Hoofdstuk 7

Lena

Zo groot. Zo mooi.
Eigenlijk heb ik me nooit echt geïnteresseerd in wat Jasper doet van werk. Natuurlijk ben ik al wel is komen bezoeken. Of toch proberen, want Jezus christus die man is echt een workaholic van tijd tot tijd.
Maar nu ik hier sta en ik weet dat ik voor dit gebouw moet gaan werken.
The Leper hotel group, de laatste plaats waar ik dacht ooit te gaan werken.
Ik weet het gewoon, ze gaan me er allemaal haten. Waarom ben ik hier mee akkoord gegaan. Ze zullen allemaal denken dat ik de job heb gekregen omdat hij mijn man is. En waarschijnlijk haten ze me nogsteeds van die ene keer dat ik hier een hele scène had gemaakt.

'Lena, liefje wees maar niet bang. Ze zullen niet bijten hoor. Ik bescherm je wel.' Zegt Jasper met een grijns.
Ik zucht en wrijf mijn klamme handen af aan mijn zwarte, strakke rok waar ik half mijn groen T-shirt in heb gepropt. De statement ketting is er gewoon om de aandacht van mijn slordige kleding te trekken.

'Ik ben niet bang, ik denk gewoon dat ik nog iets langer wil genieten van mijn vakantie.' Verzin ik snel.

'Ah daarom dus die zonnebril.' Grinnikt hij terwijl hij me meetrekt naar de ingang.

'Nee, die is er één omdat iemand me gisterennacht de hele tijd heeft opgehouden dus ik ben nu moe en probeer mijn wallen te verdoezelen. En de tweede reden is omdat de fucking zon schijnt. Idioot.'

'Wat zijn we weer aardig vandaag.' Mompelt Jasper als we in het gebouw stappen.

'Dat komt ervan als je je vrouw wakker houd.' Sis ik en kijk nog een keer in de lobby.
Groot, zoals ik herinner. De bankjes die er af en toe staan waar ik een keer op inslaap ben gevallen toen Jasper me probeerde te negeren. Vijf, VIJF, verschillende liften die allemaal naar een ander deel van het gebouw gaan. Twee voor het linker deel met de meetingzalen. En de grote, kleine zalen. De middelste lift is logischer wijs voor het middelste deel van het gebouw en de kamers op de top verdieping. Met andere woorden. Als ik dat enkele jaren geleden had geweten had het me ook veel tijd en moeite gespaard op uit dit immense gebouw te geraken. En waarschijnlijk tranen, hij mag blij zijn dat ik zo vergevingsgezind ben.

En dan zijn er de twee rechtse liften die leiden naar het kantoor.

'Welkom meneer Hamelot. Wat fijn om u weer te zien.' Zegt een vrolijke, lieve stem ergens links van me.
Ik kijk snel naar de richting vanwaar de stem kwam en sta klaar ik de aanslag om boos uit het gebouw te stappen. Als hij het heeft gedurfd.

'Dank u.' Is Jasper zijn korte antwoordt en hij loopt met grote passen verder naar de lift. Ik volg hem met grote passen en wil hem erom wijzen dat ik op hakken loop en niet benen heb die vier meter lang zijn. Van de ooit warme koffie die ik in mijn hand heb ligt de helft al van op de grond en snel gooi ik het in een kleine vuilnisbak.

Jasper staat al in de lift en hij wacht met een geïrriteerd gezicht tot ik bij hem in de lift kom staan. Ondertussen hebben nog verschillende andere mensen, ik denk of beter gezegd hoop dat het allemaal werknemers zijn, Jasper een goede morgen gewenst. Persoonlijk vind ik dat het opvallend veel vrouwelijke werknemers. Hoewel, ik denk niet dat ik ze het echt mag kwalijk nemen, want Jasper ziet er inderdaad echt super heet uit in de pak.
De reden dat hij nu heel vaak ik een pak gekleed moet gaan is al alleen een reden dat ik van hem hou. Niet de grootste, maar toch wel een reden.
Hij staat echt heel erg goed met dat rood en zwart. Heel goed.

'Lena, stop met staren en kom in de lift.'
En in een knip ben ik direct terug bij zinnen. Ik zie wel niet in waarom hij zo onbeleefd moest doen.
Dat is hij al van het moment dat we in het gebouw zijn gelopen, hij heeft zijn ik-haat-iedereen-en-alles-als-iemand-een-stap-in-mijn-buurt-doet-vermoord-ik-hem-direct weer om zich heen.
Wel dit wordt leuk vandaag.
Het valt ook op omdat al de werknemers in de andere lift zich proberen te wringen terwijl Jasper en ik hier alleen staan. Met heel veel plaats.
Als de deuren dicht schuiven gaat mijn vinger onmiddellijk naar de knop voor de bovenste verdieping. Ik weet dat Jasper zijn kantoor daar is, het is een gewoonte geworden. Ik merk dat ook Jasper zijn hand naar de knop ging, maar nu net zoals mijn hand bevroren voor de knop hangt.

'Sorry, ik probeer dit hele baas en werknemer ding nog uit te zoeken.' Zeg ik snel met een kinderlijke glimlach en laat mijn hand snel zakken.

'Nee, doe maar. Je bent mijn assistente, nietwaar.' Antwoordt hij en geeft me een glimlach. Ik kijk naar hem op en zet een stap naar hem toe. Hij slaat zijn armen om me heen en trekt me tegen zich aan.

'Ik voel me zo cliché meisje uit boeken die met haar baas een vurige kus-scène gaat hebben in een lift.' Stamel ik en mijn vingers gaan uit gewoonte over Jasper zijn strakke kaaklijn.

'Wel je dat dan?' Vraagt Jasper met zijn onnozele grijns.

'Nee, niet met mijn baas nee.' Plaag ik.

'Laten we dan nog even dat ene getrouwde koppel blijven dat nooit van elkaar kan afblijven.' Mompelt hij en legt zijn lippen op de mijne.
Mijn ene hand glijdt maar zijn donkere korte haren en de andere blijft bevroren op zijn kaak liggen. Jasper zijn handen ondersteunen me terwijl zijn mond gewillig de mijne verkend. De kus was zoals gewoonlijk geweldig, juist goed. En vurig kon je het zeker noemen.
Buiten adem leunt Jasper zijn hoofd tegen dat van mij. Zijn warme adem prikkelt mijn mond en kin en ik doe mijn best om me te concentreren op mijn versnelde hartklopping. Het kan toch nooit goed zijn. Ik heb het gevoel dat het er uit gaat vliegen.

'Is het tijd om terug baas en assistente te zijn.' Vraagt Jasper in een fluistertoon.

'Nog niet, nog heel even.' Fluister ik terug.

'We zijn boven, je weet dat toch.'

'Hoezo weet jij dat, getimed hoelang je kus-scenes mogen duren.' Fluister ik plagend.
Jasper lacht kort.

'Nee, de deur staat open.' Fluistert hij terug.
Mijn ogen worden groot en ik minder dan een seconde sta ik anderhalve meter van hem af.
Beschaamd kijk ik uit de deur en zie twee geschrokken gezichten ons aanstaren.

Wat een goed begin van mijn eerste werkdag.

Met een gebogen hoofd stapt ik uit de lift en ik wil nu opgezogen worden door een zwart gat, gewoon even uit deze rotzooi.
Ik moet niet naar Jasper te kijken om te weten dat hij rond paradeert met de grootste grijns die er kan zijn.
Stomme idioot, waarom ben ik toch akkoord gegaan.

'Goede morgen, meneer Hamelot.' Stamelt een blond meisje dat achter een bali staat. Het zal de secretaresse zijn.

'Goede morgen, Georgia. Mag ik je voorstellen aan mijn nieuwe persoonlijke assistente. Mevrouw H-' antwoordt Jasper met een troste glimlach.

'Lena, noem me maar gewoon Lena.' Zeg ik en steek mijn hand uit. Ze kijkt me nog steeds met grote ogen aan maar gelukkig aanvaardt z toch mijn hand.

'Georgia, aangenaam.' Mompelt ze nog verbaasd.
Wat moet ze wel niet van mij denken, ze zal denken dat ik een of andere sloerie ven dat hij van de straat heeft opgepikt.

'Ik ben Nadiel, welkom in Leper hotel group.' Zegt de jongen met een vriendelijke glimlach. Wel hij lijkt de enige te zijn die zich snel heeft kunnen herstellen van het schouwspel dat ze net hebben mogen aanschouwen.

'Bedankt.' Mompel ik met een glimlach.
Ik voel weer een donker aura naast me ontstaan. Jaloerse klootzak.
Me eerst zo beschamen op mijn eerste dag hoewel ik het persoonlijk niet erg vond, maar dat ik niet bekend wil worden als de vrouw van of de hoer van, en dan nog zo kinderachtig doe als ik alleen nog maar praat met een jongen.

'J- meneer Hamelot, ik denk dat het tijd is dat u mijn werkplaats toont.' Zeg ik en duw hem in de richt in van zijn kantoor. We moeten eerste via een deur die leid langs de vergaderzaal en dan langs nog een beveiligde deur die leid naar de gang naar het kantoor van Jasper.

Jasper stopt in het midden van de gang en wijst naar een ruimte met een glazen wand. In de ruimte is er een wand volledig in beslag genomen door een groot boekenrek waarbij al de papier netjes kan sorteren. De bureau in een L-vorm staat gericht naar de glazen wand zodat ik een goed zicht heb op degene die binnen komt, de tafel is lang en ik kan er dus gemakkelijk al de spullen op leggen.
Achter de tafel zijn nog twee ramen waar op het moment de zon vrolijk doorheen schijnt. Iemand heeft ook mooie groene planten in de kamer aangebracht en een een boeketje witte rozen. Er staat ook een zwarte moderne nachtlamp op de tafel en, hoe onverwacht, een Apple computer. En dan nog enkel handige kantoorbenodigdheden.

Ik draai om naar Jasper en zie hem nonchalant in de deurpost staan.

'Jasper, het is echt...-' ik probeer het goede woord te zoeken om dit te beschrijven.

'Als je het niet goed vind, we kunnen iemand zoeken en dan laten we het opnieuw doen.' Stelt hij voor.

'Nee! Het is echt geweldig, mooi, super, ongelooflijk. Ik zou het voor geen miljoen willen veranderen.' Ratel ik snel.
Jasper lacht en komt dan snel naar me toe om me te omhelzen.

'Jasper, je ging je professioneel gedragen.' Waarschuw ik hem.

'Wat, dat kan ik me niet herinneren.'

'Grappig, nu serieus. Ik probeer boos op je te zijn.'

'Waarom probeer je boos op mij te zijn?'

'Omdat je mij gisterennacht hebt wakker gehouden en omdat je me daarnet heb gekust,' Jasper probeert te protesteren maar ik ga door,' en omdat je nog steeds onnodig jaloers word.'

'Je wou die kus.' Stamelt hij.

'Ja, dan moet jij de man in de relatie zijn en zeggen dat je me niet mag kussen.'

'Je bent mijn vrouw, natuurlijk mag ik je kussen.'

'Je bent ook mijn baas, dus jij mag me dan niet kussen.'

'Prima, maar gun me nog één laatste kus. Anders kan ik nooit goed werken.'

'Die laatste was daarnet in de lift. Ga nu werken, dan kan ik dat hier uitpuzzelen.' Zeg ik en jaag hem weg uit mijn kantoortje.

'Ik krijg die kus, ik zorg ervoor dat je ervoor gaat smeken.' Waarschuwt hij me en gaat dan boos naar zijn kantoor dat door de dubbele deur naast mij is.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top