I R I S
Het enige geluid dat die avond in het huis klonk, was het getik van de klok. Verveeld staarde Iris naar een politieserie op de televisie, maar het verhaal kon haar niet boeien. Ze wenste dat haar vader naast haar zat. Zaterdagavonden waren altijd hun avonden geweest. Samen zouden ze lachend de serie afkraken onder het genot van een cola, of een biertje als haar vader in een goede stemming was en een oogje dicht wilde knijpen. Ze had ze altijd voor hem vrij gehouden. Zelfs als haar vrienden gingen stappen.
Nu was hij met die nieuwe vriendin van hem naar een of ander feestje vertrokken. Het was al de derde zaterdag op rij. Alsof zij er niet meer was. Ze had zijn vriendin niet willen haten, ze had de vrouw oprecht een kans willen geven. Maar ze behandelde haar als een klein kind, niet als een zeventienjarige. De blondine had haar zelfs willen overtuigen dat ze haar wel mam had mogen noemen. Iets wat ze weigerde. Haar moeder was er al jaren niet meer. En niemand kon die plek innemen.
Met een zucht drukte Iris de televisie uit. Even wierp ze een blik op de dikke beagle die haar vader in een impulsieve bui had aangeschaft. De hond sliep diep. Die redde zich wel zonder haar. Ze opende haar mobiel en stuurde een berichtje in de groepsapp van haar vrienden.
IrisWaar zijn jullie? Ik verveel me dood.
Jessie
We zijn bij Luka.
Iris
Ik kom eraan! Moet ik nog bier meenemen?
Jessie
Meer bier is altijd goed!
Dex
Jooooooh moet je doen man!
Iris glimlachte en liep naar de koelkast waar nog een zestal flesjes stond. Vannacht zou ze zich niet vervelen. Ze deed de flesjes in een plastic tasje en sprong op haar zwarte brommer. Vervolgens reed ze richting het vrijstaande huis waar Luka woonde. De muziek kon ze dertig meter voor het huis al horen. Het verbaasde haar dat er blijkbaar nog niemand had geklaagd over geluidsoverlast.
Het waren Jessie en Esmee die bij de deur stonden en joelend Iris verwelkomde. 'Je bent net op tijd voor het nieuwe drinkspelletje dat Dex wil gaan spelen!' riep Jessie luidruchtig, terwijl ze als een varkentje lachte.
Iris lachte en stak de tas met bierflesjes omhoog, waarna ze haar brommer parkeerde.
'Yes babe!' joelde Esmee die direct een flesje uit Iris' hand griste.
'M'n pa zit steeds bij die nieuwe griet van hem dus vanaf nu kom ik zaterdags ook.' Iris pakte ook een flesje en maakte hem met haar sleutelhanger open. Normaal keek ze uit hoeveel ze dronk, maar vandaag had ze daar geen zin in. Het kon vast geen kwaad als ze eens in haar leven onverstandig was. Als haar vader niet naar haar luisterde, waarom zou ze dan wel naar hem luisteren?
'Hoe meer drank hoe meer vreugd!' lachte Jessie. 'Kom mee, Dex gaat zo de spelregels uitleggen.' Ze greep Iris' hand vast en sleepte haar door de smalle, met jassen beladen gang, door de deur naar de woonkamer waar, Luka, Dex, Boris en Lola al aan de keukentafel stonden met plastic bekers voor hun neus. Zodra Iris binnenkwam, begonnen ze allemaal te juichen, alsof ze een soort popster was.
Iris nam demonstratief een grote slok van haar bier en lachte breed. De bonkende muziek gaf haar geen ruimte om over haar problemen na te denken. 'Wat mij betreft kunnen we zo gaan beginnen! Ik heb er zin in!'
'Ga zitten!' riep Luka uit, die een stoel achteruit trok en een bekertje voor haar neerzette. 'Dex... leg uit, wat houd het spel in?'
Dex keek de groep rond en zette de muziek wat zachter. 'Het is heel simpel. Een iemand fluistert een gerucht over iemand in deze ruimte in de oor van een ander, die het gerucht moet bevestigen of ontkrachten. De persoon over wie het gaat, mag natuurlijk niet weten waar het over gaat. Tenzij diegene een beker leegdrinkt. Simpel, is het niet?'
'Ik begin!' schreeuwde Lola enthousiast en ze boog zich al naar Dex toe om iets in zijn oor te fluisteren.
Dex begon te grinniken en keek Esmee aan. 'Nee, dat heeft Esmee niet gedaan.' Een grijns verscheen op zijn gezicht.
Lola lachte. 'Weet je het zeker?'
Dex gniffelde weer. 'Niet helemaal. Volgens mij niet.'
Esmee keek Dex en Lola aan. 'Wat?' vroeg het meisje met het geblondeerde haar. 'Ah! Ik wil dit weten!' Meteen greep ze haar gevulde bekertje en dronk het in een teug leeg. 'Vertel op, wat heb ik niet gedaan?'
'De naaktfoto van Nathan verspreid!' riepen Lola en Dex luid lachend tegelijkertijd.
Esmee liep rood aan. 'Dat heb ik inderdaad niet gedaan!' zei ze fel. Boos zette ze het rode bekertje terug op de tafel.
Iris kon een grinnik niet onderdrukken. Ze had wel een vermoeden wie die foto's gisteravond in de groepsapp had gezet, maar dat zou ze niet doorvertellen.
'Esmee, jij bent aan de beurt om een gerucht te vertellen!' zei Dex tegen het zwartharige meisje.
Esmee knikte en boog naar Jessie toe. Zachtjes fluisterde ze een gerucht in, met een brede lach op haar gezicht.
Jessie grinnikte. 'Ik weet zeker dat Iris tot zoiets in staat zou zijn. Dit is echt gebeurt.'
Iris keek hen nieuwsgierig aan. In plaats van de beker achterover te slaan pakte ze de bierfles en goot hem in haar mond leeg. De rest was al half dronken en zij wilde niet achterblijven. 'Zeg op!' riep ze toen ze het flesje met een klap neerzette.
Jessie keek het roodharige meisje aan. 'Je hebt je ex knock-out gemept, toch?' Een lach ontsnapte haar, of eigenlijk was het meer geknor.
Iris glimlachte. 'Ja tuurlijk, dan had die suffert me niet moeten uitdagen!'
Dat leverde haar een lachsalvo van de groep op.
In de uren die volgden kwamen verschillende roddels en waarheden voorbij, terwijl er steeds meer alcohol werd genuttigd. Niemand sloeg over. Luka zei dat Dex tien chicks had gedaan, wat hij zelf luidkeels bevestigde, maar niemand geloofde. Lola bekende dat ze wel eens wat gestolen had en Boris werd gedwongen te bevestigen dat hij degene was die verschillende auto's in brand had gestoken en daarmee het nieuws had gehaald. Hoe verder de nacht vorderde, hoe waanzinniger de geruchten werden en niemand wist nog of ze iets wel of niet hadden gedaan. Zelfs het gerucht dat Jessie een mega badeend in haar achtertuin had, werd bevestigd. Terwijl het algemeen bekend was, dat het meisje in een flat woonde. Iedereen lachte en ze vergaten de wereld om hen heen. Het was de perfecte avond. Tot de vreugde abrupt tot een einde kwam.
'Ik moet pissen,' zei Boris, terwijl hij langzaam de stoel achteruit schoof. Het was duidelijk dat hij al lang niet meer helder was. De woorden kwamen er traag uit en ook zijn bewegingen waren niet meer zo gecoördineerd. Niemand was nuchter dus ze lachten luidkeels, terwijl hij struikelend richting de deur liep.
Abrupt bleef hij staan. Hij struikelde naar de deur en opende zijn mond om wat te zeggen. Alleen een lichte kreun kwam eruit toen de benige jongen ter aarde stortte.
Luka, die ongeveer even dronken wat stond grinnikend op. 'Daar moet je niet gaan slapen gast!' Hij wankelde zijn richting op en liep zijn richting uit.
Ook Esmee stond op, maar ze viel direct. Kruipend ging ze naar de jongen toe. 'Wat een mietje zeg, hij kan ook niks hebben.
Luka gaf de jongen een duw. 'Wakker worden!'
'Hier, geef hem wat bier!' lachte Jessie, die hem een flesje bier aanreikte, dat bijna tussen haar vingers glipte.
Luka pakte het aan en goot het over Boris zijn gezicht. De jongen reageerde niet.
Iris kwam overeind. Voorzichtig stapte ze hun richting uit. De alcohol tintelde in haar hoofd en de wereld schommelde. Toch wist ze vrij zeker dat ze de meest nuchtere was, omdat ze voor het spel niet gedronken had. Ze knielde bij de jongen neer. 'Jongens! We moeten het alarmnummer bellen,' wist ze uit te brengen. 'Dit is niet goed.'
Jessie lachte nog, maar dat verging haar toch snel. 'Shit!' riep ze toen uit. 'Wat is het nummer?' gilde ze in paniek.
Iris rolde met haar ogen en haalde haar telefoon uit haar zak. Ze zag ergens in het scherm een tal gemiste oproepen. Ze lette er niet echt op en typte met bevende vingers het alarmnummer in. Het koste haar een paar pogingen om het goed te typen tot ze merkte dat er ook een noodoproepen knop was. Ze drukte hem in. Voor de telefoon over ging begon ze al te praten. 'Hallo... Hallo... Is daar iemand?' vroeg ze met dubbele tong. 'Boris is weg.'
'Met de alarmcentrale,' klonk toen de stem. Het was monotoon, bijna alsof het een bandje was. 'Met wie zou u willen spreken? Politie, ambulance of brandweer?' vroeg de dame.
'Geen idee,' mompelde ze. 'Boris is weg. Iemand moet komen helpen.'
'Wat is het adres, mevrouw?' vroeg de vrouw aan de andere kant van de lijn, die leek te begrijpen dat de zaak niet pluis is.
'Jongens! Waar zitten we?' vroeg Iris in de ruimte.
'Luka! Jij woont toch op de Beverlaan?' riep Lola. Er klonk een lichte paniek in haar stem.
'Nee! Ik woon op de maan!' Luka leek niet door te hebben hoe serieus het was.
Iris luisterde naar het gesprek terwijl ze zich het adres probeerde te herinneren. Maar alles wat ze zich herinnerde was de luide muziek. 'Beverlaan, denk ik. Je hoort het wel aan het geluid.'
'U noemde dat Boris weg is. Wat is er gebeurd?' vroeg de vrouw. Op de achtergrond klonken stemmen het geklik van toetsen op het toetsenbord
'Hij... Hij viel op de grond en wil niet meer wakker worden. Ik weet niet of hij nog ademt,' wist Iris uit te brengen. Op de achtergrond hoorde ze anderen lachen. Sommigen waren doorgegaan met het drankspel. Alsof er niks aan de hand was.
'Weet u ook de oorzaak?' De vrouw wachtte geduldig op een antwoord.
'Nee, hij viel zomaar om. Hij was wel dronken. Iedereen is dronken.' Iris drukte haar oor dat ze niet tegen haar mobiel hield dicht en probeerde tegen de waas in haar hoofd te vechten. Ze moest Boris helpen. Niemand anders ging dat doen.
'Hulp is onderweg,' zei de vrouw toen. 'Als het goed is, zal er een ambulance over zes minuten bij u arriveren.'
'Ze moeten opschieten!' riep Iris. 'Stuur desnoods politie al gaan we dan allemaal naar de gevangenis omdat we gedronken hebben.'
'Mevrouw, blijft u rustig. Hulp is onderweg.' De stem van de vrouw bleef rustig en deftig.
Iris knikte, zich er niet van bewust dat de vrouw haar niet kon horen.
Het leek een eeuwigheid te duren voordat de sirenes zich met de muziek mengden. Iris voelde opluchting door zich heen stromen. Hopelijk was het niet te laat.
Een ambulance en een politie auto stopten bijna gelijktijdig voor het huis van Luka. Met een brancard en een tas vol spullen liepen ze naar de open deur. Op het moment dat de ambulancebroeders binnenliepen en zich over Boris ontfermde, werd het stil in het huis. Toen kwamen er twee politieagenten binnen.
'We verzoeken iedereen naar buiten te gaan en deze twee heren hun werk te laten doen,' zei een van de agenten.
Dex sloeg een kreet alsof hij gearresteerd zou worden en rende wankelend naar buiten, maar toen hij over het gras liep, viel hij om. De andere jongeren volgde hem naar buiten. Elkaar ondersteunend. Iris verliet het gebouw, op Boris na, als laatste. Ze zocht steun bij de muur en liet zich buiten op het gras zakken.
'Wie heeft de politie gebeld?!' riep Lola gefrustreerd. 'Ik ben nog geen achttien.'
'Hou je bek,' siste Iris. 'Boris is aan het sterven en alles waar jullie aan denken is je eigen hachje!'
De politieagenten volgden hen naar buiten. 'Dit feestje is voorbij. Jullie mogen van geluk spreken dat een van jullie nog slim genoeg was om een ambulance te bellen anders had jullie vriend het niet overleefd. Bel jullie ouders op om jullie op te komen halen, we willen niet meer ongelukken.'
Iris pakte haar mobiel uit haar zak. Ze scrolde door haar contacten. De letters dansten voor haar ogen. Het lukte niet om het nummer van haar vader te vinden. Tranen vormden zich in haar ooghoeken. Ze voelde zich vreselijk schuldig. Ze had nuchterder moeten blijven, de anderen moeten waarschuwend. De alcohol die door haar lichaam stroomde maakte de emotie alleen maar sterker.
De fors gebouwde agent die zich stil had gehouden, stapt op Iris af en trekt de mobiel uit haar hand. 'Wat is je naam?' bromde de man tegen Iris.
'Iris,' bracht ze snikkend uit. Als ze nuchter was geweest had ze nooit in iemands bijzijn gehuild hebben.
'Achternaam?' zei de man met een zucht.
Haar schouders schokten terwijl ze antwoordde, maar de man toonde geen medelijden. Ze had dit zelf verpest. 'Carter.'
De man scrolde door de mobiel op zoek naar Iris' vader en belde toen een nummer. 'Ja, hallo met agent Bricks,' zei de man. 'Spreek ik met de vader van Iris Carter?' Hij bleef even stil en sprak toen verder. 'Nee, ze is betrokken geraakt in een drank incident en het is niet vertrouwd om haar alleen naar huis te laten gaan. We verzoeken u ook om haar op te komen halen.' Weer was hij stil, waarna hij Luka's adres benoemde. Toen sloot hij de mobiel, zonder afscheidsgroet af en drukte het ding weer in Iris' handen.
Ze keek de man aan en wierp toen een blik op haar mobiel. Het was wazig voor haar ogen. Opeens haatte ze de alcohol.
De tijd ging langzaam voorbij. Diverse geschrokken, boze en teleurgestelde ouders kwamen hun kinderen ophalen. Toen reed de rode pickup van haar vader de straat in. Iris kon wel door de grond zakken.
Iris' vader stapte uit en beende meteen op Iris af. Er lag geen boze blik in zijn ogen, eerder bezorgd. 'Iris,' zei de man. 'Waarom ben je naar dit feestje gegaan?'
'Waarom ben jij met die griet van je naar dat feestje gegaan?' vroeg ze terug, terwijl ze op probeerde te staan. Iets wat erg moeizaam ging.
'Dit is niet het moment om het daarover te hebben!' Hij greep Iris ferm bij haar bovenarm vast. 'Nou, laten we naar huis gaan, zodat jij nuchter kan worden.' De man glimlachte naar de agent en wilde haar naar de auto slepen.
'Nee, het is zeker nooit het moment. Ik mag toch ook wel eens plezier hebben?!'
'Niet als je jezelf ermee kapot maakt!' riep haar vader terug. 'Denk toch eens na! Zie wat er gebeurd is! Is dat wat je wil? Nou?'
'Misschien wil ik dat wel. Misschien wil ik wel dronken worden en mezelf in coma zuipen!' schreeuwde ze terug. Ze dacht niet eens na over wat ze zei. Het stroomde uit haar mond alsof het water was.
De bom leek te barsten. In plaats van dat haar vader nog woester woorden eruit gooide, leek hij volledig kalm te worden. 'Dan doe je dat maar. Je hebt die scooter van je, je rijdt zelf naar huis en als je onderweg ergens in een sloot belandt, dan moet je niet bij mij aan komen kloppen. Dag, Iris.' De man liet zijn dochter los en draaide zich om.
'Ik haat je!' riep ze hem na. 'Ik haat dat wijf van je. Die stomme hond. Ik haat alles. Rot toch lekker op. Dan kom ik wel niet naar huis!'
De norse agent had het van een afstandje aanschouwt. 'Oké,' zei de man met een barse stem. 'Zo is het wel genoeg. Jij,' zei hij terwijl hij zijn hand om Iris' arm sloot, 'gaat een nachtje op het bureau nuchter worden en u, meneer Carter, moet vannacht misschien heel hard na gaan denken over uw acties en uw voorbeeldfunctie. Goedenacht,' zei de man, net zoals Iris' vader had gedaan. Hij nam Iris bij haar arm en begeleidde haar naar de auto.
Alles ging voorbij in een waas. Duizelig liet ze zich meevoeren. Haar hersenen sloegen niks meer op. De hele nacht was in een warrige waas verandert vol onsamenhangende herinneren waarvan ze meer dan de helft vergat. Enkel het gesprek met haar vader bleef scherp in haar geheugen staan. Het speelde zich steeds opnieuw af door haar hoofd. Op herhaling. In de dagen en maanden die volgden.
Waarom had haar vader de verborgen betekenis in de woorden "Ik haat je" niet gehoord?
"Ik mis je".
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top