✯ Hoofdstuk 11
𝕀f you're afraid of falling, then don't look down
De vijf minuten die ze hadden afgesproken verstreken zonder dat er een woord gewisseld werd. Iedereen had de tijd gespendeerd met zichzelf en zich mentaal voor te bereiden op wat er allemaal te wachten stond. Al hadden alledrie geen flauw idee wat ze zouden kunnen verwachten op hun eindbestemming. De tekens waren vaag en dus konden ze alleen maar hopen dat deze snel duidelijk zouden worden en dat ze snel een eindpunt hadden. Een zucht ontsnapte Evron terwijl hij zijn rugzak weer om zich heen gespte en een tas van de grond raakte. Hij was klaar om naar het onbekende te vertrekken.
Ook Dana had besloten om haar eigen spullen te dragen, ze aanvaardt geen enkele hulp van de jongens die het beiden hadden aangeboden. Maar het feit dat ze om de zoveel voetstappen in een kromp van de pijn kon ze niet verbergen maar toch was het meisje koppig genoeg om het tegendeel te willen bewijzen. "Het gaat, ik ben oud genoeg om zelf te stappen", had ze snibbig gereageerd toen Connor nogmaals had aangeboden om op zijn minst haar rugzak te mogen dragen. Door die woorden had Connor bezorgd naar Evron gekeken maar deze had alleen maar met zijn ogen gerold. Dana was te trots wat haar op haar broer deed lijken maar ze hadden het kleine meisje nog nodig. Daarnaast hadden ze beiden beloofd haar te helpen.
Voor de zoveelste keer ging het door Evron heen dat zowel Dana als Evan beide in staat waren tot enorme krachten en dus een erg sterke gave hadden. Of het familiaal was wist Evron niet, tot nu toe was het niet gebleken dat je gave te maken had met je bloedbanden maar er was nog een hoop onzeker over deze dingen. Evron wist dat hij er maar beter nu niet achter zou vragen bij Dana. Ze deed nu al afwezig en bot naar zowel hem als Connor. Ergens school er in hem ook de vrees dat ze het zelf niet eens wist en dat hij haar met zijn vraag alleen nog maar meer in de twijfels zou gaan duwen. Dan was er misschien zelfs een kans dat ze weg ging, op haar eentje. Hoewel zowel Dana als hijzelf te trots en te koppig waren om toe te geven, wist Evron dat ze elkaar nodig hadden. Alleen dan hadden ze de meeste kans om te slagen en de twee anderen te vinden. Wat ze dan zouden doen, zagen ze dan wel.
Het voordeel van hun verkleinde aantal was dat ze een stuk minder opvallend zouden kunnen reizen. Maar de snelheid was echter gehalveerd, aan Dana haar gezicht was te zien dat het haar frustreerde. Toch zou ze niet sneller kunnen, het meisje had amper steun om op te lopen en de grond onder hun voeten was verraderlijk. Er lagen verschillende losse stenen waarmee je zonder problemen je enkels kon omzwikken wanneer je even je aandacht liet verslappen. Ook had niemand de schade van het Tijdperk der aardbevingen hersteld, waarom zouden ze ook? Voor je het wist was de volgende ramp er weer en kon je bezig blijven, mensen wisten amper nog waar ze met de herstellingswerken konden beginnen. Waarschijnlijk bij zichzelf, de overlevenden waren getekend. De dood was nooit ver weg en bijna iedereen had wel iemand verloren. Er waren tijdens geweest dat ze het begraven van de doden niet hadden kunnen bijhouden, vele lijken waren in de vergetelheid geraakt.
Ondanks het gevaar bleven de drie nog altijd zo goed mogelijk verborgen op hun tocht. Evron moest er niet aan denken dat ze Zij weer zouden tegenkomen, zeker niet in de staat waarin de drie verkeerden. Dan zouden ze al helemaal niets meer kunnen doen voor Evan en Lynn, Evron kreeg rillingen als hij er aan dacht wat er dan allemaal met de twee zou gebeuren. Het feit dat de twee ook wel eens als lokmiddel gehouden werden kwam niet eens in hem op, al zijn aandacht ging naar het blijven rechtstaan tussen de brokstukken en Dana in de gaten houden die wat achterop hinkte.
Het boek dat Connor al eerder uit de bibliotheek had gestolen - of geleend zonder te vragen zoals zijn vriend het noemde - had een kaart bevat die ze volgenden. Al leek Connor er niet veel naar te kijken, hij liep voorop en wees de weg langs waar ze het beste konden lopen. Alsof hij nooit iets anders deed en de weg al vele malen had afgelegd. Al wist Evron zeker dat het tweede niet het geval was, of toch niet eens de Tijdperken hadden ingezet. Evron nam aan dat het zijn gave was die hem liet zien hoe ze moesten lopen, via tekenen die Evron niet kon zien. Dat hij niet eens wist waar hij naar zou moeten zoeken maakte het vinden ervan niet eenvoudiger. "Hoever is het eigenlijk?" reageerde Evron met een diepe zucht terwijl hij de steen voor zijn voeten weg schopte. De stilte had iets vijandelijk vond hij.
Ook bij Connor klonk er een zucht, op de manier waarop het leek dat Evron een klein kind was die het om de vijf meter vroeg. "Niet ver meer", klonk er kort. Het antwoord van Connor was vaag waardoor Evron er eigenlijk helemaal niets aan had en hij een wenkbrauw optrok. Wat was immers niet ver meer? Voor de ene had het een andere betekenis dan voor iemand anders. Toch besloot hij het te interpreteren als de boodschap dat ze tegen de avond viel de site nog zouden kunnen bereiken, zelf met hun huidig slakkentempo. Maar Evron had geen zin om zo verder te treuzelen, gewond of niet. Hij wist ook wel dat Dana met haar enkel geen records zou breken maar alle beetjes zouden helpen.
Hij keek over zijn schouder en zag het meisje net over een steen klauteren. "Geef je rugzak aan mij of Connor, op de andere kun je dan gaan leunen", klonk er nors wat hem een verbaasde blik van het meisje opleverde. Waarschijnlijk had ze het niet verwacht of toch niet op die toon. Evron besloot haar geen kans te geven om te protesteren, dat konden ze nu niet gebruiken had hij beslist. "Het is goed", ging hij verder: "Hoe sneller we ons verplaatsen, hoe sneller we op onze bestemming zijn. En hoe sneller we jouw broer vrij kunnen krijgen." Op haar gezicht was niet af te lezen dat ze zou toegeven dus Evron besloot een andere kaart te spelen: "Evan zou ook niet willen dat je pijn leed, hij zou je zelf gedragen hebben! We willen je alleen maar helpen hoor je?"
Eerst had hij willen voorstellen dat hij haar wel zou dragen maar het idee had hij al snel opzij geschoven. Hij wist niet of Dana dat überhaupt zou toestaan maar dat zou ook betekenen dat Connor twee extra tassen zou moeten dragen en dat wou Evron zijn vriend niet willen aandoen. Dana was dan wel geblesseerd aan haar enkel, Connors schouder was ook nog lang niet de oude. Gelukkig bleek Dana zonder enig protest toe te geven terwijl ze haar rugzak van haar schouders liet glijden en resoluut naar Connor toe liep die ook was blijven staan. Ze zocht steun bij zijn niet gewonde schouder terwijl Evron de rugzak opnam. Het was wel duidelijk dat ze niet helemaal tevreden was met de verdeling maar hij trok er zich niet zo veel van aan. Al was het aan haar gezicht wel duidelijk leesbaar dat ze ergens ook wel opgelucht was, haar enkel moest meer pijn doen dan dat ze wou toegeven. Maar Evron was nog niet klaar, hij liep ook naar Connor toe en legde zijn hand op diens tas. "Jij ook" reageerde hij kort terwijl hij de tas uit Connors handen trok.
Dana's rugzak hing hij aan zijn ene schouder en de andere kwam om zijn andere, de tas kon hij gewoon in zijn handen houden. Even vergeleek hij zichzelf in zijn gedachten met een muilezel waardoor hij wenste dat ze er ook echt eentje hadden. Het zou voor warmte kunnen zorgen en hun spullen kunnen meenemen. Wie weet konden ze dan Dana er zelf op zetten en haar laten rijden. Net op tijd wist Evron zich te herstellen toen een steen onder zijn schoenen weg schoot en hij zich bedacht, misschien konden ze maar beter geen muilezel bij hun hadden. De ezel zou waarschijnlijk sneller zijn benen breken dan een van hun drie. "Maar die kan tenminste wel gewoon op het pad lopen", mompelde Evron zachtjes met betrekking tot de ezel. Zijn stemgeluid zorgde ervoor dat Connor omkeek en hem verbaasd aankeek. Evron besloot kort met zijn hoofd te schudden waardoor Connor weer voor zich keek, net op tijd om de put voor zijn voeten op te merken.
Nu Connor enkel Dana hoefde te ondersteunen en zij met hem meeliep, nam hun snelheid weer wat toe. Toch duurde het nog een goede vijf uur voor ze het punt bereikten die Connor schijnbaar in gedachten had gehad. Hij stak zijn hand op om de twee anderen stil te laten staan, aangezien Dana op hem steunde en Evron achter hen liep ging dat zonder problemen. "We zijn er", kondigde Connor aan terwijl Evron verbaasd om zich heen keek. Waar was immers er? En wat was het verschil met vijf meter verder? Zover hij kon zien, zag alles er hetzelfde uit. Echter wees Connor naar een straat verder waar de drie nu veel voorzichtiger naar toe liepen, eens de hoek om was hun eindplaats zichtbaar. Enkele honderden meters verder was er een stad te zien, eentje die wat verder van de rest lag en ommuurd was door een stenen muur. Ondanks de afstand was het duidelijk dat de stad bewoond was. "Is dat de site?" reageerde Evron ongelovig wat hem een boze blik van Dana opleverde. Het meisje had de hele tocht niet gesproken. Als antwoord stak Evron erg volwassen zijn tong uit, iets dat Connor wijs leek te negeren. Wel knikte hij op de vraag van zijn vriend, dit zou de site moeten zijn. Of althans, dat hoopte Evron maar. Met die tekens wist je maar nooit bedacht hij.
"We kunnen niet zomaar naar binnen lopen", begon Connor waardoor Evron op zijn lip beet om een ironische opmerking binnen te houden. Wat moesten ze anders, vliegen? Daarnaast moesten ze toch naar binnen? Hoe konden ze nu naar de site gaan zonder naar de site te gaan! Ook Dana keek verbaasd op maar Connor ging weer verder: "Ze zullen ons herkennen, laat mij daarom als eerste op onderzoek uit gaan! Ik maak alleen meer kans, wachten jullie maar hier. Ik ben zo terug." Zonder nog iets te zeggen liep hij weg. Evron bleef met open mond achter, liefst had hij willen discuteren, waarom zou hij Connor alleen laten! Dana leek er zich niet zoveel van aan te trekken en had zich dankbaar al op de grond laten neer zakken. Onmiddellijk had ze naar haar enkel gegrepen en masseerde ze hem zachtjes.
Waar zij opgelucht keek, stond Evrons gezicht op onweer. Rusteloos begon hij te ijsberen wat hem een geërgerde blik van het meisje opleverde: "Door daar wat in het rond te lopen is Connor niet veiliger, straks ziet iemand je nog en komen ze hierheen! Geniet van de rust, je weet nooit wanneer je deze weer hebt. Evan leerde me om van de rust te genieten zolang je dat kan." Haar stem klonk kortaf waarna ze haar hand voor haar mond sloeg en zachtjes geeuwde: "Neem jij de eerste wacht?" Door de toon was Evron blijven staan, ergens had ze gelijk en dat wist hij zelf ook. Maar het verbaasde hem nog meer dat ze weer zo volwassen leek in zijn ogen. Hij besloot er niet tegenin te gaan en ging ook voorzichtig naast haar zitten.
Verbaasd haalde hij zijn hand door zijn haren en besloot de vraag te stellen die al veel langer op zijn lippen brandde: "Euhm is goed, maar ik wil je graag iets vragen eerst." Nieuwsgierig keek Dana hem aan waarna hij voorzichtig verder ging: "Wel euhm Daantje, hoe oud ben je nu eigenlijk? Op sommige momenten ben je zo volwassen maar je euh zo lijk je niet?" Ze tilde door het laatste een wenkbrauw op waardoor Evron snel verder ging. Ze mocht dan wel verzwakt zijn, met haar gave kwam hij liever niet in aanmerking. "Positief bedoeld natuurlijk!" ratelde hij: "Ik bedoel uiteraard dat je er jonger dan Evan uitziet en hij jouw zijn zusje noemde, alleen heb ik eigenlijk geen idee hoe jong jij nu eigenlijk bent. Snap je?"
Zijn woorden bleken nu wel beter te zijn gekozen aangezien Dana knikte: "Daantje? Die is nieuw! Oh en ik ben zoveel jaar oud ook!" Net zoals een klein kind stak Dana haar twee handen op om met haar vingers te laten zien hoe oud ze was. Doordat Evron niet wist of ze hem liep te plagen of het vaker zo deed, zorgde ervoor dat hij niet wist hoe te reageren. De zes vingers die ze had opgestoken lieten niets aan het toeval over, het meisje was dus inderdaad zes jaren oud fysiek. "Tevreden? Dan ga ik slapen", ging het meisje zonder zich iets van Evrons verbazing aan te trekken verder. Ze legde haar hoofd op zijn schoot en sloot meteen haar ogen. Niet veel later hoorde Evron haar ademhaling gelijkmatig worden. Ook dit was een hele andere Dana die Evron al eerder had ontmoet, eerst had ze hem niet eens vertrouwd om op te leunen en nu lag ze op zijn schoot! Evron had nog een hoop om over na te denken.
De enige wat een lange tijd te horen was, was Dana's regelmatige ademhaling die aanhield. Evron had er geen behoefte aan om tegen zichzelf iets te vertellen waardoor hij wachtte tot Connor naar binnen liep. De voetstappen die hij eerst had horen naderen had hem gespannen naar de deur doen kijken maar met Dana op zijn schoot had hij niet zoveel kunnen doen. Opgelucht haalde hij adem toen zijn vriend binnen kwam en fluisterde zachtjes om Dana niet wakker te maken: "En?" Meer was er volgens hem niet nodig maar Connor maakte niet meteen aanstalten om te beginnen vertellen. Eerst liep hij naar de rugzak om daar wat eten en drinken uit te gaan halen. Evron zuchtte maar begreep het wel, al bleef hij nieuwsgierig. Hij besloot maar om Dana voorzichtig wakker te maken. "Daantje, wakker worden. Connor is terug", fluisterde hij zachtjes terwijl hij haar zachtjes heen en weer schudde. Verward opende het meisje haar ogen maar leek een stuk wakkerder toen ze Connor zag zitten. Meteen schoot ze overeind en geeuwde kort.
"Je bent er weer", klonk er slaapdronken waarna ze knikte, zo wakker scheen ze toch niet te zijn. Echter kroop ze wel naar Connor toe toen deze zich neerzette. En de drinkfles aan zijn lippen zette. Op de manier waarop Dana toenadering zocht, zorgde ervoor dat Evron het beeld van Connor als vader voor zich kreeg. Alsof Dana niet kon wachten tot hij haar een verhaaltje voor het slapengaan zou gaan voorlezen. Evron wist niet eens of Connor eigenlijk ooit aan kinderen had gedacht maar hij nam aan van niet. De afgelopen jaren hadden er niet bepaald ruimte voor gelaten om aan de toekomst te denken. Het feit dat Connor wel eens iemand zou kunnen vinden deed om een of andere reden pijn bij Evron, zou die persoon dan ook bij hun komen leven? Of moest hij dan weggaan? Even fronste Evron, het was voor hem de eerste keer dat hij erover nadacht. Waar kwamen die gedachten allemaal ineens vandaan? Zelf had hij gewoon altijd gedacht dat hij en Connor samen zouden blijven, gewoon onder hun twee. Dat de toekomst een andere wending kon nemen was bij hem niet eens opgekomen. Ze hadden het al druk genoeg met overleven.
Gelukkig begon Connor weer met spreken waardoor Evrons gedachtengang werd onderbroken en zijn nieuwsgierigheid de bovenhand weer kreeg. "De site is dus inderdaad de stad", was Connor begonnen met vertellen, ergens hoorde Evron de teleurstelling doorschemeren. Alsof Connor een soort geheime vestiging had verwacht waar ze veilig konden leven samen met nog anderen die niet op de lijst stonden. Of dat was toch waar Evron had aan gedacht. "Het is een van de weinige die overeind staan", ging Connor verder: "Dit komt vooral doordat euh Zij het hier voor het zeggen hebben? We waren vanaf het begin af aan dus onderweg naar hier." Evrons mond viel nu open en ook Dana's adem schokte even. Het verklaarde wel deels waar de teleurstelling in Connors stem vandaan kwam. Ze waren regelrecht naar het laatste Tijdperk toegelopen! Was dat de manier waarop ze konden overleven, zich overgeven? Of was het juist de bedoeling dat ze hier konden overwinnen? Zij waren het nieuwe Tijdperk en te herkennen aan de zwarte band die je moest verdienen, hoe je deze kon verdienen was niet gekend onder de mensen.
De talloze verhalen en waarschuwingen die Evron over Zij had gehoord gingen door hem heen. Zij waren degene geweest die dit Tijdperk levend hielden. Zij waren de personen die de keuzes maakten tussen leven en dood. Door de te zwakken en de sterken te elimineren hadden ze meer en meer macht kunnen vergaren. Hoe minder mensen er over schoten, des te sterker de anderen hun gave werd en kon ontwikkelen. Er gingen verhalen de ronde dat Zij dachten dat je de kracht zou verwerven van de persoon die je doodde. In het begin was het veel erger geweest, nu was het vooral het schrikbewind dat de mensen klein hield. Dit was namelijk een van de enige manieren geweest om het ergste deel van het Tijdperk, de moorden, een halt toe te roepen. Hopen met strenge regels waren erbij gekomen, de echte wetten waren al eerder vervaagd. Intussen was Connor verder gegaan met zijn bevindingen: "Ik heb wel een gebouw gezien dat extreem goed bewaakt werd! Enorm veel mensen met geweren en andere wapens."
Evron zuchtte diep, gevaarlijk waren ZIj zeker. Maar de moorden was niet de enige reden waarom Evron liever van Zij wegbleef, er waren namelijk nog geruchten. Hoe vaker hij ze hoorde hoe zekerder hij was dat ze een kern van waarheid bevatten. Er werd namelijk gefluisterd dat Zij bezig waren met experimenten, experimenten op mensen om gaves te verwijderen. Bevestiging was er niet gekomen waardoor Evron gokte dat het of fabels waren of dat al de experimenten tot nu toe mislukt waren. Toch waren die verhalen een extra reden om Evan en Lynn zo snel mogelijk vrij te krijgen. Hij nam liever het zekere voor het onzekere. Connors woorden hadden Dana echter doen opleven: "Streng bewaakt? Dat moet wel het gevang zijn! Denk je dat zij daar zijn? Is mijn broer daar?" De hoopvolle stem van Dana stelde Evron op een of andere manier gerust.
Echter schudde Connor zijn hoofd: "Nee, op het gebouw zelf hing een bord dat dit hun hoofdkantoor was. Daar houden ze normaal gezien geen gevangen." Alle hoop leek uit Dana te sijpelen maar voor Evron kon regeren ging Connor alweer verder. "Maar, ze zitten waarschijnlijk aan de overkant van het stadsplein. In het oude politiekantoor aangezien er daar cellen zijn. Op het marktplein hoorde ik twee oudere mensen praten over een jongen en een meisje dat daar naar binnen waren gebracht. Ik heb niet veel kunnen vragen maar de beschrijving klopte alvast! Dat moeten ze zijn!" Die boodschap zorgde er weer voor dat Dana lichtjes in haar ogen kreeg, ze had weer een doel.
Evron knikte terwijl hij alle informatie even liet doordringen: "Dan weten we al waar we moeten zijn en verliezen we daar geen tijd mee. Ik gok dat we vanavond het meeste kans maken?" Connor leek even te twijfelen maar knikte toen waardoor Evron verder ging: "We gaan ook niet te laat, rond het avonduur zullen er hopelijk de meeste aanwezige aan het eten zijn." Verder wist Evron dat het een gok zou worden maar hij was bereid het risico te nemen.
Ook Connor bleek zijn zegje er nog over te willen doen: "Vanavond is onze beste optie, alsof alle tekens ons bijstaan? Ik voel tot in mijn kleine teen dat we meteen moeten overgaan tot actie! Dit is onze manier om onze antwoorden te krijgen en Lynn en Evan te helpen. Ik weet alleen nog niet hoe we zelf weer buiten geraken, binnen is geen probleem. Vanaf ze ons door hebben kan het best wel een enorme chaos worden. Ze moeten amper genoeg tijd hebben om te kunnen beseffen wat er allemaal is gebeurd." Die woorden zorgen voor een glimlach rond Evrons lippen.
"Oh chaos nodig? Geen zorgen, die zal er zijn", reageerde hij kort waarna hij met een samenzwerige glimlach naar Connor keek. Enkel Dana leek geen idee te hebben waar Evron op doelde. Maar Evron wist wel al hoe of wat, het was nu toch te laat om zijn gave nog te gaan verbergen. Het was ook de beste manier om voor afleiding te zorgen. Hij deed het niet graag maar Evan en Lynn waren belangrijker nu. Daarnaast zou hij niet toestaan dat er ook maar iets met Connor of Dana gebeurd. Als het aan hem lag zou niemand hen een haar krenken. "Probeer nog wat te slapen, we gaan onze energie nodig hebben en ik houd de wacht wel", kondigde Evron aan: "We weten niet in welke staat Evan en Lynn gaan zijn." Die laatste woorden zorgde ervoor dat het kleine meisje hem bang aankeek. Connors boze blik negeerde hij maar, de waarheid moest gezegd kunnen worden. Door van het slechtste uit te gaan konden ze alleen maar positief verrast worden.
"Kom maar Daan", klonk Connor stem terwijl hij zijn arm naar Dana uitstak. Dana kroop in een bolletje tegen Connor aan die zijn arm beschermend om haar heen sloeg. Hoewel het meisje daarnet al had geslapen duurde het niet lang voordat ze weer naar dromenland terugkeerde. Weer kreeg Evron het beeld van Connor als vader voor zich. "Ev?", klonk Connors stem, "Ga ook maar slapen, jij zult het nodig hebben." Evron wou er tegenin gaan maar Connors blik en het feit dat hij uitgeput was hielden hem tegen. Zelf wist hij ook wel dat hij nog zou moeten laten zien wat zijn gave allemaal aankon. Toch zou er van slapen niet veel in huis komen maar Evron nestelde zich toch in een bolletje op de grond. Zijn ademhaling kalmeerde maar de slaap kon hij niet vatten. Het was de adrenaline dat hem zijn slaap ontnam. Hoe lang hij daar lag wist hij niet tot hij zachtjes Connors fluisterde hoorde. "Evron? Slaap je?"
Evron schudde zachtjes met zijn hoofd tot hij besefte dat Connor dat helemaal niet kon zien. "Nee, slaap jij al?", fluisterde hij dan ook terug. Pas nadat hij hem gesteld had bedacht Evron wat voor een stomme vraag het eigenlijk was. Connor had immer de wacht op zich genomen en had hem als eerste toegefluisterd, iets dat nogal moeilijk ging als je sliep. Ook wist Evron dat Connor in zijn slaap kon praten maar dat ging meestal over andere zaken.
Het gesmoorde gelach van Connor verklapte dat Connor net hetzelfde had bedacht als Evron. "Nee ik slaap", was het fluisterde antwoord van Connor waardoor ook Evron zachtjes in de lach schoot. Hij probeerde het zo goed als mogelijk te onderdrukken waardoor hij echter nog meer moest lachen. Dat ook Connor daardoor weer moest lachen hielp niet echt. Beiden lachten ze wat voort totdat ze de controle weer terugvonden. Weer viel het even stil tot Connor weer klonk: "Ben je er klaar voor? Voor wat er ons te wachten staat?" De sfeer die zonet gelaten was voelde door de vraag een stuk killer aan. Evron twijfelde even over de vraag, kon je er immers klaar voor zijn? En wou hij dat? Wou hij klaar zijn voor wat ze zouden doen? Het eerlijke antwoord was nee maar toch kon hij dat niet geven.
"Ja hoor", besloot hij te fluisteren waarna het even stil bleef aan Connors kant. "Ik ook", fluisterde zijn vriend na enkele tellen zachtjes. Evron was er redelijk zeker van dat ze beide net staalhard hadden gelegen. Met een zucht draaide Evron zich om maar de slaap wou maar niet komen. Hoeveel tijd er exact verstreek wist hij niet, maar de regelmatige ademhaling van Connor wees erop dat ook hij in slaap was gevallen. Evron besloot het doen alsof op te geven en zette zich recht. Voorzichtig sloop hij naar de rugzak van Connor en gespte deze voorzichtig open om het boek eruit te halen. Zo stil als hij kon bladerde hij erdoor, zelfs zonder het te lezen had hij niet het idee dat het zoveel speciaal was. Waarom had Connor dit persé willen meenemen uit de bibliotheek? Even dacht hij terug aan het vrouwtje die er blijkbaar woonde, zou ze doorhebben dat ze er met dit boek vandoor waren? Toch had Connor hem ervan overtuigd dat ze het boek terug zouden brengen, maar zou dat lukken? Met nog een diepe zucht sloot Evron het boek en stak het terug weg. Het was Connors gave geweest die dit boek had uitgekozen. Dat zou ook verklaren waarom hij er helemaal niets mee was. Nu hij na lange tijd deze gave weer had gebruikt, was zijn nieuwsgierigheid terug. Tot wat was hij immers in staat en nog belangrijker: hoe ver zou hij kunnen gaan?
"Evron?" Zachtjes maar met een verbaasde ondertoon klonk zijn naam achter hem waardoor Evron zich omdraaide. Dana bleek wakker te zijn en had zich half rechtop gezet: "Is het tijd om te vertrekken?" Evron besloot te knikken, ze konden maar gewoon hun kans wagen en zien wat er gebeurde. "Oké", knikte het meisje: "Ik maak Connor wel even wakker." Ze geeuwde kort terwijl Evron weer een blik wierp op de tas voor hem. Het was tijd om Evan en Lynn te gaan bevrijden.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top