaafd, beheerst. In tegenstelling tot wat ik de afgelopen tien minuten te horen had gekregen.
De koning had furieus op mijn deur lopen rammen en me duidelijk gemaakt dat ik hier niet welkom was. Dat ik met hem mee moest komen, om terug naar mijn cel te keren, waar ik behoorde.
Mooi niet dat ik dat van plan was.
In deze korte tijd dat ik hier was, had ik algauw iets geleerd: de koning was gek. Gestoord. Oh, en hij had serieuze woedeproblemen.
'Kan je alsjeblieft de deur opendoen?' klonk zijn stem - rustig en bedaard, deze keer.
Peinzend op mijn lip staarde ik naar het plafond, dat door het gaas van het hemelbed lastig te zien was. Er waren verscheidene bloemenpatronen op geschilderd, in terughoudende, neutrale kleuren, zodat het niet al te veel aandacht trok.
'Bonita, doe alsjeblieft de deur open.'
Ik zuchtte. Toen liet ik me van het bed afglijden en strompelde richting de deur. Gisteravond was een zwaar moment geweest; niet alleen mentaal, maar ook lichamelijk. Doordat ik hardhandig de koets in gesmeten was, en vervolgens ook nog eens op de koude, vieze grond van mijn cel beland was, waren mijn knieën beurs en pijnlijk, waardoor het lopen - zeker zo vroeg in de ochtend, wanneer alles nog stijf was van de slaap was - me niet al te gemakkelijk af ging.
Met bevende handen opende ik voorzichtig een van de deuren. Er had een sleuteltje op het tafeltje naast de deuren gelegen en ik had, zodra de prins mijn kamer verlaten had, de deuren op slot gedraaid. Dit was mijn enige barrière tussen mij en... tja, wat zou ik achter die deuren aantreffen? De toorn van koning Aaron?
Ik opende de deur op een kier, zodat ik voorzichtig naar buiten kon turen. Ik zag Aaron staan. Ondanks dat ik hem gisteren al had gezien, schrok ik alsnog door zijn weerzinwekkende uiterlijk. Door het licht van het zachte zonnetje dat door de ramen naar binnen viel, kon ik nu alles duidelijk zien. 'Ja?'
'Ik, uhm...' stamelde hij onnozel. 'Je hoort hier niet te zijn!' brulde hij ineens. Zijn woede kwam zo snel en zo hard aan dat ik naar adem snakte.
Ik had er nu alweer genoeg van. Deze man kon niet eens fatsoenlijk communiceren, dus waarom zou ik moeite doen om een gesprek met hem aan te knopen? Daarom gooide ik de deur weer dicht, draaide hem vliegensvlug weer op slot en leunde er hijgend tegenaan.
Vanaf de andere kant hoorde ik Aaron uit zijn slof schieten, maar een sussende stem vermengde zich in de ruzie. Mijn oren spitsten zich; ik had die stem nog niet eerder gehoord. Ze was lieflijk en krakerig, als een oude oma die haar kleinkinderen vol propte met koekjes.
Kleinkinderen. Koekjes.
Oma.
Dood.
Ik schudde mijn hoofd en probeerde mijn ademhaling onder controle te krijgen zodat ik kon verstaan wat er gezegd werd.
'Wees nou eens niet zo'n heethoofd! Je schrikt haar meteen af!' sneerde de vrouwenstem.
'Je bakt hier echt helemaal niks van,' zei een andere stem - van Aiden, meende ik - instemmend. 'Weet je nog wat we zeiden? Vraag of ze met je mee wil eten.'
Mee wil eten?! Met dat... dat béést? Dat monster? De zogenaamde koning die nog nooit gehoord had van gerechtigheid, die niet opkwam voor de arme of de zwakkere burgers en hier een simpel, gemakkelijk leventje leidde, omringd door al deze pracht en praal? En hoe durfde hij überhaupt te overwegen om me dat te vragen, nadat hij me haast een kwartier lang uit had lopen foeteren, me had bedreig en op me had gescholden? Nadat hij zich had gedragen als een klein kind?
'Oké, oké, jeetje, jullie hoeven niet meteen zo boos te doen!' hoorde ik hem snauwen. De koning schraapte zijn keel en vroeg toen met een beleefde, diepe stem: 'Bonita, zou je mij willen vergezellen tijdens het middageten?'
Daar hoefde ik niet eens over na te denken. 'Nee!' schreeuwde ik terug.
'Wat?' brulde hij op zijn beurt. 'Je weigert om met de koning te eten? En wat nou als ik er een bevel van maak, huh? Ik beveel je om vanmiddag met mij te eten!'
'Aaron,' mompelde de vrouw weer. De klank van haar stem was bedroefd, wanhopig en moedeloos. 'Meen je dit nou? Na al onze uitgebreide instructies doe je dit? Dit was dus absoluut iets wat je níet moest doen! Dit zou een poging zijn om haar op haar gemak te stellen, weet je nog?'
'Ja, en dat lukt op deze manier beslist niet.'
Aaron gromde toen zijn broertje met een vinnige opmerking overduidelijk liet merken dat hij de vrouw haar kant koos. 'Wat moet ik dan nu doen?'
Als ik niet in deze situatie had gezeten, was dit ergens erg komisch geweest; zij hadden blijkbaar niet door dat ik alles kon verstaan, en ze kletsten over mij alsof ik hen niet kon horen.
'Vraag het nog een keer, maar dan líef.'
Aaron schraapte zijn keel en ik zette me schrap. 'Bonita. Zou je me alsjeblieft een gelukkig man willen maken door samen met mij te lunchen?'
'Nee!' gilde ik wederom.
'Nee!' snauwde de vrouwenstem op een bestraffende toon meteen achter mijn antwoord aan, waardoor ik het idee kreeg dat de koning wederom zin had gekregen om de deuren uit de scharnieren te rammen. 'Misschien heeft ze gewoon geen honger. Of moet ze zich nog omkleden of is ze nog niet genoeg gewend aan haar omgeving om na te denken over een normale handeling als lunchen.'
'Ja! Vraag haar anders of ze dan bij het diner wil komen?'
Maar voordat de koning me die vraag had kunnen stellen, schreeuwde ik: 'Nee! Nee, nee en nog eens nee! Ik wil niet met je eten, begrijp dat dan! Je bent een monster, met een kort lontje, zonder manieren en een grote mond. Ik weiger om met jou aan één tafel, zogenaamd te "genieten" van het eten, terwijl ik van je walg!'
'Pardon?!' schreeuwde Aaron. 'Hoe durf je zo tegen me te praten?'
'Oh jee,' mompelde Aiden.
'Ik ben het zat dat je niet lijkt te weten wat je wil. Moet ik naar een cel, mag ik hier blijven? Ben je boos op me, wil je met me eten? Je bent één groot raadsel! Ik walg van je!' herhaalde ik. Ik voelde een bons tegen mijn rug toen Aaron woest tegen de deur aansloeg.
'Best!' schreeuwde hij. 'Dan eet je maar niet! Nooit niet! Je krijgt helemaal niks, wat denk je daarvan?'
'Een prima plan zolang ik jouw hoofd dan voorlopig niet meer hoef te zien!' brulde ik terug. Op dat antwoord stootte hij een woeste kreet uit, dat klonk als een luid gegrom van een beer. Zijn nagels krasten woedend over de deuren, terwijl hij krijste: 'Je. Krijgt. Nooit. Meer. Te. Eten!'
En toen hield het op. Het zware gebons in de gang betekende waarschijnlijk dat hij weg beende. Ik liet me huilend op de grond zakken en luisterde hoe de vrouw en prins Aiden zich achter de koning haastten, in een poging zijn woede de kop in te drukken.
Wat was ik toch dom.
Dat ik Cherises plaats ingenomen had, was misschien wel het domste wat ik ooit gedaan had. Natuurlijk, Cherise droeg meer verantwoordelijkheden met zich mee dan ik, en ik wist dat ik er goed aan had gedaan, voor haar. Dat ik de juiste keuze had gemaakt.
Maar toch.
Het was hier verschrikkelijk. Ik had de afgelopen nacht haast niet geslapen. Mijn dromen over Cherises oma die dood op de vloer lag en aangevreten werd door een wolf, hielden me wakker. Evenals het idee dat mijn vader over twee weken thuis zou komen en er vervolgens achter zou komen dat zijn enigste kind tot levenslang was veroordeeld, en nu weg aan het kwijnen was in zelfmedelijden. En misschien had ik dan levenslang gekregen, ik had niet het idee dat ik hier een lang leven zou gaan leiden, zeker als je bedacht dat Aaron me er zojuist op gewezen had dat ik nooit meer te eten zou krijgen.
Hoeveel dagen kon je leven zonder eten? Zeven? Veertien? Drinken had ik gelukkig wel; ik kon drinken uit de kraan in de badkamer. Zou ik het langer overleven als ik zepen zou op eten? Of de bloemen die in het raamkozijn stonden?
Ik krabbelde overeind en liep naar het raam toe. Ik wist niet precies hoe ver de vloek reikte, maar hij leek zelfs rond het gebied van het kasteel te werken. Er hing een soort permanente, droevige sfeer die me kippenvel bezorgde. Het wolkendek was dik en donkergrijs, alsof het elk moment kon gaan regenen of sneeuwen. Af en toe scheen de zon er doorheen, maar dat was tot nu toe nog maar twee keer gebeurd. En daarbij waren het dan zwakke, zielige zonneschijnen die dan tevoorschijn kwamen, waar je dus alsnog niet echt veel aan had.
Vanaf hier had ik uitzicht op het binnenplein, dat versierd was met een grote fontein in het midden, waarvan het water verdwenen was. De bekken stond droog, op het kleine laagje regenwater na. De kasseienweg die eromheen liep was bedekt met een dun laagje waterige sneeuw, dat meteen smolt wanneer de soldaten er overheen stampten.
In de weerspiegeling van het raam zag ik mezelf. Ik zag er toegetakeld uit, moe en verdrietig, met mijn tranen die lange sporen over mijn wangen trokken. Het kippenvel stond me op mijn armen, veroorzaakt door de kilte die hier in het kasteel heerste. Daarom liep ik naar de open haard toe, om die aan te steken. Een koele wind joeg door de schoorsteen heen en streelde mijn blote benen. Ik had Cherises mantel nog steeds om, omdat dat nou eenmaal warmer was, maar het voelde verkeerd om die te blijven dragen, aangezien hij van haar was.
Toen ik de open haard aan had gekregen - er hadden twee vuurstenen op de richel gelegen en die had ik net zo lang tegen elkaar geslagen totdat er vonken vanaf gesprongen waren - liep ik naar de kledingkast om te kijken of daar misschien nog een mantel in hing. Ik zag meteen dat de jurken van hoge kwaliteit waren, bezet met parels, diamanten en andere edelstenen, of bewerkt met gouddraad en kant. Maar er zaten ook dikke, wollen jurken bij, en snel griste ik die van de hanger af.
Toen ik me daarin gewurmd had, zocht ik nog naar een bijpassende mantel. De jurk was champagnekleurig en ik vond een dikke, witte mantel, afgezet met wit bont. Ik besloot om die maar aan te trekken totdat de haard mijn kamer warm genoeg had gemaakt.
Mijn vingers trokken behendig aan de strik die de mantel van Cherise rond mijn nek op zijn plaats hield. De rode stof viel naar beneden en kwam met een zachtjes plof rond mijn voeten terecht.
•• Author's Note ••
We staan met Beauty and the Beast op #6 in fantasie!!!!! Opzich is dat niet per se súper hoog, maar aangezien de tag/het genre fantasie bizar veel verhalen telt, ben ik toch wel een beetje blij gwhehe :) Jullie in ieder geval heel erg bedankt voor alle stemmen, reads en leuke comments die jullie achter laten <3
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top