V I J F T I E N II
Na een tijdje erheen gelopen te hebben keek Abigail naar het klassieke Nijmeegse gebouw voor haar. Xavi vertelde haar dat het grote huis verdeeld was onder wat studenten. Zijn vriend die hen zou ontvangen had de hele schuur gekregen. Ze liepen eerst door het huis heen naar de tuin. Daar stond de nogal grote schuur, tussen het gras met een stenen paadje erheen.
'Zo Xavi, twee meiden bij je zie ik,' lachte de jongen die opendeed. Abigail hoorde Sanna achter zich snuiven. Ze wist hoe Abigail dacht over dronken jongens.
'Leuk hoor. Nou Sanna, Abigail, dit is dus David. Let maar niet op hem.' De bruinharige jongen hield nog altijd lachend zijn schouders op en deed een stap achteruit om ze door te laten. Abigail liep snel langs hem heen.
'Hey!' hoorde ze een opgewekte stem zeggen. Ze keek naar rechts en zag Abel zitten. Abigail glimlachte breed en liep op hem af. Buiten hem herkende ze niemand meer. Ze was blij tenminste hem te zien, hij was namelijk heel aardig vond ze.
Hij schoof gelijk op en wees naar de lege plek naast zich. Abigail wilde wel zitten, maar dan paste Xavi er niet meer bij. Ze keek vragend naar haar vriend, maar hij was nog bezig met een paar jongens. Wel zag ze Sanna. Ze stond er wat alleen bij, nog altijd bij de ingang.
'Wacht even,' zei ze tegen Abel en ze liep naar Sanna toe. 'Kom, ga maar naast die jongen daar zitten. Geloof me, hij is echt leuk,' knipoogde ze. Sanna knikte even en liep er op af. Abigail keek glimlachend toe hoe ze gelijk aan de praat raakten. Ze zou het geweldig vinden als die twee iets zouden krijgen. Hij leek echt een goede jongen.
Abigail liep op Xavi af en legde een hand op zijn rug. Ze aaide even terwijl ze hem vroeg of ze ergens samen zouden gaan zitten.
'Ja, maar ik zie nergens twee plekken vrij,' antwoordde hij.
David ving hun gesprek op en liep hij naar buiten. Daar haalde hij twee tuinstoelen van het gas af en zette die voor de kleine bank neer, waar de rest van de mensen zaten. 'Wil je wat drinken? Een biertje?' Xavi en Abigail schudden gelijk hun hoofden.
'Nee, doe maar wat fris. Voor ons allebei toch?'
Abigail knikte als antwoord.
'Ik help je anders wel, Dave.' Xavi stond op en liep met David mee naar de gezamenlijke keuken die zich niet in de schuur bevond, Abigail alleen achterlatend. Ze keek om zich heen. Er waren geen ander meiden buiten Sanna en zijzelf. Ze liet haar blik vallen op Sanna en Abel en merkte op dat ze al dichter bij elkaar waren komen te zitten. Ze grinnikte zacht. Dat had ze goed voor elkaar gekregen.
'Hier. Er stond alleen wat Cola, maar ik weet dat je dat lust.' Xavi gaf het koude glas aan Abigail en ging weer naast haar zitten. Hij had ook Cola.
Abigail nam een slokje. Het met prik gevulde drinken liet een kleine tinteling op de achterkant van haar tong achter. Daarna proefde ze tot haar verbazing een ietwat bittere nasmaak. Ze keek bedachtzaam omhoog, terwijl ze in haar hoofd naging wat dat zou kunnen zijn. Ze kwam met haar lippen dichtbij Xavi's oor en vroeg het hem. 'Heb jij ook zo een bittere nasmaak van de Cola?'
Xavi keek haar vragend aan. Zijn ogen had hij wat dichtgeknepen. 'Nee? Wat vreemd. Weet je zeker dat je het je niet gewoon verbeeld? Ik vind het gewoon normaal smaken.' Abigail zuchtte en hield haar schouders op. Ze keek beschaamd voor zich uit. Xavi had nog altijd zijn gezicht haar kant op gedraaid. Ze wilde dat hij stopte. Ze kreeg het gevoel dat hij haar aankeek alsof ze gek was en hij zich zorgen over haar maakte.
Om niet onbeleefd te zijn dronk ze toch maar de rest op. Dat was het moment dat Xavi zijn gezicht eindelijk van haar af keerde. Ze kon zichzelf wel voor haar kop slaan. Net toen ze dacht dat het beter ging - gezien ze de laatste tijd geen vreemde dingen meer meemaakte - gebeurde dit. Ze wilde geen zwakte tonen, en al helemaal niet dat Xavi dat zou merken. Het was al erg genoeg zonder dat hij zich ermee bemoeide.
Ze spande haar gezichtsspieren aan en probeerde de vieze smaak die nog in haar mond rondhing te onderdrukken.
De geluiden om haar heen vaagden langzaam weg en de gespreksonderwerpen gingen allemaal aan haar voorbij. Ze keek weer naar haar vriendin en Abel, in een soort trance. Sanna ving haar blik en knipoogde. Abigail was nog net aanwezig genoeg om te knikken en een kleine glimlach te trekken als antwoord, terwijl ze nog altijd dromerig bleef toekijken. Sanna ging ondertussen weer verder met hem doorpraten.
Een hand op haar schouder deed haar opschrikken.
'Abigail, gaat het?' vroeg een andere jongensstem dan Xavi. Ze keek opzij. Het was David. Even bleef ze hem met open mond aanstaren, maar toen hij niet weg ging besefte ze zich dat ze wat moest antwoorden.
Ze slikte haar, door haar open mond verzamelde, speeksel weg en sloot haar lippen op elkaar. Daarna knikte ze. 'Ja, ik ben gewoon een beetje moe, dat is alles.' Ze glimlachte zijn zorgen weg.
Ze keek weer naar links en zag in haar ooghoek dat Abel had toegekeken. Toen hij merkte dat ze hem door had keerde hij snel zijn gezicht weer naar Sanna toe en mengde zich weer terug in hun gesprek.
'Xavi?' zei ze met een krakende stem. Ze kreeg geen antwoord terug. Hij zat ook niet meer naast haar.
Een beetje wankelend stond ze op en keek ze de kamer rond. Ze zag hem nergens. Ze schaamde zich om David weer in de ogen te kijken, maar ze wist niet aan wie ze het anders moest vragen. Het was immers zijn huis en een van de weinige mensen daar die ze echt had gesproken.
Ze tikte op zijn schouder, waarna hij zich glimlachend omdraaide. 'Hey. Heb jij Xavi gezien?' vroeg ze. Hij hield zijn schouders op en keek haar weer net zo indringend aan als daarvoor.
'Nee. Misschien in de tuin? Het lijkt me wel iets voor Xavi om zich daar te vertoeven.' Abigail bedankte hem en wilde weglopen, maar David pakte haar arm vast zodat ze bleef staan. 'Als er iets mis is moet je het echt zeggen hé. Ik vind je pupillen wonderbaarlijk groot en je ogen zijn best rood voor iemand die geen drugs heeft gedaan.' Ze keek hem verbaasd aan en trok haar arm uit zijn greep.
'Er is echt niks. En ik doe inderdaad geen drugs, mocht je dat willen vragen.'
Ze liep weg. Ze kon hem nog net 'Ik wil je alleen maar helpen,' horen zeggen voor ze de tuin in liep. Haar adem stokte toen ze bijna over de drempel viel. Voor iemand die geen alcohol en geen drugs op had was ze inderdaad wonderbaarlijk onstabiel.
'Xavi?' riep ze met gedempte stem om geen overlast voor de buurt te veroorzaken. Weer geen antwoord en geen Xavi.
Ze zuchtte. In het hoofdgebouw was hij zeker ook niet. Ze gaf op en liep weer terug de schuur in. Een muffe geur van teveel mensen op een klein oppervlak en van zoet drinken en alcohol drong haar neus binnen. Ze wilde weg. Ze was doodop en kon het echt niet langer meer uithouden.
Ze keek naar de hoek. Xavi zat op de stoel waar ze nog geen twee minuten eerder naast had gezeten. Ze zuchtte. Niet weer, dacht ze. Ze had nu al te vaak meegemaakt dat iets of iemand plotseling verdwenen leek te zijn en even later op dezelfde plek opdook. Dat had ze ook die keer met die laptop gehad...
'Xavi...' Haar ogen begonnen te tollen. Hij keek om en stond gelijk op om haar te ondersteunen toen hij zag dat haar benen zo erg wankelden dat ze in elkaar stortte.
'Ik denk dat we naar huis moeten. Ik dacht dat je geen alcohol op had, Abigail,' zei hij.
Ze schudde haar hoofd. Ze wilde niet dat hij zo over haar dacht. Ze had helemaal niks op, maar ze had geen kracht meer om zich tegen die aanname te verzetten.
Alle jongens keken medelijdend toe hoe Abigail in Xavi's armen leunde. Sanna kwam op haar af en keek haar bezorgd aan. Ze genereerde weer wat meer energie en kwam los uit Xavi's greep. 'Ik ben echt moe, dus ik ga. Voel je vrij om te blijven bij Abel,' zei ze tegen haar vriendin.
Sanna's mond vormde een streep terwijl ze afscheid nam van Abigail. Ook Abel kwam gedag zeggen. Natuurlijk keek hij haar net als iedereen daar bezorgd aan. Op de een of andere manier kon ze dat van hem wel hebben.
'Doei Abel en Sanna. Bedankt David.' Voor de rest zei ze niemand anders in de kamer gedag. Zij en Xavi verlieten het pand en stonden niet veel later op de stoep voor de voortuin.
'Denk je dat je kan lopen?' Abigail knikte om sterk te lijken, maar eigenlijk wist ze dat het te zwaar voor haar zou worden. Toch pakte Xavi haar op, want haar gezicht sprak boekdelen.
'Ik draag je wel tot de bus en dan gaan we daarmee terug. Ik denk niet dat we dit weer lopend gaan redden.' Abigail knikte. Ze liet zich volledig leiden door Xavi en sloot haar ogen. Toen ze ze weer even opende zaten ze alweer in de bus. 'Ga maar slapen. Ik zorg er wel voor dat je in je bed terecht komt.'
Abigail liet zich dat geen twee keer zeggen. Het maakte haar even niet uit dat de paar mensen die om die tijd nog in de bus zaten hen raar aankeken. Ze was te moe om zich daar iets van aan te trekken en dus liet ze de slaap overwinnen.
Abrupt werd de vrede onderbroken toen ze met haar hoofd in haar kussen terechtkwam. Alles wat daarvoor was gebeurd wist ze niet, maar Xavi's geruststellende hand op haar hoofd deed haar ontspannen. Ze wist niet hoe het kon, maar ze voelde zich opeens weer klaarwakker.
Toch deed ze alsof ze sliep, zodat Xavi haar sneller alleen zou laten. Dat deed hij gelukkig. Niet veel later zag ze een streepje licht door de deuropening komen, totdat die weer werd gesloten. Alles wat ze nog hoorde was haar adem, die alles behalve regelmatig was. Ze stond op en deed het licht aan. Haar ogen kneep ze gelijk dicht om deze tegen het te felle licht te beschermen. Voorzichtig liet ze ze wennen.
Volgens David had ze ogen alsof ze drugs had ingenomen. Dat kon toch niet waar zijn? Ze wilde het met ogen ogen zien, dus keek ze in de spiegel. Er was niks te zien. Haar ogen zagen er zoals altijd uit, maar wat had David dan gezien?
Ze zuchtte en keek naar haar bed. De dekens lagen er rommelig op. Ze had weer eens zo een gekke dag gehad en weer was dat bij Xavi's vrienden geweest. Ze had zichzelf nooit eerder zo meegemaakt.
Ze deed het licht weer uit en ging terug in bed liggen. De dekens hield ze strak om zich heen, terwijl ze in haar buurt allemaal vreemde geluiden hoorde. Het leek wel weer alsof er iemand anders bij haar in de kamer was. Ze kneep haar ogen stijf dicht terwijl haar ogen begonnen te tranen van de angst.
Het voelde echt alsof ze niet alleen was, maar ze durfde niet te kijken. Misschien werd ze wel met rust gelaten als ze niet bewoog. Misschien hoefde ze zich wel helemaal geen zorgen te maken. Misschien was dit weer zo een verbeelding.
Het kon ook altijd nog Xavi zijn die iets was vergeten.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top