B R E N T

De auto stond er niet. Dat konden drie dingen betekenen: Levi had de auto meegenomen om naar zijn maten te gaan, mam was er niet of ze waren de auto kwijtgeraakt. Brent vreesde altijd voor de laatste optie, maar tot nog toe, was het altijd een van de twee anderen geweest.

Met een zucht glipte hij via de achterdeur het huis binnen. Zijn tas liet hij van zijn schouder vallen en zijn schoenen trapte hij uit in de de schoenenmand naast deur. Levi zat aan de keukentafel uit een pak oreo's te eten.

'Waar is de auto?' vroeg Brent, terwijl hij een oreo uit het pak graaide. Hij keek zijn broer aan, die de bovenste punten van zijn haar had gebleekt. Zo te zien had hij het zelf gedaan, want het was oneven en overal zaten vlekken.

'Mam heeft hem mee, ze heeft een nieuwe baan. Wij doen nu het huishouden.' De bruinharige jongen tikte op het briefje op tafel.

Misschien had hij blij moeten zijn dat zijn moeder eindelijk een nieuwe baan had, misschien nu eentje waarbij hij wel elke maand wat kleedgeld kreeg, zodat hij er niet als een afgedankte hond bij liep. Hij wilde niet ondankbaar zijn, al was blijdschap was wel het laatste wat hij voelde. 'Oke...' zei Brent langzaam, terwijl hij het lijstje oppakte. Het stond vol met klusjes, zoals koken, wassen, schoonmaken, zelfs planten water geven en grasmaaien. 'Welke moet ik doen? Koken is echt niet mijn ding. Charlie kan dat wel doen.'

'Begin bij het grasmaaien. Daarna kun je de was wel doen en de woonkamer afstoffen,' begon zijn broer op te sommen.

'Wow, stop!' zei Brent, voordat Levi nog verder zou praten. 'Hoezo moet ik alles doen? Jij zit hier uit een pak oreo's te vreten, je kan toch wel beginnen met... stofzuigen of zoiets?' De grond lag bezaaid met kruimels, zand en haren van de zes jongens die in huis woonden.

'Omdat ik zo naar mijn vrienden ga. En mam heeft gezegd dat ik de baas ben. Dat betekent dat mijn enige taak is om de taken uit te delen.' Levi grijnsde. 'Kom op broertje, we willen mam niet teleurstellen.'

Woede borrelde in hem op. Hij haatte het dat hij een van de jongsten was. Of eigenlijk was hij de jongste, aangezien Rikkie te jong was om ook maar iets uit te voeren. Het probleem was dat hij er niks van kon zeggen. Hij wilde zijn moeder niet teleurstellen en als ze eindelijk thuis zou komen, was ze waarschijnlijk gesloopt van het werken. Ze zou hen een preek afsteken dat ze als een team moesten werken om het huishouden te onderhouden, zodat iedereen gelukkig was. Zij zou voor het geld zorgen en dan moest "het jongensteam", zoals zijn moeder dat altijd noemde, voor de rest zorgen. Oftewel: Brent moest het doen, de andere vijf vonden dat ze niks hoefden te doen, omdat zij ouder waren.

'Je bent een eikel, Levi,' fluisterde Brent, terwijl hij het pak oreo's uit zijn handen rukte.

'Dat weet ik.' Levi gaf zijn broertje een harde klap op zijn schouder en liep de woonkamer uit. Even later klonk het gebrom van de roestige motor die werd opgestart. Zijn broer had geen rijbewijs, maar daar trok hij zich niks van aan.

Brent zette het pak oreo's terug in de koekjesla en stormde de trap op naar Charlie's kamer. 'Charlie!' riep Brent vanuit de deuropening naar de gamende jongen. Door de koptelefoon kon hij Brent niet verstaan als hij gewoon sprak, dus schreeuwen was de enige optie. Toen de jongen zijn koptelefoon afgedaan, vroeg Brent: 'Wil jij om half vijf beginnen met koken?'

Charlie zuchtte. 'Gooi er maar wat patat in. Ik heb echt geen zin in koken.' Zonder een reactie af te wachten plaatste hij zijn rode koptelefoon weer op z'n hoofd.

Brent wilde nog wat zeggen, maar het had geen zin. Charlie ging hem niet helpen. James en Roden, de tweeling die anderhalf jaar ouder waren dan Brent, waren nog niet terug van basketbaltraining. Rikkie zou over een half uur door de overbuurvrouw worden teruggebracht, dat gaf hem genoeg tijd om de stofzuiger door het huis heen te halen en daarna kon hij beginnen aan het grasmaaien.

Met tegenzin begon hij met het eerste klusje. Hij wilde het wel afraffelen, maar als zijn moeder dan thuis zou komen en met een teleurgestelde blik zou vragen wie had gestofzuigd, wist hij dat hij zichzelf ervoor zou haten. Het kostte hem dan ook ruim een half uur om alles te stofzuigen, zo goed dat je van de vloer kon eten. Net op het moment dat hij alles weer had opgeborgen, ging de deurbel. Brent rende naar de deur, aangezien Charlie die niet ging openen, en zag dat de overbuurvrouw met Rikkie voor de deur stond. 'Hoi, Odilia,' zei Brent met een glimlach.

De vrouw lachte terug. 'Hallo, ik kom iemand terug brengen.'

Rikkie rende zonder wat te zeggen, langs Brent naar binnen.

'Dank je wel voor het oppassen,' zei Brent met een glimlach. Hij wenste stiekem dat ze hem gehouden had. Rikkie was zo veel jonger dan de rest van de jongens... hij pastte er gewoon niet bij.

'Geen probleem, het is me er eentje...' De vrouw lachte luid. 'Fijne dag, hè!'

Vertel mij wat, dacht Brent. Hij dwong zichzelf te glimlachen. 'Ja... Fijne avond nog!' Brent zwaaide en sloeg de deur dicht. Hij zuchtte en vinkte het eerste onderdeel van de lijst af. Hij moest ook nog huiswerk maken en eigenlijk moest hij ook een toets leren, die hij binnenkort zou krijgen. Dat zou hij vandaag in elk geval niet meer voor elkaar krijgen. En hij had ook niet het geld om de antwoorden bij Nadine te kopen. Brent liep naar buiten. 'Rikkie!' schreeuwde hij naar het jongetje, voordat hij helemaal buiten was. 'Doe geen domme dingen, oké? Ga maar tv kijken of zo.'

Rikkie knikte braaf. Een grote grijns verscheen op het bolle gezicht van het kind waarna hij op de bank plofte.

'Ik meen het,' zei Brent streng.

'Ik meen het ook.' De jongen zette de tv aan.

Brent liep naar buiten en pakte de grasmaaier. Hij had geen idee hoe zo'n ding werkte, dus moet hij met een zucht z'n mobiel erbij pakken om uit te zoeken hoe je een grasmaaier aan de praat kreeg. Ze hadden geen elektrische, maar eentje die op benzine werkte, zodat je niet het draad per ongeluk zou doorsnijden. Hij trok aan het trekdraad om de motor aan te krijgen. Tot zijn frustratie gebeurde er niks. Levi deed het meestal, of Charlie. Misschien moest hij het aan hem vragen. Toen schudde hij zijn hoofd. Hij zou waarschijnlijk toch een afwijzing krijgen. Hij probeerde het nog een keer en trok nog een paar keer aan het draad, tot uiteindelijk de motor brommend aanging. Hij hoopte dat hij het juiste deed en dat hij niet de hele grasmat vernietigde. Daar zou zijn moeder niet blij mee zijn.

Zijn armen waren al lam van het trekken aan het draad, maar de machine zelf was ook vrij zwaar. Zwetend duwde hij de grasmaaier vooruit. Zijn spieren brandden, zijn rug deed zeer en hij voelde een hoofdpijn opkomen, toch hij werkte door. Hij had nog een avond over om de rest van de lijst af te werken.

Gelukkig was de grasmat niet zo heel groot, dus hij zou niet heel veel tijd kwijt zijn met het maaien.

Toen hij bijna klaar was, hoorde hij dat iemand zijn naam riep. Rikkie stond in de deuropening. Hij had een veel te groot schort voorgebonden. 'Brent, hoe bak je aardappelen?'

Met grote ogen keek hij het kleine jongetje aan. Zijn haar piekte alle kanten op. Had hij niet gezegd dat Rikkie geen domme dingen moest doen? 'Wacht. Ik kom eraan!' Ook al moest Brent nog een klein stukje gras, het maakte hem niet uit. Hij zeulde de machine terug het schuurtje in en liep zijn broertje achterna het huis binnen. Op de keukentafel lagen een heel aantal aardappelen half geschild met dikke putten en deuken erin. Het zag er verschrikkelijk uit, maar hij had het tenminste wel geprobeerd. 'Rikkie,' zuchtte Brent. 'Je moet wel de hele aardappel schillen en je kan ze beter koken, dat scheelt tijd.'

Rikkie keek hem aan en knikte driftig, waarna hij het schilmes pakte en traag verder ging met een aardappel. Na een korte stilte opende hij zijn mond weer. 'Hoe kook je aardappelen? Op het kookprogramma lieten ze het zien, maar ik ben het vergeten.'

Brent zuchtte weer. 'Kom, ik help je wel.' Brent pakte ook een schilmesje en schilde de gehavende aardappelen en liep vervolgens naar de keuken. 'Je wast ze af, zodat er geen zand meer aanzit en dan doe je ze in een pan met water. Zorg ervoor dat ze allemaal helemaal onder water zijn, zie je?' Hij vulde een grote pan met water en liet het water lopen tot alle aardappelen onder water waren.

Rikkie keek hem aandachtig aan en knikte driftig.

'Dan zet je de pan op de kookplaat en laat je het water koken en als het kookt, zet je de kookplaat op stand 6, zodat het wel kookt maar niet overkookt. De wekker zet je op een kwartier en af en toe prik je in de aardappelen om te kijken of ze al gaar zijn. Terwijl het kookt, kan je bezig gaan met iets anders snijden.' Brent was geen keukenprinses. Gelukkig had hij al vroeg geleerd om te koken. Hij kon wel wat gerechten maken en meestal smaakte het ook wel redelijk. Leuk vond hij het alleen niet.

Rikkie zette de kookplaat aan en schoof het blauwe opstapje naar het aanrecht toe zodat hij in de pan kon kijken. 'Ik roep je als ik ze moet bakken,' zei hij enthousiast.

'Doe dat,' zei Brent, terwijl hij een volgend klusje op zich nam.

Brent had gehoopt dat het bij een avond bleef, maar steeds vaker vond hij een briefje op de keukentafel met een lijstje erop. Hoewel Rikkie vaak kookte, of dat in elk geval probeerde, moest hij de rest van de taken alleen doen. Hij had al zo vaak aan zijn broers gevraagd om hem te helpen, hij kon het niet meer op een hand tellen. Ze lachten hem uit, als hij het vroeg. 'Dat zijn taken voor kabouters zoals jij,' had Roden gezegd. 'Een kerel kan dat heus alleen aan, dus... doe je ding, flapoor,' was James' reactie. Na een tijdje hield hij op met vragen en deed hij het zonder te mopperen. Zijn moeder had geen idee wat er thuis gebeurde. Zij was blij dat het huis weer schoon was en dat alles in orde was. Zo wilde Brent het ook graag houden.

De kerstvakantie was net geweest. Van zijn moeder had hij een beetje geld gekregen. Wat hij ermee ging doen wist hij niet. Normaal gesproken zou hij games kopen en misschien een nieuwe broek, maar deze keer wilde hij het bewaren. Games had hij genoeg. En hij had toch geen tijd om ze te spelen.

Hij staarde naar het plafond. Zijn handen brandden nog van al het werk dat hij weer had gedaan die avond. Hij haatte het thuis. Hij haatte zijn broers voor wat ze hem aandeden, hij haatte het werk van zijn moeder, omdat ze altijd weg was en hij haatte zichzelf, omdat hij zo zwak was. 'Nooit meer,' fluisterde Brent toen. 'Nooit. Meer.' Hij bedacht een plan. Dit zou alles veranderen. Vanaf nu was hij de sterke, de alfa. Vanaf nu luisterde iedereen naar hem!

Van het geld dat hij gekregen had, kocht hij een bandana om zijn flaporen te bedekken, een nepleren jack, een nieuwe spijkerbroek met een ketting eraan en wat tweedehands t-shirts. Als laatste kocht hij namaak Nike-schoenen, die hij uit een of andere vage winkel had gekocht. Het zag er best echt uit. Alleen als je goed keek, zag je dat het logo niet klopte. Het boeide hem niet, waarschijnlijk viel het niemand op. Tevreden met zijn aankopen, ging hij de dag erna naar school. Dit was de nieuwe Brent. Een zonnebril die hij van Levi had gejat, hing aan zijn T-shirt. Met een grijns op zijn gezicht stond hij vooraan in de kantine en keek hij de zaal door. Vlak bij de achteruitgang stond een in donkere outfits gekleed groepje. Een zwartharig meisje, en een jongen die in een oor een oorbel had en nog een paar andere figuren die hij normaal gesproken liever meed. Hij stapte op het groepje af.

'Wat moet je,' siste een jongen, waarvan hij ergens had gehoord dat hij Nathan heette. Op zijn shirt stond met grote letters bluefire geschreven.

Een vlaag van nervositeit ging door hem heen. Dit was niks voor hem, maar als hij dit wilde doen, dan kon hij nu niet wegrennen. Hij wilde de alfa zijn, dan moest hij een roedel hebben. 'Ik kwam vragen of jullie zin hadden om wat lol te trappen?' Hij zette een grijns op zijn gezicht en keek de groep rond.

Het meisje keek hem onderzoekend aan, toen grijnsde ze terug. 'Ik mag jou wel. Hoe heet je en wat voor een lol had je in gedachten?'

'Brent is de naam,' zei Brent met een lachje. 'Vanaf nu staan wij bovenaan de voedselketen.'

Nathan lachte. 'Als jij die Joanne een lesje kan leren hoor je er wat mij betreft bij.'

'Ja, je moet je wel bewijzen!' riep een andere jongen.

Brent knikte. 'Deal.'

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top