5

Het ritueel was voorbij en iedereen ging weer terug naar zijn huis om te slapen.

Asyar bleef nog even in de struiken zitten tot iedereen bij het Stamhuis weg was. Hij zag zijn familie naar binnen gaan. Behalve Noryan en hij gebaarde naar Lori dat ze moest blijven.

"Waar is Asyar?" vroeg Noryan met een serieuze toon.

"Ik weet het niet. Ik heb niks meer van hem gehoord," antwoordde Lori.

"Weet je dan echt niks?" snauwde Noryan naar haar. "Hij is jouw zoon en hij sloeg mijn zoon!"

"Hij is ook jouw zoon!" beet Lori terug en hoopte dat hij haar geen klap zou geven. Noryan was geen romanticus naar zijn vrouwen zoals velen vast al wel wisten.

Noryan trok een verontwaardigd gezicht.

"Wat? Ben je niet trots op al je kinderen? Je hebt er vier!" zei Lori tegen hem en Noryan greep haar hard bij haar arm.

"Waarom zijn Milanyia en ik hier dan? Bastaardkinderen opvoeden, en voor wat?" ging ze verder.

Noryan bleef haar recht in de ogen aankijken. Zijn gezicht raakte bijna de hare aan.

Daarna duwde hij haar naar achteren en keek van haar weg.

Toen besloot Asyar er op af te stappen en kroop uit de bosjes.

"Mam," riep Asyar toen hij op de koning en zijn moeder af liep.

"Asyar? Asyar! Waar zat je?" vroeg Lori bezorgd en rende op hem af.
Asyar ontving de stevige omhelsing van zijn moeder, die hem daarna van top tot teen bekeek.

"Ben je gewond? Heb je pijn? Wat is er gebeurd?" vuurde ze allerlei vragen op hem af.

"Ik voel me prima," zei hij om haar gerust te stellen.

"Prima? Je voelt je prima?! Je hebt Mitar in elkaar geslagen!" riep Noryan boos en ging dicht voor Asyar staan.

"Je raakt geen prins aan!" siste Noryan naar hem. "Je hebt geluk dat hij zijn transformatie heeft gekregen,".

Noryan keek daarna Lori aan en ging het Stamhuis binnen. Hij had verder niks te zeggen. Voor nu. Asyar was agressief en hield zich nergens aan, vond Noryan.
Hij moest zich nu op Mitar focussen. Zijn zoon moest met een offer terugkomen, anders was het een schande voor de familie.

Terwijl Noryan naar bed ging, omhelsde Lori haar zoon opnieuw. Ze bleven nog even buiten staan.

"Ik was zo bezorgd," zei ze zacht en hield zijn gezicht in haar warme handen vast.

"Je moet me beloven dat je dit nooit meer doet. Je hebt ook de transformatie gemist van je broer. Dat zal je vader nooit vergeten. Ik denk dat hij je er zelfs voor gaat straffen," voelde Lori zich genoodzaakt te zeggen.

"Dat heeft hij toch al gedaan? Mij gestraft?" ging Asyar er op in.

"Je kent hem niet... zoals ik doe..," zei zijn moeder met een hele zachte stem. Toen ging ze over op fluisteren. "Zoals Milanyia doet en zelfs Rasjia. Ook al houdt ze altijd vol dat dit leven goed voor haar is. Wat ik wil zeggen is, vertrouw niemand Asyar. Niemand. Je bent zo lief, warm en gevoelig. Laat dat niet verpest worden door wezens zoals zij," was zijn moeders advies.

Asyar knikte en liet alle woorden van zijn moeder bezinken toen hij in bed lag.
Hij wist en voelde ook dat hij niet veilig was. Zijn moeder had hem daar op alert gemaakt.

Asyar had de bloem die hij van Imra had gekregen in een pot met water gestopt zoals zij hem had verteld.
Hij had de bloem bij het raam gezet, zodat deze maanlicht zou opvangen. Hij bleef maar staren naar de Witte Traan en dacht aan Imra.
Hij had het nu ook vast verpest bij haar. Ze wilde hem vast nooit meer spreken. De enige persoon die buiten zijn moeder aardig was tegen hem.

Met een groot schuldgevoel naar Imra toe ging Asyar slapen.

De volgende dag werd er vroeg in de ochtend een melodie gespeeld door de trommels van de nacht er voor.
Lori wekte Asyar en vertelde hem dat Mitar elk moment zou moeten terugkomen, want de zon kwam bijna op.

Met een vermoeid gevoel ging Asyar met zijn moeder naar buiten.
Milanyia kwam bij hun staan, samen met haar tweelingzonen.
Zackyar en Yaro keken verbaasd op toen ze Asyar zagen. Ook Imra kwam er bij staan met Rasjia en ook hun blikken keken verbaasd op.

"Hij is terug, zo te zien," merkte Rasjia op en keek met een vervuilde blik naar Asyar. "Je moet hem in toom houden, Lori. Maar ik weet hoe moeilijk het kan zijn om een zoon op te voeden,".

Lori besloot niks te zeggen. Dit was uitlokkerij. Ze keek Asyar aan en probeerde met haar blik te zeggen dat hij Rasjia moest negeren.

"Hopelijk komt Mitar terug met een groot, dik hert," merkte Yaro op.

"Ja, ik heb wel zin in vlees. Het liefst gebakken met het rood aan de binnenkant," ging Zackyar er op in.

"Dat vlees is niet voor jullie. Het is voor de goden. We verbranden het en niemand zal er ook maar iets van proeven," reageerde Rasjia onverwachts op de tweeling.
Milanyia keek haar even aan.

"Ik weet ook hoe moeilijk het kan zijn als je kinderen niks weten van de cultuur waar in ze leven," maakte Rasjia opnieuw een opmerking. Ze zei het met een onderliggende toon.

Rasjia wist altijd de juiste opmerkingen te maken en de andere leeuwinnen wisten dat ze er beter niet op in konden gaan. Zij was immers de eerste vrouw van de koning.

"Open de poort!" riep de sjamaan die zichzelf voor het Stamhuis presenteerde. Iedereen in het dorp verzamelde zich bij hem en zorgden dat er een vrij pad ontstond vanaf de poort tot aan het Stamhuis.
Iedereen wachtte op de komst van Mitar.

"Ik zie hem!" riep iemand toen en daar was de jonge witte leeuw. Iedereen bekeek hem toen hij langsliep met een vieze vacht.
Mitar kwam bij de sjamaan staan en transformeerde weer in zijn menselijke gedaante.
Een dienaar bracht hem snel een gewaad, die hij meteen aantrok.

Maar hij had niks bij zich. Geen dood dier. Geen offer voor de goden. Het was hem dus niet gelukt.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top